ECLI:NL:RBUTR:2012:BY3857

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
4 oktober 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
16/655995-12
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigheid van de dagvaarding in strafzaak tegen verdachte

Op 4 oktober 2012 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die niet aanwezig was tijdens de zitting. De zaak betrof een tenlastelegging waarbij de verdachte werd beschuldigd van het proberen toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan zijn vader, evenals het vernielen van goederen. Tijdens de behandeling van de zaak kwam naar voren dat de dagvaarding niet op de juiste wijze had plaatsgevonden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte niet op de juiste manier was opgeroepen om voor de rechtbank te verschijnen. Dit leidde tot de conclusie dat de dagvaarding nietig verklaard moest worden. De rechtbank heeft in haar vonnis de geldigheid van de dagvaarding als voorvraag behandeld en heeft uiteindelijk besloten dat de dagvaarding nietig is. Het vonnis is uitgesproken door de meervoudige kamer, onder leiding van voorzitter mr. H.A. Brouwer, en de rechters mr. M.C. Oostendorp en mr. P.L.C.M. Ficq, in aanwezigheid van griffier mr. S. Capitano. De uitspraak vond plaats tijdens een openbare terechtzitting op dezelfde datum als de behandeling van de zaak.

Uitspraak

RECHTBANK UTRECHT
Sector strafrecht
parketnummer: 16/655995-12
vonnis van de meervoudige kamer d.d. 4 oktober 2012
in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren op [1991] te [geboorteplaats]
wonende te [adres] [woonplaats]
1. Onderzoek van de zaak
De zaak is inhoudelijk behandeld op de terechtzitting van 4 oktober 2012. Verdachte is niet verschenen.
2. De tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Feit 1: heeft geprobeerd zijn vader zwaar lichamelijk letsel toe te brengen
Feit 2: goederen heeft vernield.
3. De voorvragen
De geldigheid van de dagvaarding.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding van de verdachte in de onderhavige zaak niet op de juiste wijze heeft plaatsgevonden.
Nu de verdachte niet ter terechtzitting is verschenen is de rechtbank van oordeel dat de dagvaarding nietig moet worden verklaard.
4. De beslissing
De rechtbank:
- verklaart de dagvaarding nietig.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.A. Brouwer, voorzitter, mr. M.C. Oostendorp en mr. P.L.C.M. Ficq, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S. Capitano, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 4 oktober 2012.