ECLI:NL:RBZLY:2004:AR3630
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Burenrechtelijke geschil over overhangende takken en bomen
In deze kantonzaak, behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 28 september 2004, hebben eisers, vertegenwoordigd door mr. E.A. Meyboom, een vordering ingesteld tegen gedaagden, vertegenwoordigd door mr. S. Maakal, met betrekking tot overhangende takken en bomen die hinder veroorzaakten bij de exploitatie van hun perceel grasland. Eisers hebben gedaagden herhaaldelijk verzocht om de overhangende beplanting te snoeien, maar zonder resultaat. Uiteindelijk hebben eisers een hovenier ingeschakeld om de overhang te verwijderen, waarvoor zij gedaagden aansprakelijk stelden voor de gemaakte kosten van € 857,21 inclusief btw.
Gedaagden hebben betwist dat er sprake was van hinderlijke overhang en hebben aangevoerd dat zij al zelf hadden gesnoeid. De kantonrechter heeft vastgesteld dat eisers recht hadden om de overhangende beplanting te verwijderen op basis van artikel 5:44 BW, dat het recht op wegsnijden van overhangende takken regelt. De rechter oordeelde dat gedaagden niet hadden voldaan aan hun verplichting om de overhangende takken te snoeien, ondanks herhaalde verzoeken van eisers.
De kantonrechter heeft echter ook geoordeeld dat eisers niet redelijk gebruik hebben gemaakt van hun verwijderingsrecht, aangezien de hovenier niet alleen de overhangende takken heeft gesnoeid, maar ook andere beplanting op het terrein van gedaagden heeft verwijderd. Dit werd beschouwd als misbruik van recht. Daarom werd de vordering van eisers gedeeltelijk toegewezen, waarbij gedaagden werden veroordeeld tot betaling van € 433,60, vermeerderd met wettelijke rente, en de proceskosten werden gecompenseerd. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.