ECLI:NL:RBZLY:2005:AU6954
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verdeling van pensioenrechten na echtscheiding tussen partijen
In deze zaak, die voor de Rechtbank Zwolle-Lelystad is behandeld, gaat het om de verdeling van pensioenrechten tussen twee ex-echtgenoten, [eiseres] en [gedaagde], na hun echtscheiding die op 11 november 1981 werd uitgesproken. De rechtbank heeft de zaak behandeld naar aanleiding van een verzoekschrift van [eiseres], die een bedrag van EUR 31.314,00 vorderde in verband met de pensioenverdeling. [gedaagde] heeft hiertegen verweer gevoerd en stelde dat [eiseres] niet-ontvankelijk verklaard moest worden in haar vordering, dan wel dat deze ongegrond was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de echtscheiding op 3 december 1981 is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. De discussie tussen partijen betreft het moment waarop hun huwelijk als ontbonden moet worden beschouwd, wat van belang is voor de verdeling van de pensioenrechten. De rechtbank heeft overwogen dat, volgens het arrest Boon/Van Loon, pensioenaanspraken tot de huwelijksgemeenschap behoren en dat de waarde daarvan tussen de ex-echtgenoten moet worden verrekend. De Wet Verevening Pensioenrechten bij Scheiding, die op 1 mei 1995 in werking trad, heeft geen invloed op deze zaak, omdat de echtscheiding voor deze datum heeft plaatsgevonden.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat [eiseres] recht heeft op een deel van het door [gedaagde] opgebouwde pensioen, en dat de verjaring niet aan de orde is. De rechtbank heeft ook overwogen dat [gedaagde] onvoldoende onderbouwd heeft dat [eiseres] bij de verdeling van de inboedel en spaargelden aanmerkelijk is overbedeeld. De rechtbank heeft besloten een deskundige te benoemen om de omvang van [eiseres]s aanspraken op zowel het ouderdomspensioen als het nabestaandenpensioen te berekenen. De zaak is verwezen naar de rolzitting voor verdere uitlating door beide partijen.