ECLI:NL:RBZLY:2005:AU7071
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding arbeidsovereenkomst en vergoeding conform Sociaal Plan na reorganisatie
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 21 september 2005 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen een werkgeefster en een werknemer. De werkgeefster verzocht om ontbinding per 1 januari 2006, onder verwijzing naar gewijzigde omstandigheden als gevolg van een noodzakelijke reorganisatie. De werknemer, die sinds 2004 boventallig was verklaard, voerde aan dat hij niet in aanmerking was gekomen voor een hogere functie en dat de ontbinding niet kon plaatsvinden vanwege zijn arbeidsongeschiktheid. De kantonrechter heeft de argumenten van de werkgeefster en werknemer zorgvuldig afgewogen.
De kantonrechter oordeelde dat de functie van allround operator niet onderling uitwisselbaar was met de functie van process operator, die de werknemer bekleedde. De werkgeefster had voldoende aangetoond dat de reorganisatie noodzakelijk was en dat de werknemer terecht boventallig was verklaard. De kantonrechter concludeerde dat er geen andere passende functies beschikbaar waren voor de werknemer en dat de werkgeefster niet onredelijk had gehandeld in de selectieprocedure voor de hogere functie.
De kantonrechter heeft het verzoek van de werkgeefster tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst toegewezen en bepaald dat de arbeidsovereenkomst eindigt op 1 januari 2006. Tevens werd de werkgeefster verplicht om de werknemer de vergoeding te betalen die hem toekwam op basis van het Sociaal Plan. De kosten van het geding werden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten droeg. Deze uitspraak benadrukt de noodzaak voor werkgevers om zorgvuldig om te gaan met reorganisaties en de rechten van werknemers, vooral in situaties van arbeidsongeschiktheid en boventalligheid.