ECLI:NL:RBZLY:2006:AV3071
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Benoeming deskundige in huurovereenkomst tussen uitzendbureau en verhuurder
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 13 februari 2006 uitspraak gedaan in een verzoek tot benoeming van een deskundige in het kader van een huurovereenkomst. De verzoeker, die sinds 1 januari 1995 een bedrijfsruimte verhuurt aan de rechtsvoorgangster van Creyf’s, stelde dat de huidige huurprijs van € 891,09 per maand niet meer in lijn is met de huurprijzen van vergelijkbare bedrijfsruimten. Hij verzocht om de benoeming van deskundigen om een advies op te stellen over de huurprijs. Creyf’s, de verwerende partij, betwistte echter dat het gehuurde als bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:290 BW kan worden aangemerkt, en voerde aan dat de regels van dit artikel niet van toepassing zijn op hun huurovereenkomst.
De kantonrechter heeft de argumenten van beide partijen overwogen. De rechter concludeerde dat het gehuurde, dat door Creyf’s als uitzendbureau wordt gebruikt, niet onder de definitie van bedrijfsruimte valt zoals bedoeld in artikel 7:290 BW. De rechter oordeelde dat de bestemming van het gehuurde als kantoor en het feitelijke gebruik als uitzendbureau niet voldoen aan de vereisten voor bedrijfsruimte. De rechter wees erop dat de parlementaire geschiedenis van artikel 7:290 BW een terughoudende interpretatie vereist en dat het exploiteren van een uitzendbureau niet kan worden gekwalificeerd als een vorm van handel die onder dit artikel valt.
Daarom verklaarde de kantonrechter de verzoeker niet ontvankelijk in zijn verzoek tot benoeming van een deskundige, aangezien artikel 7:304 BW alleen van toepassing is indien er sprake is van bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:290 BW. De verzoeker werd bovendien veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van Creyf’s zijn gemaakt, tot een bedrag van € 400,00 aan salaris voor de gemachtigde. Deze uitspraak benadrukt de noodzaak voor verhuurders en huurders om goed te begrijpen of hun huurovereenkomst onder de relevante wetgeving valt, vooral in het geval van bijzondere bedrijfsactiviteiten zoals uitzendbureaus.