ECLI:NL:RBZLY:2006:AW5290

Rechtbank Zwolle-Lelystad

Datum uitspraak
18 april 2006
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
294118 CV 05-5125
Instantie
Rechtbank Zwolle-Lelystad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • J.F. de Vries
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid van de gemeente Zwolle voor schade door ongevallen met skeelers op slecht wegdek

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 18 april 2006 uitspraak gedaan in een geschil tussen mw. [eiseres] en de gemeente Zwolle. Mw. [eiseres] vorderde een schadevergoeding van € 4.559,83 van de gemeente Zwolle, omdat zij op 7 augustus 2004 tijdens het skeeleren op de Zwarteweg te Zwolle ten val was gekomen door een onvolkomenheid in het wegdek. De gemeente Zwolle was als wegbeheerder verantwoordelijk voor het onderhoud van de weg en mw. [eiseres] stelde dat het wegdek niet naar behoren was gerepareerd, waardoor zij schade had geleden.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat mw. [eiseres] door of in het asfalt was gezakt, wat leidde tot haar val. De gemeente Zwolle had het wegdek met koud asfalt gerepareerd, maar dit was niet goed uitgehard, waardoor het zacht was geworden. De rechter oordeelde dat de gemeente Zwolle aansprakelijk was voor de schade die mw. [eiseres] had geleden, maar ook dat mw. [eiseres] als skeeleraar zich bewust moest zijn van de risico's van het skeeleren op wegen die niet speciaal voor dat doel zijn aangelegd.

De kantonrechter concludeerde dat de gemeente niet voldoende veiligheidsmaatregelen kon nemen tegen de risico's die skeelers met zich meebrengen op reguliere wegen. Daarom werd de vordering van mw. [eiseres] afgewezen en werd zij veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van zowel wegbeheerders als weggebruikers in het kader van verkeersveiligheid en aansprakelijkheid.

Uitspraak

RECHTBANK ZWOLLE – LELYSTAD
sector kanton – locatie Zwolle
zaaknr.: 294118 CV 05-5125
datum : 18 april 2006
Vonnis in de zaak van:
[EISERES],
wonende te [woonplaats],
eisende partij,
gemachtigde mr. M.B. Beerentsen, advocaat te 8000 AH Zwolle, Postbus 349,
tegen
DE GEMEENTE ZWOLLE,
zetelende te Zwolle,
gedaagde partij,
gemachtigde mr. T. Novakovski,
rolgemachtigde A. Agterhuis, gerechtsdeurwaarder te 8000 AE Zwolle, Postbus 244.
De procedure
De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
- dagvaarding d.d. 21 oktober 2005 ten verzoeke van mw. [eiseres] uitgebracht;
- antwoord d.d. 27 december 2005 van gemeente Zwolle;
- repliek – tevens houdende wijziging van eis – d.d. 24 januari 2006 van mw. [eiseres];
- dupliek d.d. 21 februari 2006 van gemeente Zwolle.
Het geschil en de beoordeling
1.
De vordering van mw. [eiseres] strekt – uiteindelijk – ertoe dat gemeente Zwolle wordt veroordeeld tot betaling van € 4.559,83, met rente.
Hieraan is het volgende ten grondslag gelegd – zakelijk weergegeven –:
Mw. [eiseres] is op (zaterdag) 7 augustus 2004 omstreeks 18.00 uur te Zwolle, op de rijbaan van de Zwarteweg skeelerend, met (een van) haar skeeler(s) plotseling door of in het asfalt gezakt, waardoor zij voorover op haar gezicht is gevallen.
Het betrof (een) gat(en) in het wegdek dat/die met koud asfalt was/waren gedicht, welk koud asfalt niet was uitgehard, althans volledig zacht was, waardoor de skeeler(s) van mw. [eiseres] in het wegdek kon(den) wegzakken. Gemeente Zwolle is als wegbeheerder aansprakelijk voor het feit dat het wegdek (een) gat(en) vertoonde, althans niet naar behoren gerepareerd was, en zij (gemeente Zwolle) als beheerder van het wegdek niet (door middel van borden of tijdelijke versperringen) het nodige had gedaan om nadelige gevolgen als waarvan hier sprake is, te voorkomen.
Mitsdien is gemeente Zwolle aansprakelijk voor de door mw. [eiseres] geleden en nog te lijden schade als gevolg van dit ongeval, welke schade door mw. [eiseres] is besomd op
€ 2.559,83 netto wegens niet door enige ziektekostenverzekering vergoede materiële schade en € 2.000,-- wegens immateriële schade.
Voorts wordt aanspraak gemaakt op wettelijke rente over genoemde bedragen vanaf de dag der dagvaarding.
2.
Gemeente Zwolle heeft de vordering bestreden.
3.
De kantonrechter overweegt het volgende:
(a)
Tussen partijen staat het volgende vast:
i. De Zwarteweg te Zwolle is (ter plaatse van het aan mw. de Vetten overkomen ongeval) aan beide zijden voorzien van bebouwing met tot aan de voetpaden langs de Zwarteweg lopende voortuinen waarin (deels) tot aan op of de voetpaden reikende begroeiing aanwezig is. De voetpaden zijn vier stoeptegels breed, aan de rijbaanzijde afgesloten door een brede trottoirband. Aan weerszijden van de rijbaan ligt de dichtst bij de rijbaan gelegen rij tegels (verlengd met de breedte van de trottoirband) frequent schuin (niet-horizontaal), zijnde steeds het begin van de oprit over het (hoger dan de rijbaan gelegen) voetpad naar het erf van aanliggende huizen.
ii. Het wegdek van deze rijbaan is, behoudens enkele verkeersdrempels, geasfalteerd.
iii. Op enkele plaatsen in dit wegdek ontstane ‘winterschade’ was (ver) voor 7 augustus 2004 door gemeente Zwolle met koud asfalt gerepareerd zodanig dat er weer sprake was van een min of meer vlak wegdek.
iv. Op 7 augustus 2004 was het (zeer) warm weer, waardoor in ieder geval ten tijde van de val van mw. [eiseres] (rond het eind van de middag op 7 augustus 2004) en op de plek waar zij ten val is gekomen, dat koud asfalt zacht(er) was (dan het er omheen liggende asfaltplaveisel). Het gerepareerde stuk wegdek waarin of waarover mw. [eiseres] ten val is gekomen, bevond zich op of bij de middenas van de rijbaan.
v. Er was op 7 augustus 2004 geen bebording aanwezig waardoor verkeer op de Zwarteweg werd gewaarschuwd voor de aanwezigheid van (mogelijk) zachte plekken in het asfalt. Evenmin waren – mogelijk – zachte plekken in het asfalt afgeschermd voor over de Zwarteweg gaand verkeer.
(b)
Ingevolge het (landelijk geldende) Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990):
- zijn de regels van dit besluit betreffende voetgangers mede van toepassing op personen die zich verplaatsen met behulp van voorwerpen, niet zijnde voertuigen (artikel 2, lid 2, RVV 1990);
- gebruiken voetgangers het trottoir of voetpad, gebruiken zij het fiets/bromfietspad indien trottoir en voetpad ontbreken en gebruiken zij de berm of de uiterste zijde van de rijbaan indien ook een fietspad of een fiets/bromfietspad ontbreekt (artikel 4 RVV 1990).
Aan de Nota van Toelichting bij RVV 1990 kan worden ontleend dat skeelers of skates ‘niet voor normale verplaatsing bestemde en bijgevolg niet als voertuig aan te merken voorwerpen’ zijn (vergelijk J. Remmelink, Skeelers en skates, Verkeersrecht 2000, p. 45).
(c)
Aan de publicatie Recreëren op Skates, gedateerd 13 februari 2005 en gepubliceerd op www.skatebond.nl/recreatie, ontleent de kantonrechter:
Recreatief skaten kent eigenlijk twee achtergronden en verschijningsvormen. Allereerst zijn er de toerrijders. Die komen voort uit het skeeleren, dat in de jaren ’80 zijn intrede deed in Nederland. (..) (De toertochten zijn) niet per definitie alleen voor de skeeleraars, maar ook steeds meer skaters doen mee.
Het ‘andere’ recreatieskaten is Nederland binnengedrongen eind jaren ’90. Skaten wordt gezien als een lifestyle. Het is modern, handig en leuk. Anders dan het toertochtskeeleren stond niet het kilometers maken voorop, maar gezelligheid, gezondheid en functionaliteit. (..)
Vaak worden ze met elkaar verward, maar skeeleren is eigenlijk niets anders dan skaten! Het enige verschil is de ontstaansgeschiedenis. Verschil in materiaal tussen beide is er niet meer. Het verschil zit vooral in het feit dat je snel of recreatief wilt skaten. Recreatieve skaters gebruiken de recreatie-skates en snelle skaters speedskates (skeelers).
De Skate Bond Nederland probeert (..) 2,5 miljoen skaters zo goed mogelijk van dienst te zijn. Lastig is dat wel, omdat recreatieskaten een vrijblijvend karakter heeft. (..) De SBN faciliteert deze skaters door (..) het werken aan veiligheid (..). Ook voert de SBN regelmatig overleg met (..) organisaties om te werken aan skateroutes, skateverkeersregels, (..) etc.
(d)
Door genoemde Skatebond in samenwerking met onder meer Verkeerscommissie Politie, Ministerie van Verkeer & Waterstaat en Bureau Verkeershandhaving Openbaar Ministerie, is een ‘gedragscode voor skaters in het verkeer’ opgesteld, gepubliceerd op onder meer genoemde website, waarin de aanleiding voor het opstellen van de gedragscode als volgt is omschreven:
Er bestaat een tegenstrijdigheid tussen de wettelijke positie van skaters in het verkeer en hun feitelijk verkeersgedrag. Een skater is volgens de wet een voetganger, maar maakt in de praktijk veelvuldig gebruik van (brom)fietspad of de rijbaan. Om de veiligheid in het verkeer te vergroten, zijn duidelijke gedragsregels van belang voor zowel de skaters als de overige weggebruikers. De gedragscode is een dringend advies en is geen wettelijke regeling. Je kunt er geen rechten aan ontlenen.
(e)
Naar het oordeel van de kantonrechter staat in voldoende mate vast dat koud asfalt een gebruikelijk reparatiemiddel is voor – asfaltplaveisel op – wegen bestemd voor auto- en fietsverkeer. Dat koud asfalt bezit – als gewoon asfalt – de eigenschap om bij warmte iets zachter te worden. Naar het oordeel van de kantonrechter leert de ervaring dat zo’n iets zachter wegdek doorgaans voor auto en fietsverkeer geen belemmering vormt.
Het is alleszins aannemelijk dat door het gegeven van de (drie, vier of vijf) smalle wieltjes onder de skeelers waarop mw. [eiseres] zich voortbewoog, (een van) haar skeelers is/zijn vastgelopen in zo’n met koud asfalt gerepareerde maar op 7 augustus 2004 aan het eind van de middag warm en dus zacht(er) geworden plek op de geasfalteerde rijbaan van de Zwarteweg, althans dat het zacht(er) geworden asfalt (de wieltjes van) (één van) die skeelers (voor mw. [eiseres] onverhoeds) zodanig heeft afgeremd, dat mw. [eiseres] uit balans is geraakt en/althans ten val is gekomen.
(f)
Op de onderhavige weg diende mw. [eiseres] gebruik te maken van een der trottoirs. Deze stoepen zijn weliswaar smal en op de veelvuldige plaatsen waarin de dichtst bij de rijbaan gelegen rij tegels het begin van een oprit vormt, nog smaller, terwijl wellicht ook (gelijk door mw. [eiseres] is aangevoerd doch door gemeente Zwolle is bestreden) diverse auto’s van bewoners of bezoekers van aan deze weg staande huizen hun auto’s half op de stoep dan wel de rijbaan hadden geparkeerd, maar dat doet niet af aan de verplichting van mw. [eiseres] om daar waar mogelijk dat trottoir te – blijven – volgen. Zo zij (op een enkele plaats) helemaal geen doorgang had over het trottoir, kon zij skeelerend gebruik maken van de rijbaan doch diende zij zo snel mogelijk naar het trottoir terug te keren. Het is naar het oordeel van de kantonrechter niet aannemelijk geworden dat ter plaatse beide trottoirs aaneensluitend (volledig) bezet waren met auto’s en mw. [eiseres] voortdurend gebruik moest maken van de rijbaan. Zij heeft echter wel voortdurend gebruik gemaakt van de rijbaan.
(g)
De skeeleraar is als voetganger toegelaten tot het (Nederlandse) wegverkeer, maar beweegt zich doorgaans veel sneller dan een voetganger. Het ontwikkelen van snelheid is inherent aan het sport- en spelkarakter van het skeeleren. Dit kan gemakkelijk botsen met de vereiste aandacht voor de (verkeers)veiligheid, terwijl ook nog eens een oneffenheid in het wegdek al gauw kan leiden tot een (onverhoeds) vastlopend of zodanig afgeremd wieltje dat de – snelle – skeeleraar uit balans raakt en valt.
Een redelijk denkend skeeleraar zal zich bewust (moeten) zijn van het risico verbonden aan het – snelle – skeeleren op wegen die daarvoor niet zijn gemaakt.
(h)
Het is, naar het oordeel van de kantonrechter, niet goed denkbaar dat een wegbeheerder voldoende veiligheidsmaatregelen kan nemen tegen dit een skeeleraar bedreigende gevaar. Naast het alleen voor zo’n weggebruiker bij (extreem) warm weer zich voordoende gevaar bij het door- of overrijden van een met koud asfalt gerepareerde plek in een geasfalteerd wegdek zijn immers op (voor voetgangers toegankelijke) wegen nog talrijke meer of minder (onverwachte) alleen voor (snelle) skeeleraars gevaarlijke situaties denkbaar. Het lijdt geen twijfel dat de financiële middelen ontbreken om elke (voor voetgangers) toegankelijke weg (mede) aan te leggen en te onderhouden (met bijbehorende inspecties) als ware deze een skeelerbaan, terwijl een rijbaan als door mw. [eiseres] bereden door haar (als voetganger) ook nog slechts onder hiervoor omschreven specifieke omstandigheden mag worden gebruikt.
(i)
Reeds op het voorgaande dient de vordering van mw. [eiseres] af te stuiten, zodat hetgeen partijen verder nog te berde hebben gebracht, als in het voorgaande reeds behandeld dan wel niet ter zake dienend, buiten beschouwing kan blijven.
(j)
Mw. [eiseres] dient als de in het ongelijk gestelde partij te worden verwezen in de proceskosten.
De beslissing
De kantonrechter:
- wijst de vordering van mw. [eiseres] af;
- veroordeelt mw. [eiseres] in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van gemeente Zwolle begroot op: € 400,00 voor salaris gemachtigde;
- verklaart dit vonnis op het punt van de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Aldus gewezen door mr. J.F. de Vries, kantonrechter, en uitgesproken in de openbare terechtzitting van 18 april 2006 in tegenwoordigheid van de griffier.