vonnis
RECHTBANK ZWOLLE-LELYSTAD
zaaknummer / rolnummer: 122465 / KG ZA 06-287
Vonnis in kort geding van 9 augustus 2006
de stichting
STICHTING WAKKER DIER,
gevestigd en kantoorhoudende te Amsterdam,
eiseres,
procureur mr. J.A. van Wijmen,
advocaat mr. A.A.H. Bruinhof te Amsterdam,
[gedaagde],
wonende te [plaats],
gedaagde,
procureur mr. M.F.H.M. van Haastert,
advocaat mr. G.C.L. van de Corput te Breda.
Partijen zullen hierna Wakker Dier en [gedaagde] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van Wakker Dier
- de pleitnota van [gedaagde].
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. [gedaagde] is diergeneeskundige en drijft zijn praktijk in de vorm van de besloten vennootschap Pluimveepraktijk [gedaagde] B.V. waarvan [gedaagde] Holding B.V. enig aandeelhouder is. [gedaagde] is op zijn beurt enig aandeelhouder van [g[gedaagde] Holding B.V.
2.2. Op 10 juni 2006 is er in het Agrarisch Dagblad onder de kop "Laffe mannetjes - Dierenarts voert eenzaam gevecht" een interview met [gedaagde] gepubliceerd. In het interview staat onder meer het volgende vermeld:
Wakker Dier
"Een stelletje terroristen, ik kan het echt niet anders zien. En nu komen ze bovengronds via de Partij voor de Dieren. Die lieden zijn tot alles in staat. Het is levensgevaarlijk als die club met een aantal zetels in de Tweede Kamer komt. Ik overweeg om in de aanloop naar de verkiezingen elke maand een advertentie in de Telegraaf te zetten om de kiezers te waarschuwen. Sommige partijen hebben een lijstduwer, ik ga op pad als lijstanker."
Eerder dit jaar noemde hij ([gedaagde], toevoeging president) de actiegroep Wakker Dier een terroristische organisatie, want "het laten demonstreren van bejaarden voor 'Oma's cake zonder kooieieren' kan men gerust terrorisme noemen".
2.3. Enige tijd na het verschijnen van voornoemd interview in het Agrarische Dagblad is de tekst van het interview integraal op de website www.pluimveepraktijk.com geplaatst.
2.4. De raadsman van Wakker Dier heeft [gedaagde] tweemaal schriftelijk gesommeerd over te gaan tot rectificatie waarop door [gedaagde] niet is gereageerd. [gedaagde] heeft de eerste sommatie van de raadsman van Wakker Dier op vermelde website geplaatst en aan de media (Algemeen Dagblad en RTV Oost) verstuurd.
3.1. Wakker Dier vordert, samengevat, bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
1. [gedaagde] te verbieden Wakker Dier , haar aangeslotenen en/of medewerkers zonder objectief redelijke grond in verband te brengen met enig strafbaar feit, waaronder uitdrukkelijk begrepen (daden van) terrorisme, zulks op straffe van een onmiddellijk opeisbare dwangsom van EUR 10.000,00 voor iedere keer dat in strijd met dit verbod wordt gehandeld (met een maximum van EUR 200.000,00); waarbij uitdrukkelijk zij vermeld dat het opnieuw (doen) publiceren van uitlatingen van die strekking uit het verleden (anders dan in na te noemen rectificaties) ook als in strijd met dit verbod zal worden aangemerkt;
2. [gedaagde] te veroordelen binnen 5 dagen na betekening van het ten deze te wijzen vonnis een rectificatie te plaatsen in het Agrarisch Dagblad met betrekking tot het interview van 10 juni jl. op straffe van een dwangsom van EUR 10.000,00 voor elke dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat hij in gebreke blijft geheel aan deze veroordeling te voldoen, met een maximum van EUR 200.000,00;
3. [gedaagde] te veroordelen binnen 24 uur na betekening van het ten deze te wijzen vonnis een rectificatie te plaatsen op de homepage www.pluimveepraktijk.com met betrekking tot het interview in het Agrarisch Dagblad op straffe van een dwangsom van EUR 10.000,00 voor elke dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat hij in gebreke blijft geheel aan deze veroordeling te voldoen (met een maximum van EUR 200.000,00);
4. [gedaagde] te veroordelen binnen 24 uur na betekening van het ten deze te wijzen vonnis iedere weergave van het interview met [gedaagde] in het Agrarisch Dagblad van 10 juni 2006 van de website van pluimveepraktijk [gedaagde] B.V. te verwijderen en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom van EUR 10.000,00 voor elke dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat hij in gebreke blijft geheel aan deze veroordeling te voldoen (met een maximum van EUR 200.000,00);
5. [gedaagde] te veroordelen aan Wakker Dier te betalen een bedrag van EUR 5.000,00 aan schadevergoeding bij wege van voorschot,
6. [gedaagde] te veroordelen in de kosten van dit geding.
3.2. [gedaagde] voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. Door [gedaagde] en diens raadsman is gesteld dat onderhavige zaak zich niet leent voor behandeling in kort geding. In dat verband is de complexiteit en de omvang van het geschil aangevoerd, het feit dat [gedaagde] het specifieke deel van de Criminaliteitsbeeldanalyse radicaal dierenrechtenactivisme van de KLPD nog niet heeft weten te verkrijgen, en het feit dat onderhavige zaak een fundamentele kwestie aan de orde stelt welke zich niet leent voor een voorlopig oordeel in kort geding.
4.2. Het verweer aan de zijde van [gedaagde] wordt verworpen. De onderhavige zaak kan niet ongeschikt worden geacht om in kort geding te behandelen omdat het hier gaat om rectificatie van door [gedaagde] gedane uitlatingen - die als zodanig niet zijn bestreden - en in voldoende mate kan worden onderzocht of in het kader van na te melden belangenafweging een voorlopig oordeel in deze spoedeisende zaak kan worden gegeven.
4.3. De vraag die partijen verdeeld houdt is of [gedaagde] met zijn uitlatingen al dan niet onrechtmatig jegens Wakker Dier heeft gehandeld. De belangen welke in onderhavige zaak aan de orde zijn betreffen enerzijds het belang om niet door publicaties in de media, waaronder het internet, te worden blootgesteld aan lichtvaardige verdachtmakingen en anderzijds het belang (dat moet worden afgewogen) om onderkende misstanden die de samenleving kunnen raken, aan de kaak te kunnen stellen.
4.4. Bij de beantwoording van die vraag en bij het toepassen van genoemde belangenafweging zijn de volgende aspecten van belang:
a. de aard van de gepubliceerde verdenkingen en de ernst van de te verwachten gevolgen voor degene op wie die verdenkingen betrekking hebben;
b. de ernst - bezien vanuit het algemeen belang - van de misstand welke de publicatie aan de kaak beoogt te stellen;
c. de mate waarin ten tijde van de publicatie de verdenkingen steun vonden in het toen beschikbare feitenmateriaal;
d. de inkleding van de verdenkingen, gezien in verhouding tot de onder a tot en met c bedoelde factoren;
e. de mate van waarschijnlijkheid dat, ook zonder de verweten publicatie via de pers, in het algemeen belang het nagestreefde doel langs andere, voor de wederpartij minder schadelijke wegen met een redelijke kans op spoedig succes bereikt had kunnen worden;
f. een mogelijke beperking van het door de perspublicatie te veroorzaken nadeel voor degene die erdoor wordt getroffen, in verband met de kans dat het betreffende stuk, ook zonder de verweten terbeschikkingstelling aan de pers, in de publiciteit zou zijn gekomen.
4.5. Niet ter discussie staat dat de aard van de gepubliceerde verdenkingen (het zijn van een terroristische organisatie althans het bestaan uit terroristen) ernstig is en van verstrekkende aard, temeer daar Wakker Dier beoogt brede steun te verwerven bij het algemene publiek voor donaties en steun van door haar ondernomen acties.
4.6. Partijen zijn verdeeld over de vraag of hetgeen Wakker Dier wenst te bestrijden (kort gezegd: de bio-industrie) kan worden aangemerkt als een misstand, doch wel kan worden gezegd dat het hier gaat om een maatschappelijk relevante vraag die zowel te maken heeft met de wijze waarop met dieren wordt omgegaan als met de vraag naar volksgezondheidaspecten.
4.7. Maar zeer verdeeld zijn partijen over de mate waarin de gepubliceerde verdenkingen steun vinden in het beschikbare feitenmateriaal.
4.8. Het betoog van [gedaagde] komt er in feite op neer dat een met name genoemd persoon zou behoren tot de nauwe kennissenkring rond Volkert van der G, die is veroordeeld wegens de moord op Pim Fortuijn. Hoewel niet valt uit te sluiten dat deze persoon of andere personen met intenties zoals [gedaagde] aan hen toeschrijft (haat zaaien tegen boeren en dergelijke), binnen Wakker Dier werkzaam zijn en deze organisatie gebruiken voor hun onjuiste doelstellingen, is dat op zich niet voldoende om de organisatie te kwalificeren zoals hij heeft gedaan. Daarvoor is nodig dat minstens aannemelijk wordt gemaakt dat dit handelen daadwerkelijk plaatsvindt en dat Wakker Dier dat uitdrukkelijk of stilzwijgend toelaat. Daarvan is geen sprake.
4.9. Dit betoog is immers niet alleen met onvoldoende feiten onderbouwd, maar vindt ook geen steun in de overgelegde rapportage van de KLPD. In dat rapport wordt Wakker Dier steeds aangeduid als legaal en gematigd. Ook in het overgelegde AIVD rapport "Dierenrechtenactivisme in Nederland: grenzen tussen vreedzaam en vlammend protest" wordt Wakker Dier geschaard onder de gematigde laag van actiegroepen die zich slechts van vreedzame en legale middelen bedienen om hun doelstellingen te bereiken. Voorts is door Wakker Dier bij de behandeling ter zitting aangevoerd dat zij 500 vrijwilligers in dienst heeft en dat er 28.000 donateurs zijn.
4.10. Verder stelt Wakker Dier dat zij, om te voorkomen dat zij in verband worden gebracht met illegale acties, met elk van deze 500 vrijwilligers een contract heeft afgesloten waarin het de vrijwilliger wordt verboden de wet te overtreden. Wakker Dier heeft voorts gesteld dat zij uiteraard niet kan controleren noch er voor kan instaan dat haar 28.000 donateurs zich niet bedienen van illegale acties ten behoeve van dierenrechten. Wakker Dier heeft zich in het verleden altijd gedistantieerd van elke actie waarbij de wet wordt overtreden en zal dat in de toekomst ook doen.
4.11. Hetgeen [gedaagde] daartegenover stelt is onvoldoende om zijn uitlatingen te rechtvaardigen. Volgens hem is het feit dat [A] bij Wakker Dier werkzaam is, reeds voldoende voor de door hem getrokken conclusies. Immers, [A] werkte in het verleden nauw samen met Volkert van der G. en is thans beleidsmedewerker bij Wakker Dier. Verder stelt hij dat de directrice van Wakker Dier ook boegbeeld is van de Partij voor de Dieren en tevens verbonden aan de organisatie Bont voor Dieren. Voorts blijkt uit het jaarverslag 2004 van Wakker Dier dat zij vergaande samenwerkingsverbanden onderhouden met andere dierenrechtenorganisaties zoals Lekker Dier en Animal Peace.
4.12. Gelijk eerder overwogen is dit op zich, noch in onderling verband en samenhang bezien, voldoende om verstrekkende uitlatingen te mogen doen zoals hij heeft gedaan.
Daaraan doet niet af hetgeen is aangegeven in een aantal passages uit het overgelegde KLPD rapport "Criminaliteitsbeeldanalyse radicaal dierenrechtenactivisme 1999-2003" luidende:
(pagina 53)
Daarnaast is er sprake van een verticale connectie tussen de radicale actiegroepen en de meer gematigde organisaties die voor dieren opkomen door betrokkenheid van leden of sympathisanten bij radicale acties. In welke mate deze gematigde organisaties (of individuele leden daarbinnen) ook nu nog betrokken zijn bij radicale acties is niet duidelijk maar verdient de nodige aandacht van opsporingsinstanties.
(pagina 56)
De geregistreerde organisaties houden zich bezig met legale, democratische acties. Overleg met de overheden behoort daarbij tot de normale procedures. De niet-geregistreerde bewegingen daarentegen wijzen alle vormen van overleg af. Opvallend is dat sommige individuele leden van de geregistreerde organisaties zich ook bezig houden met de strafbare actievormen, die onder de naam van niet-geregistreerde bewegingen worden uitgevoerd.
(pagina 57)
Bij onderzoek naar dierenrechtenacties dient daarom vooral gekeken te worden naar de betrokken actievoerders en kan maar beperkte waarde worden gehecht aan de naam van de instantie waaronder ze worden geclaimd.
Deze bevindingen zijn onvoldoende specifiek ten aanzien van Wakker Dier om de door [gedaagde] voorgestane conclusies te kunnen dragen.
4.13. Daarbij komt dat gesteld noch gebleken is dat de organisaties waarmee Wakker Dier samenwerkingsverbanden onderhoudt, betrokken zijn geweest bij illegale acties, dan wel dat deze organisaties in het KLPD rapport of in het AIVD rapport worden aangeduid als radicaal. Eveneens is gesteld, laat staan aannemelijk gemaakt, dat de beleidsmedewerker van Wakker Dier die in het verleden zou hebben samengewerkt met Volkert van der G., betrokken is geweest bij gewelddadige acties. Overigens, zelfs indien door [gedaagde] onderbouwd zou zijn aangetoond dat Wakker Dier via individuen die voor haar werken dan wel via andere organisaties waar zij mee samenwerkt (indirect) betrokken is bij illegale acties, is daarmee niet direct aangetoond dat Wakker Dier valt aan te merken als terroristisch.
4.14. Immers, Wakker Dier voert, zoals onweersproken is gesteld, actief beleid om te voorkomen dat zij in verband wordt gebracht met illegale acties door zich daarvan te distantiëren en door haar vrijwilligers contractueel te verbieden dergelijke acties te voeren.
4.15. Daar komt nog bij dat niet iedere min of meer gewelddadige actie ten behoeve van dierenwelzijn zal vallen onder de definitie van art. 83a van het Wetboek van Strafrecht. [gedaagde] heeft derhalve, door Wakker Dier terroristisch te noemen, onrechtmatig gehandeld jegens Wakker Dier.
4.16. Voor wat betreft de uitlating over het "demonstreren van bejaarden" dient te worden opgemerkt dat het hier ging om geweldloze protestdemonstraties in een actievorm die hier te landen geenszins ongebruikelijk en algemeen aanvaard is. Het stempel van terrorisme past daarop in genen dele.
4.17. Gelet op de [gedaagde] thans ten dienst staande middelen is waarschijnlijk dat hij ook zonder de verweten publicatie zijn doelen langs andere, voor de wederpartij minder schadelijke wegen met een redelijke kans op spoedig succes kan bereiken;
4.18. Het verweer van [gedaagde] dat de onder 3 en 4 gevraagde voorzieningen aangaande de website niet kunnen worden toegewezen aangezien dit ziet op een andere partij (de pluimveepraktijk), wordt gepasseerd. Hoewel het de voorkeur zou hebben verdiend als Wakker Dier eveneens Pluimveepraktijk [gedaagde] B.V. had gedagvaard, staat vast dat [gedaagde] indirect enig aandeelhouder is van voornoemde B.V. en dat [gedaagde] de feitelijke zeggenschap heeft over de website. De gevraagde voorzieningen zullen dan ook worden toegewezen, zij het met na te melden aanpassingen.
4.19. De voorzieningenrechter zal [gedaagde] niet verbieden Wakker Dier, haar aangeslotenen en/of medewerkers in verband te brengen met enig strafbaar feit doch slechts met (daden van) terrorisme. [gedaagde]'s vrijheid van meningsuiting zou in dat geval immers te zeer worden beperkt nu 'enig strafbaar feit' een vage omschrijving is die bovendien een omvangrijk gebied bestrijkt. Daar komt bij dat Wakker Dier een organisatie is die de publieke discussie over de bio-industrie en de producten uit die industrie op een zo pregnante manier voert, dat daartegen ook soortgelijke reacties kunnen worden verwacht.
4.20. Voorts zal het gevorderde voorschot op schadevergoeding worden toegekend voor een bedrag van EUR 1.000,00 wegens reputatieschade. Voor een stichting als Wakker Dier is een goede naam en reputatie van groot belang nu zij voor haar voortbestaan mede afhankelijk is van donateurs. Wakker Dier heeft voor het overige onvoldoende onderbouwd gesteld dat sprake is van kosten die betrekking hebben op verrichtingen die meer omvatten dan een enkele aanmaning, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier.
4.21. De gevorderde dwangsommen zullen als na te melden worden beperkt en daarnaast zal het tijdsbestek waarbinnen [gedaagde] dient te voldoen aan bepaalde veroordelingen worden verruimd.
4.22. [gedaagde] zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Wakker Dier worden begroot op:
- dagvaarding EUR 84,88
- vast recht 296,00
- salaris procureur 816,00
Totaal EUR 1.196,88
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. verbiedt [gedaagde] om Wakker Dier, haar aangeslotenen en/of medewerkers zonder objectief redelijke grond in verband te brengen met (daden van) terrorisme, zulks op straffe van een onmiddellijk opeisbare dwangsom van EUR 5.000,00 voor iedere keer dat in strijd met dit verbod wordt gehandeld, waarbij het opnieuw (doen) publiceren van uitlatingen van die strekking uit het verleden (anders dan in na te noemen rectificaties) ook als in strijd met dit verbod wordt aangemerkt;
5.2. veroordeelt [gedaagde] binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis een rectificatie te plaatsen in het Agrarisch Dagblad ter grootte van tenminste één zestiende van de bladspiegel en op de bovenste helft daarvan, zulks op de eerste oneven pagina waarop advertenties kunnen worden geplaatst, met uitsluitend de volgende tekst:
Rectificatie
In een interview in deze krant, gepubliceerd op 10 juni jl. heb ik de medewerkers en/of aangeslotenen van de Stichting Wakker Dier "een stelletje terroristen" genoemd en haar acties "terrorisme". De president van de rechtbank te Zwolle heeft bij vonnis van 9 augustus 2006 geoordeeld dat ik deze uitspraken niet met redelijke argumenten kan onderbouwen en dat deze derhalve onrechtmatig zijn, en mij gelast deze rectificatie te plaatsen.
Ik trek de genoemde uitspraken bij deze in.
op straffe van een dwangsom van EUR 5.000,00 voor elke dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat [gedaagde] in gebreke blijft geheel aan deze veroordeling te voldoen;
5.3. veroordeelt [gedaagde] binnen 48 uur na betekening van dit vonnis een rectificatie te plaatsen op de Nederlandstalige homepage van de website www.pluimveepraktijk.com, welke rectificatie aldus dient te worden geplaatst dat deze direct, dat wil zeggen zonder scrollen, in beeld is en dat deze een breedte heeft van tenminste vijftien centimeter en een hoogte van tenminste acht centimeter, welke rectificatie gedurende tien dagen onafgebroken op deze wijze op de website aanwezig en toegankelijk blijft en niet van enig commentaar is voorzien, en welke rectificatie als volgt luidt:
Rectificatie
In een interview in het Agrarisch Dagblad, dat tevens is gepubliceerd op deze website heb ik de medewerkers en/of aangeslotenen van de Stichting Wakker Dier "een stelletje terroristen" genoemd en haar acties "terrorisme". De president van de rechtbank te Zwolle heeft bij vonnis van 9 augustus 2006 geoordeeld dat ik deze uitspraken niet met redelijke argumenten kan onderbouwen en dat deze derhalve onrechtmatig zijn, en mij gelast deze rectificatie te plaatsen.
Ik trek de genoemde uitspraken bij deze in.
op straffe van een dwangsom van EUR 5.000,00 voor elke dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat [gedaagde] in gebreke blijft geheel aan deze veroordeling te voldoen;
5.4. veroordeelt [gedaagde] binnen 48 uur na betekening van dit vonnis iedere weergave van het interview met [gedaagde] in het Agrarisch Dagblad van 10 juni 2006 van de website van pluimveepraktijk [gedaagde] B.V. te verwijderen en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom van EUR 5.000,00 voor elke dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat [gedaagde] in gebreke blijft geheel aan deze veroordeling te voldoen;
5.5. veroordeelt [gedaagde] aan Wakker Dier te betalen een bedrag van EUR 1.000,00 aan schadevergoeding bij wege van voorschot;
5.6. bepaalt dat [gedaagde] uit hoofde van dit vonnis maximaal EUR 200.000,00 aan dwangsommen kan verbeuren;
5.7. veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van Wakker Dier tot op heden begroot op EUR 1.196,88;
5.8. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.9. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.A. Maan, president als voorzieningenrechter, en in het openbaar uitgesproken op 9 augustus 2006.