ECLI:NL:RBZLY:2007:BA9893
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Th.A. Ariëns
- Rechtspraak.nl
Vordering van een studente tegen haar onderwijsinstelling wegens toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de onderwijsovereenkomst
In deze zaak vorderde de eiseres, een studente, een schadevergoeding van haar onderwijsinstelling, de Stichting Saxion, op basis van een vermeende toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de onderwijsovereenkomst. De eiseres had tussen 2001 en 2004 een opleiding gevolgd aan Saxion en stelde dat zij door een gebrek aan ondersteuning van de instelling in de periode waarin zij verstoken was van een verblijfsvergunning, schade had geleden. De eiseres vorderde een bedrag van EUR 5.652,-- ter compensatie van gemaakte administratiekosten, reiskosten en inkomstenderving.
De rechtbank onderzocht de feiten en omstandigheden van de zaak. Het bleek dat de eiseres bij een Chinees restaurant werkte om extra inkomsten te genereren, maar dat haar verblijfsvergunning was ingetrokken, waardoor zij niet kon werken. De eiseres stelde dat Saxion verantwoordelijk was voor het tijdig doorgeven van haar adreswijziging aan de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), zodat de acceptgiro voor de leges niet naar haar, maar naar Saxion zou worden gestuurd. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van een ongelukkige samenloop van omstandigheden, waarbij zowel Saxion als de eiseres tekortschoten in hun verantwoordelijkheden.
Uiteindelijk oordeelde de rechtbank dat Saxion aansprakelijk was voor de helft van de inkomstenderving van EUR 2.200,--, en dat de proceskosten gecompenseerd zouden worden. De eiseres kreeg een schadevergoeding van EUR 1.100,-- toegewezen, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de dag van de dagvaarding. De rechtbank benadrukte dat de schade door beide partijen gelijkelijk moest worden gedragen, gezien de eisen van redelijkheid en billijkheid.