ECLI:NL:RBZLY:2008:BC8896
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Zomer
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om verlof voor onderhandse verkoop van onroerende zaak met overweging van mogelijk misbruik van bevoegdheid door hypotheekverstrekker
In deze zaak heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 7 april 2008 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van ABN AMRO BANK N.V. tot het verkrijgen van verlof voor de onderhandse verkoop van een onroerende zaak. De verzoekster, ABN AMRO BANK, wilde de woning van de verweerder verkopen, ondanks dat er geen sprake was van wanbetaling. De verweerder had betalingsafspraken gemaakt met de beslagleggers en stelde dat de woning aanzienlijk meer waard was dan het door de bank voorgestelde bedrag van EUR 135.000,=. Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende taxateurs gehoord die de waarde van de woning op EUR 154.000,= en EUR 152.000,= hebben geschat, wat de stelling van de verweerder ondersteunde dat de onderhandse verkoopprijs te laag was.
De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat het bod van de koper onder de executiewaarde ligt en dat er voldoende aanwijzingen zijn dat de woning op de veiling meer kan opbrengen. De rechter heeft ook overwogen dat ABN AMRO BANK mogelijk misbruik van haar bevoegdheid heeft gemaakt door tot executie over te gaan, aangezien de reden voor de executie niet lag in wanbetaling, maar in de aanwezigheid van twee beslagleggers. De rechter heeft de verzoeken van ABN AMRO BANK afgewezen en bepaald dat de openbare verkoop op 17 juni 2008 zal plaatsvinden.
De voorzieningenrechter heeft de verweerder geadviseerd om juridische bijstand te zoeken om zijn belangen te behartigen in deze situatie, vooral gezien de mogelijke misstanden rondom de executie van zijn woning. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging bij executoriale verkopen, vooral wanneer er geen duidelijke betalingsachterstand is.