ECLI:NL:RBZLY:2009:BH5775
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ongegrondverklaring beroep tegen verlenen vergunning voor het verwijderen van een Amerikaanse eik op kindgraf op begraafplaats
In deze zaak heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 10 maart 2009 uitspraak gedaan in een geschil over de verlening van een kapvergunning voor een Amerikaanse eik op een kindgraf op de algemene begraafplaats te Staphorst. De vergunning was verleend door het college van burgemeester en wethouders van Staphorst op 20 maart 2008. Eiser en eiseres, de vader en zuster van het overleden kind, hebben tegen deze vergunning beroep ingesteld, omdat zij zich verzetten tegen de kap van de boom die op het graf stond. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vergunning is verleend in overeenstemming met de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Staphorst, die voorschrijft dat zonder vergunning geen houtopstand mag worden geveld. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen weigeringsgronden van toepassing zijn zoals genoemd in de APV, en dat de gemeente niet bevoegd was om de vergunning te weigeren. De rechtbank heeft ook overwogen dat de emotionele waarde die de eisers aan de boom toekennen niet kan worden meegewogen in de belangenafweging, omdat de wet dit niet toestaat. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de belangen van de gemeente als eigenaar en beheerder van de begraafplaats voorop staan en dat de verlening van de kapvergunning rechtmatig is. De eisers hebben hun bezwaren tegen de motivering van de vergunning niet kunnen onderbouwen, en de rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard. De uitspraak is openbaar gedaan en de griffier was aanwezig.