ECLI:NL:RBZLY:2009:BI2304
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake de totstandkoming van een koopovereenkomst en onvoorziene omstandigheden in vastgoedtransactie
In deze zaak, die voor de Rechtbank Zwolle-Lelystad werd behandeld, stond de vraag centraal of er een koopovereenkomst tot stand was gekomen tussen de naamloze vennootschap HET GROENE LAND PWZ ACHMEA ZORGVERZEKERINGEN NV (hierna: Achmea) en de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid NEDERLANDSCHE PARTICIPATIE MAATSCHAPPIJ B.V. (hierna: NPM). Achmea vorderde nakoming van de koopovereenkomst met betrekking tot een registergoed in Meppel, terwijl NPM zich op het standpunt stelde dat er geen overeenkomst was gesloten en dat, indien er wel een overeenkomst was, deze ontbonden kon worden op grond van onvoorziene omstandigheden, te weten de kredietcrisis die het verkrijgen van financiering bemoeilijkte.
De rechtbank oordeelde dat er wel degelijk een koopovereenkomst tot stand was gekomen op 21 oktober 2008, toen Achmea het aanbod van NPM had aanvaard. De rechtbank wees erop dat de onderhandelingen over aanvullende voorwaarden niet afdoen aan de reeds gesloten overeenkomst. NPM had niet aannemelijk gemaakt dat zij geen financiering kon verkrijgen, en de rechtbank oordeelde dat de omstandigheden die financiering bemoeilijken voor rekening van NPM komen. De kredietcrisis was een voorzienbaar risico bij vastgoedtransacties, en het niet opnemen van een financieringsvoorbehoud in de overeenkomst betekende dat NPM de kans aanvaardde dat zij niet in staat zou zijn om aan haar verplichtingen te voldoen.
De rechtbank veroordeelde NPM om binnen vijf dagen na betekening van het vonnis mee te werken aan de ondertekening van de akte van levering en de koopsom van EUR 3.450.000,00 te voldoen. Tevens werd NPM veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van Achmea waren begroot op EUR 1.251,98. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.