ECLI:NL:RBZLY:2009:BJ1013
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H. Canté
- Rechtspraak.nl
Ontbinding arbeidsovereenkomst wegens seksuele intimidatie door leidinggevende
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 29 mei 2009 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, aangeduid als [WERKGEEFSTER] B.V., en haar werknemer, aangeduid als [WERKNEMER]. De verzoekster heeft ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzocht vanwege gewijzigde omstandigheden, met name ongewenste intimiteiten en seksuele intimidatie door de leidinggevende, [WERKNEMER]. De werknemer heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de kantonrechter, maar verzocht om een billijke vergoeding van € 86.953,80 bruto, wat door de verzoekster werd betwist.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen wettelijk opzegverbod was en heeft de feiten en omstandigheden rondom de beschuldigingen van seksuele intimidatie door [WERKNEMER] grondig onderzocht. Meerdere ondergeschikten hebben verklaard dat zij zich geïntimideerd voelden door het gedrag van [WERKNEMER], waaronder ongewenste aanrakingen en seksueel getinte opmerkingen. De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de beschuldigingen in overwegende mate aannemelijk zijn gemaakt, mede op basis van gedetailleerde verklaringen van de betrokkenen.
De kantonrechter heeft uiteindelijk besloten de arbeidsovereenkomst te ontbinden per 1 juni 2009, waarbij is geoordeeld dat de werknemer in overwegende mate verantwoordelijk is voor de ontstane situatie. De verzoekster heeft geen recht op een billijke vergoeding gekregen, omdat de kantonrechter van mening was dat de werknemer de verstoorde arbeidsrelatie grotendeels aan zichzelf te wijten had. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.