ECLI:NL:RBZLY:2009:BK7312

Rechtbank Zwolle-Lelystad

Datum uitspraak
16 december 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07/400230-09
Instantie
Rechtbank Zwolle-Lelystad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal uit meerdere voertuigen in Zwolle met recidive en bijzondere voorwaarden

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 16 december 2009, is de verdachte beschuldigd van meerdere diefstallen uit voertuigen in Zwolle, gepleegd op 31 augustus 2009. Het onderzoek ter terechtzitting vond plaats op 2 december 2009, waarbij de verdachte werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. B.J.W. Tijkotte, en de officier van justitie, mr. G.C. Pol, aanwezig was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich samen met een ander schuldig heeft gemaakt aan vier auto-inbraken en een poging daartoe, waarbij hij zich toegang tot de voertuigen heeft verschaft door middel van braak en verbreking. De rechtbank achtte de tenlasteleggingen wettig en overtuigend bewezen, met uitzondering van een deel van de aanklacht, waar de verdachte werd vrijgesproken.

De rechtbank oordeelde dat er geen feiten of omstandigheden waren die de strafbaarheid van de verdachte uitsloten. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht maanden, waarvan drie maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. Als bijzondere voorwaarde werd opgelegd dat de verdachte zich gedurende de proeftijd moet houden aan de voorschriften van de reclassering, waaronder deelname aan een COVA-training. De rechtbank heeft ook de vorderingen van benadeelde partijen afgewezen, omdat deze niet ontvankelijk waren in het strafgeding en enkel bij de burgerlijke rechter konden worden ingediend.

De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten, de recidive van de verdachte en de impact van de gepleegde delicten op de slachtoffers. De rechtbank heeft de straf bepaald op basis van de Oriëntatiepunten straftoemeting van het LOVS, waarbij de verdachte niet als veelpleger werd aangemerkt, maar de omstandigheden van de zaak leidden tot een zwaardere straf dan gebruikelijk voor diefstal uit een auto. De rechtbank heeft de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde straf toegewezen, gezien de schending van de voorwaarden door de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK ZWOLLE - LELYSTAD
Sector Strafrecht - Meervoudige Strafkamer
Parketnummer: 07.400230-09 en 07.440185-07 (TUL) (P)
Uitspraak: 16 december 2009
VONNIS IN DE STRAFZAAK VAN:
het openbaar ministerie
tegen
(verdachte)
geboren (geboorteplaats)
wonende te (adres)
thans verblijvende in P.I. Flevoland, Huis van Bewaring Lelystad, Lelystad, Larserdreef 300
ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op 2 december 2009. De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. B.J.W. Tijkotte, advocaat te Zaandam. Als officier van justitie was aanwezig mr. G.C. Pol.
TENLASTELEGGING
De verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening uit een, aan de Klokkengieterlaan geparkeerd staande,
personenauto (merk en kenteken auto)heeft weggenomen een (inbouw)
radio/navigatiesysteem (serienummer) in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan (benadeelde partij 1), in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of
zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
2.
hij in of omstreeks de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening uit een, aan de Frankhuizerallee geparkeerd
staande, personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een
(inbouw)radio/navigatiesysteem, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan (benadeelde partij 2) in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of
zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
3.
hij in of omstreeks de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening uit een, aan de Frankhuizerallee geparkeerd
staande, personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een
(inbouw)radio/navigatiesysteem, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan (benadeelde partij 3), in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of
zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
4.
hij in of omstreeks de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening uit een, aan de Karveelschipperstraat
geparkeerd staande, personenauto (merk en kenteken auto) heeft
weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem, in elk geval enig goed, geheel
of ten dele toebehorende aan (benadeelde partij 4), in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
5.
hij in of omstreeks de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle ter
uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening in/uit een, aan de Sterrenkroos geparkeerd
staande, personenauto (merk en kenteken auto) weg te nemen goederen
en/of geld van zijn/hun gading, geheel of ten dele toebehorende aan (benadeelde partij 5) in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die
personenauto te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goederen en/of geld
onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of
inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen een ruit van
voornoemde personenauto heeft/hebben ingeslagen en/of geforceerd, terwijl de
uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
VOORVRAGEN
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
BEWIJSMOTIVERING
Het standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot bewezenverklaring van het onder 1 tot en met 5 ten laste gelegde.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank ter zake van het onder 1 tot en met 5 ten laste gelegde.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht voldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig aangaande de ten laste gelegde feiten. De bewezenverklaring wordt gebaseerd op de aangiftes van (5 keer naam aangevers/benadeelde partijen) alsmede de bekennende verklaring van verdachte en mededader (naam mededader) .
BEWEZENVERKLARING
De rechtbank acht derhalve wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte onder 1 tot en met 5 ten laste is gelegd, met dien verstande dat
1.
hij op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en in vereniging met een
ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Klokkengieterlaan geparkeerd staande personenauto (merke en kenteken auto)heeft weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem toebehorende aan (benadeelde partij 1), waarbij verdachte en/of
zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en het weg te nemen goed onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en verbreking
2.
hij in de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Frankhuizerallee geparkeerd staande personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem toebehorende aan (benadeelde partij 2) waarbij verdachte en/of zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en het weg te nemen goed onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en verbreking
3.
hij in de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Frankhuizerallee geparkeerd staande personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem toebehorende aan (benadeelde partij 3) waarbij verdachte en/of zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en het weg te nemen goed onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en verbreking
4.
hij in de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle tezamen en
in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Karveelschipperstraat geparkeerd staande personenauto (merk en kenteken auto) heeft weggenomen een (inbouw)radio/navigatiesysteem toebehorende aan (benadeelde partij 4) waarbij verdachte en/of zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en het weg te nemen goed onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en verbreking
5.
hij in de nacht van 30 op 31 augustus 2009 te Zwolle - ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een aan de Sterrenkroos geparkeerd staande personenauto (merk en kenteken auto) weg te nemen goederen toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en zijn mededader en zich daarbij de toegang tot die
personenauto te verschaffen door middel van braak- met zijn mededader, althans alleen een ruit van voornoemde personenauto heeft ingeslagen en/of geforceerd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Van het meer of anders ten laste gelegde zal de verdachte worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet wettig en overtuigend bewezen acht.
DE STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
Het onder 1 tot en met 4 bewezene levert op telkens:
Diefstal door twee of meer verenigde personen gepleegd, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en verbreking,
strafbaar gesteld bij artikel 311 juncto 310 van het Wetboek van Strafrecht
Het onder 5 bewezene levert op:
Poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak,
strafbaar gesteld bij artikel 311 juncto 310 juncto artikel 45 van het Wetboek van Strafrecht
Er zijn geen feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluiten. Dit levert de genoemde strafbare feiten op.
DE STRAFBAARHEID VAN DE VERDACHTE
Er zijn geen feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De verdachte is derhalve strafbaar.
OPLEGGING VAN STRAF EN/OF MAATREGEL
Het standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft op grond van hetgeen hij bewezen heeft geacht gevorderd dat aan verdachte zal worden opgelegd een gevangenisstraf van acht maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar en de bijzondere voorwaarde dat verdachte zich tot het einde van de proeftijd zal gedragen naar aanwijzingen van de reclassering, ook als dat inhoudt dat verdachte een Cognitieve Vaardigheidstraining (COVA-training) moet volgen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging acht een gevangenisstraf gelijk aan de duur van het voorarrest met daarnaast een voorwaardelijke gevangenisstraf op zijn plaats. Ter onderbouwing is gewezen op de Oriëntatiepunten straftoemeting van het Landelijk overleg van voorzitters van de strafsectoren van de gerechtshoven en de rechtbanken (LOVS), waarin als uitgangspunt voor diefstal uit een auto een strafmaat van drie weken onvoorwaardelijke gevangenisstraf wordt gehanteerd. Voorts is verdachte niet aan te merken als een veelpleger in de zin van genoemde Oriëntatiepunten en is hij gemotiveerd om begeleid te worden in het kader van een reclasseringstoezicht.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en de ernst van het
bewezen en strafbaar verklaarde, op de omstandigheden waaronder verdachte zich daaraan
heeft schuldig gemaakt en op de persoon van verdachte, zoals van een en ander uit het
onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een straf en bij de vaststelling van de
duur daarvan in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
Verdachte heeft zich in één nacht samen met een ander schuldig gemaakt aan vier
auto-inbraken en één poging daartoe. Dit betreft zeer ergerlijke feiten, die naast schade veel
hinder veroorzaken voor de gedupeerden en in het algemeen bij de benadeelden gevoelens
van onrust en onveiligheid teweegbrengen. De rechtbank rekent verdachte deze feiten zwaar
aan, niet alleen vanwege het grote aantal inbraken in relatief korte tijd maar ook vanwege het
kennelijke gemak waarmee verdachte is doorgegaan met het plegen van deze strafbare feiten
zonder oog te hebben gehad voor de gevolgen voor de slachtoffers.
Uit het Uittreksel Justitiële Documentatie van 26 oktober 2009 blijkt dat verdachte eerder is
veroordeeld voor soortgelijke feiten.
Voor enig vergelijk heeft de rechtbank acht geslagen op de Oriëntatiepunten van het LOVS.
Als uitgangspunt voor diefstal uit een auto wordt bij een alleen opererende dader een
gevangenisstraf van drie weken onvoorwaardelijk gehanteerd. Is verdachte
als veelpleger aan te merken dan wordt als uitgangspunt een gevangenisstraf van acht weken
onvoorwaardelijk gehanteerd. Hoewel de rechtbank met de verdediging van oordeel is
dat verdachte strikt genomen niet valt onder de definitie van veelpleger in de zin van de
Oriëntatiepunten, ziet de rechtbank in de recidive alsmede in de omstandigheid dat verdachte
de strafbare feiten niet alleen maar samen met een ander heeft begaan aanleiding om
verdachte een zwaardere straf op te leggen dan drie weken onvoorwaardelijke
gevangenisstraf per auto-inbraak.
Door de reclassering is op 1 december 2009 een adviesrapportage uitgebracht omtrent de
persoon van verdachte. In dit rapport is vermeld dat verdachte door zijn grote mate
van beïnvloedbaarheid, zijn impulsiviteit en zijn contacten met mensen uit het criminele
circuit makkelijk in de problemen kan komen.
Verdachte is van zins om te breken met zijn verkeerde contacten, wil gaan werken en een
normaal leven opbouwen. Verdachte is gemotiveerd om een COVA-training te volgen.
De reclassering adviseert de rechtbank om aan verdachte een - deels voorwaardelijke –
gevangenisstraf op te leggen waarbij een verplicht reclasseringscontact als bijzondere
voorwaarde wordt gesteld, in het kader waarvan deelname aan een COVA-training zal
kunnen plaatsvinden
Alles afwegend is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf van acht maanden,
waarvan drie maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar passend en geboden
is. De rechtbank ziet voorts aanleiding –dit ter voorkoming van nieuwe delicten- aan het
voorwaardelijk deel van de op te leggen gevangenisstraf na te melden bijzondere voorwaarde
te verbinden.
Benadeelde partij(en)
(persoonsnaam) heeft zich namens benadeelde partij (benadeelde partij 4). schriftelijk in het strafgeding gevoegd ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde en een bedrag van € 1.770,80 gevorderd in verband met herstel van de schade die aan de auto is toegebracht en de vervanging van het navigatiesysteem.
Benadeelde partij (benadeelde partij 3) heeft zich ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde schriftelijk in het strafproces gevoegd en een bedrag van € 824,67 gevorderd in verband met gederfde inkomsten.
De vorderingen van de benadeelde partijen zijn naar het oordeel van de rechtbank niet van zo eenvoudige aard dat deze zich lenen voor behandeling in het strafgeding. De rechtbank zal derhalve bepalen dat de benadeelde partijen in die vorderingen niet ontvankelijk zijn en dat de vorderingen slechts bij de burgerlijke rechter kunnen worden aangebracht.
Vordering tenuitvoerlegging voorwaardelijke veroordeling
De officier van justitie heeft gevorderd dat de rechtbank zal gelasten dat de bij vonnis van de politierechter in deze rechtbank van 17 april 2008 in de zaak met parketnummer 07.440185-07 aan de verdachte voorwaardelijk opgelegde straf zal worden ten uitvoer gelegd, op grond van het feit dat de verdachte de algemene voorwaarde, dat hij zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit, niet heeft nageleefd.
Gelet op het voorgaande en op het bepaalde in artikel 14g / 77dd van het Wetboek van Strafrecht acht de rechtbank termen aanwezig alsnog de tenuitvoerlegging te gelasten van de door de politierechter in deze rechtbank bij vonnis van 17 april 2008 opgelegde voorwaardelijke werkstraf van 50 uur.
Wettelijke bepalingen
Deze strafoplegging is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14d, 27 en 57 van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING
Het onder 1 tot en met 5 ten laste gelegde is bewezen zoals hiervoor aangegeven en levert de strafbare feiten op, zoals hiervoor vermeld. De verdachte is deswege strafbaar.
Het onder 1 tot en met 5 meer of anders ten laste gelegde is niet bewezen en de verdachte wordt daarvan vrijgesproken.
De rechtbank veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van acht maanden.
De tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, zal bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering worden gebracht.
Van de gevangenisstraf zal een gedeelte, groot drie maanden, niet worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond van het feit dat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van twee jaar aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt dan wel de navolgende bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd.
Als bijzondere voorwaarde wordt gesteld dat de verdachte zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen, te geven door of namens de reclassering, zulks zolang deze instelling of een door haar aan te wijzen andere reclasseringsinstelling dat gedurende de proeftijd nodig oordeelt, met opdracht aan die instelling als bedoeld in artikel 14d van het Wetboek van Strafrecht. De voorschriften en aanwijzingen houden in elk geval in het volgen van een COVA-training.
Schadevergoeding
De rechtbank bepaalt dat de benadeelde partijen (benadeelde partij 4) en (benadeelde partij 3) in hun vorderingen niet ontvankelijk zijn en dat zij hun vorderingen slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen.
Ten aanzien van de vordering tenuitvoerlegging
De rechtbank wijst de vordering toe en gelast de tenuitvoerlegging van de in de zaak met parketnummer 07.440185-07 bij vonnis van 17 april 2008 van de politierechter in deze rechtbank voorwaardelijk aan verdachte opgelegde straf, te weten een werkstraf van 50 uren.
De rechtbank beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet of niet naar behoren verricht de taakstraf wordt vervangen door 25 dagen hechtenis, althans een aantal dagen hechtenis dat evenredig is aan het niet verrichte aantal uren taakstraf.
Aldus gewezen door mr. M. Willemse, voorzitter, mrs. H. Heins en H.H.J. Harmeijer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. O. Bahi als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 16 december 2009.
Mr. Harmeijer voornoemd was verhinderd dit vonnis mede te ondertekenen.