ECLI:NL:RBZLY:2009:BL0164

Rechtbank Zwolle-Lelystad

Datum uitspraak
24 november 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
163224 - KG ZA 09-496
Instantie
Rechtbank Zwolle-Lelystad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • Y. Telenga
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatige publicatie en rectificatie in kort geding tussen Beneluxvet B.V. en Detectivebureau DB2 B.V. en VMB Holding B.V.

In deze zaak, die voor de Rechtbank Zwolle-Lelystad werd behandeld, vorderde Beneluxvet B.V. rectificatie van beschuldigingen die door Detectivebureau DB2 B.V. en VMB Holding B.V. in de media waren geuit. De beschuldigingen betroffen betrokkenheid bij diefstal en oplichting van gebruikte oliën en vetten. De voorzieningenrechter oordeelde dat de uitlatingen van DB2 c.s. onrechtmatig waren, omdat zij niet voldoende onderbouwd waren met feiten. De rechtbank stelde vast dat de beschuldigingen schadelijk waren voor de reputatie van Beneluxvet en dat er een spoedeisend belang was bij rectificatie. De rechter bepaalde dat DB2 c.s. binnen tien dagen na betekening van het vonnis een rectificatie op de voorpagina van De Telegraaf diende te plaatsen, met een dwangsom van €10.000 per dag bij niet-naleving, tot een maximum van €250.000. Tevens werden de proceskosten aan de zijde van Beneluxvet begroot op €1.248,25. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid bij het doen van beschuldigingen in de media, vooral wanneer deze de reputatie van een bedrijf kunnen schaden.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ZWOLLE-LELYSTAD
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 163224 / KG ZA 09-496
Vonnis in kort geding van 24 november 2009
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BENELUXVET B.V.,
gevestigd te Dronten,
eiseres,
advocaat mr. T.J. van Vugt te Amsterdam,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DETECTIVEBUREAU DB2 B.V.,
gevestigd te Apeldoorn,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
VMB HOLDING B.V.,
gevestigd te Almere,
3. [gedaagde sub 3],
wonende te [woonplaats],
4. [gedaagde sub 4],
wonende te [woonplaats],
gedaagden,
advocaat mr. H. den Besten te Almere.
Partij Beneluxvet B.V. zal hierna Beneluxvet worden genoemd.
Gedaagden gezamenlijk zullen Db2 c.s. genoemd worden.
Gedaagden afzonderlijk zullen DB2, VMB, [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 4] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties
- de brief van 10 november 2009 van mr. Den Besten met producties
- de mondelinge behandeling van 10 november 2009, waarbij Beneluxvet is bijgestaan door
mrs. T.J. van Vught en diens kantoorgenoot mr. M. van den Brink,
- de pleitnota van Beneluxvet met producties
- de pleitnota van Db2 c.s..
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. Beneluxvet houdt zich in Nederland en België bezig met het inzamelen en verwerken van gebruikte oliën en vetten.
2.2. DB2 en VMB zijn recherchebureaus. [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 4] zijn juridisch dan wel feitelijk bestuurders van DB2 en VMB.
2.3. Begin 2008 is DB2 door een groep zelfstandig opererende vetinzamelaars (zzp-ers) benaderd om onderzoek te doen naar en bewijzen te verzamelen over derden die zonder toestemming vet weghalen bij restaurants en cafetaria’s. DB2 heeft dit onderzoek met VMB uitgevoerd. Bij het onderzoek is gebruik gemaakt van fysieke en technische observaties.
2.4. Najaar 2008 heeft een chauffeur van Beneluxvet met diens bijrijder bij een onder de observatie vallend pand een tweetal met vet gevulde vaten zonder toestemming weggenomen. Deze vaten waren met een ketting aan elkaar vastgezet.
2.5. Op vrijdag 25 september 2009 heeft het landelijk nieuwsblad De Telegraaf op de voorpagina een reportage voor de volgende dag aangekondigd onder de kop ‘misdaad in Flevoland loont’.
2.6. In De Telegraaf van 26 september 2009 is in een nagenoeg paginavullend artikel aandacht besteed aan een door DB2 en VMB uitgevoerd onderzoek. De bij het artikel geplaatste foto’s zijn afkomstig van de met een camera uitgevoerde observatie van het onder overweging 2.4. bedoelde pand.
2.6.1. Op de bovenste helft van de bewuste pagina staan de volgende tekstkoppen:
“Criminelen aan de haal met tonnen afgewerkt frituurvet, politie kijkt toe”
“MISDAAD LOONT IN FLEVOLAND”
“Megazwendel dupeert tientallen bedrijven”
2.6.2. Voorts is op dit deel van de pagina de volgende tekst in een uitgelicht kader geplaatst:
“STEL, JE BENT BESTOLEN. Of opgelicht. Klop dan niet aan bij de politie Flevoland. Dit korps komt alleen nog het bureau uit voor geweldszaken, zedenmisdrijven en jeugdzaken. Zelfs als je een panklare zaak aanlevert, compleet met gefilmd bewijs, meer dan honderd aangiften, talloze belastende verklaringen en burgeraanhoudingen op heterdaad, dan ben je bij de politie aan het verkeerde adres. ‘Geen prioriteit’ heet dat in politietermen. De gevolgen van dit beleid worden pijnlijk duidelijk in deze reportage over een megazwendel, die de politie weigert te onderzoeken.”
2.6.3. In het artikel komen onder meer nog de volgende passages voor:
“Na maanden rechercheren kwamen de onderzoekers met een snoeiharde conclusie: ‘Vastgesteld is dat meerdere werknemers van Benelux Vet zich opzettelijk stelselmatig schuldig maken aan oplichting, bedreiging en diefstal, al dan niet door middel van inklimming, verbreking of bedreiging. Er bestaat een ernstig vermoeden dat deze handelswijze door de directie van de onderneming wordt geïnitieerd’.”
De aan [gedaagde sub 3] toegeschreven uitspraken:
“Het is verbijsterend dat de politie de zaak laat liggen. Er is sprake van grootschalige diefstal, milieumisdrijven, onduidelijke fiscusafdrachten. Maar verontrustender: het bedrijf maakt deel uit een holding die als doel heeft het vermogen te beleggen in effecten, onroerende zaken, hypothecaire vorderingen en andere vermogenswaarde. Kortom, hoe de onderwereld in de bovenwereld terechtkomt. En de politie laat het allemaal oogluikend toe. Ze weten gewoon niet wat ze ermee aan moeten.”
De aan [gedaagde sub 4] toegeschreven uitspraken:
“Kortom, de bedrijfsleiding had van de diefstallen een bedrijfsfilosofie gemaakt (…).
(…)
Er is een vloedgolf van bewijzen van recente diefstallen. Ik pak ze er wel even bij. Net ben ik nog gebeld door een bedrijf uit Winterswijk dat is bestolen. We gaan zelfs een stapje verder: het is een bewuste bedrijfsfilosofie om overal vet te stelen. Het gaat gewoon door! Welke bewijzen wil hij ([A] van Beneluxvet, toevoeging advocaat) hebben? Wij hebben ze weer gefilmd bij een chinees restaurant in Harderwijk. De nieuwe chauffeurs stelen net zo hard. De aangiften komen overal vandaan. Bovendien is die chauffeur die [A] zogenaamd heeft ontslagen, nog gewoon in dienst. Hij is veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf wegens een vermogensdelict bij zijn vorige werkgever. Hij pleegt de vetdiefstallen gewoon in zijn proeftijd.”
2.7. Op 28 september 2009 heeft Omroep Flevoland aandacht besteed aan het door DB2 en VMB verrichte onderzoek. In de televisie-uitzending doet de geïnterviewde [gedaagde sub 3] over Beneluxvet onder meer de volgende uitspraak:
“Ook na 2008 hebben wij diverse onderzoeken gedaan, diverse observaties gedaan en dan blijkt dat het nog gewoon doorgaat.”
Een voice-over deelt mee:
“Volgens [gedaagde sub 3] is dit de manier waarop Beneluxvet geld verdient. Ze hanteren steeds dezelfde werkwijze.
(…)
De politie zou niet optreden omdat de waarde van de vaten varieert van enkele tientjes tot ongeveer 100 euro. Niet genoeg dus om een heel politieteam op te zetten. Maar sinds 2005 is er op die manier 2,8 miljoen euro buit gemaakt, zegt [gedaagde sub 3].
(…).
De politie Flevoland zegt in een reactie geen aangiftes te hebben ontvangen over de praktijken van het bedrijf uit Dronten en onderneemt daarom dan ook geen actie.”
2.8. Ook Radio Flevoland besteedde op 28 september 2008 aandacht aan de zaak. Geïnterviewde [gedaagde sub 3] doet in de radio-uitzending onder meer de volgende uitspraken:
Interviewer: Om welk bedrijf gaat het?
[gedaagde sub 3]: Dat gaat om Beneluxvet in Dronten.
Interviewer: De directeur van Beneluxvet zegt in dat stuk dat de diefstallen zijn gedaan door een medewerker, dat die in november 2008 is ontslagen, en dat het daarna niet meer voor kan zijn gekomen. Is dat ook zo?
[gedaagde sub 3] : Dat is absoluut niet zo, want wij hebben constateringen, zeker van die periode daarna, waar het gewoon op dezelfde voet verder gaat als het in het begin is geweest.
Interviewer: Dus u bent al sinds eind 2007 betrokken bij de zaak. U heeft bewijs verzameld dat het inderdaad zo is, en toch gebeurt er nog niks vanuit de politie?
[gedaagde sub 3]: Ja, dat klopt, helaas. Nou ja kijk, wij worden natuurlijk ingeschakeld door de mensen die dit gewoon een hele hoop geld op jaarbasis kost.
Interviewer: Is het nog mogelijk dat we er allemaal naast zitten en dat Beneluxvet niet de dader is, maar dat het iemand anders is die dat steelt?
[gedaagde sub 3]: Nee, dat is onmogelijk. Dat hebben we zo vreselijk veel beelden van. Tijdens observaties wordt er gefilmd, foto’s gemaakt, met verborgen camera’s is er beeldmateriaal vastgelegd, dus wat mij betreft onomstotelijk staat het vast dat het medewerkers van dat bedrijf zijn die dat doen.
3. Het geschil
3.1. Beneluxvet vordert samengevat - veroordeling, op straffe van verbeurte van een dwangsom, van Db2 c.s. tot het op de voorpagina van De Telegraaf (doen) plaatsen van de navolgende rectificatie:
“RECTIFICATIE
De voorzieningenrechter van de rechtbank Zwolle-Lelystad heeft ons veroordeeld tot de navolgende rectificatie.
In de Telegraaf van zaterdag 25 september 2009 is een artikel gepubliceerd met als titel “Misdaad in Flevoland loont!”.
In dit artikel wordt (de directie van) Beneluxvet B.V. door ons beschuldigd van (betrokkenheid bij) diefstal en oplichting.
De door ons aan De Telgraaf afgegeven citaten vinden geen steun in het beschikbare feitenmateriaal, zijn onrechtmatig jegens Beneluxvet en hadden door ons niet mogen worden geuit.
[gedaagde sub 3], [gedaagde sub 4], Detectivebureau DB2 B.V. en VMB Holding B.V.”
3.2. Ter onderbouwing van haar vordering stelt Beneluxvet dat de door Db2 c.s. geuite beschuldigingen diffamerend, onjuist en onterecht zijn. Beneluxvet stelt dat zij op grond van de onrechtmatige uitlatingen schade heeft geleden en nog steeds lijdt en dat zij een spoedeisend belang heeft bij toewijzing van de gevorderde rectificatie.
3.3. Db2 c.s. voeren verweer.
3.4. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. Het spoedeisende belang vloeit voort uit de aard van de vordering.
4.2. Toewijzing van de vordering tot rectificatie betekent een beperking van het aan op grond van artikel 10 lid 1 EVRM toekomend grondrecht op de vrijheid van meningsuiting. Ingevolge het bepaalde in lid 2 van dat artikel, kan het recht op de vrijheid van meningsuiting slechts worden beperkt, indien deze beperking bij de wet is voorzien en deze in een democratische samenleving noodzakelijk is, bijvoorbeeld ter bescherming van de goede naam of de rechten van anderen.
4.3. Van een beperking, die bij de wet is voorzien, is sprake wanneer de onder overweging 2.6.3-2.8 omschreven uitlatingen onrechtmatig in de zin van artikel 6:162 BW geacht moeten worden. Voor een antwoord op de vraag of deze uitlatingen onrechtmatig zijn, moeten de wederzijdse belangen van partijen worden afgewogen.
4.4. Het belang van Beneluxvet is er in dit verband in gelegen dat zij niet wordt blootgesteld aan lichtvaardige verdachtmakingen. Het belang van Db2 c.s. bestaat erin dat zij zich in het openbaar kritisch, informerend en/of waarschuwend moeten kunnen uitlaten ter voorlichting van het publiek omtrent misstanden, die de samenleving raken.
4.5. Welke van voormelde belangen de doorslag behoort te geven, hangt af van de in onderling verband te beschouwen omstandigheden van het geval. In deze zaak gaat het om:
- de aard van de gepubliceerde verdenking en de ernst van de te verwachten gevolgen voor degene op wie de verdenking betrekking heeft;
- de ernst van de misstand welke de publicatie aan de kaak beoogt te stellen;
- de mate waarin ten tijde van de publicatie de verdenking steun vond in het toen beschikbare feitenmateriaal;
- de inkleding van de verdenkingen, gezien in verhouding tot de hiervoor genoemde omstandigheden;
- de mate van waarschijnlijkheid dat, ook zonder de verweten publicatie via de pers, in het algemeen belang het nagestreefde doel langs andere, voor de wederpartij minder schadelijke wegen met een redelijke kans op redelijk spoedig succes bereikt had kunnen worden.
4.6. De door Db2 c.s. aan het adres van Beneluxvet geuite beschuldiging (het stelselmatig en op grote schaal tonnen met vet weghalen zonder toestemming van de betreffende restaurant- en cafetariahouders, al dan niet door middel van inklimming, verbreking of bedreiging) is ernstig. Deze beschuldiging is voor het eerst geuit in een landelijk dagblad en is nadien in essentie herhaald voor een regionale televisiezender en een regionale radiozender.
4.6.1. Het is zonder meer aannemelijk te achten dat de hiervoor vermelde beschuldiging schadelijk is voor de bedrijfsactiviteiten van Beneluxvet. Beneluxvet heeft ter zitting gemeld dat een tweetal grote bedrijven (Ikea en Dierenpark Amersfoort) al hebben aangekondigd in de toekomst geen zaken meer met haar te willen doen. Dat Db2 c.s. ter zitting betogen dat niet elk citaat zoals gepubliceerd in de krant ook daadwerkelijk van [gedaagde sub 3] of [gedaagde sub 4] afkomstig is, doet daar, gelet op de overige inhoud en strekking van het gehele stuk, niet wezenlijk aan af. Bovendien nemen Db2 c.s., die geen inzage in het artikel voor publicatie hebben bedongen, een risico dat de krant de verstrekte informatie op een bepaalde wijze naar buiten brengt. Db2 c.s. kunnen dan niet volstaan met het door haar raadsman verwoorde verweer dat ‘wat Db2 c.s. hebben gezegd waar is en wat zij niet hebben gezegd’, maar wel in de reportage aan hen wordt toegeschreven, valt onder de “journalistieke vrijheid”.
4.7. Db2 c.s. hebben ter zitting gemeld dat het doel van het in de publiciteit doen van uitlatingen over Beneluxvet niet is een maatschappelijk misstand van het niet-opsporen door de politie van criminele zaken in de openbaarheid te brengen. Doel is ruchtbaarheid geven aan de illegale wijze waarop een directe concurrent van de opdrachtgevers van DB2 zich op de markt van vetinzamelaars gedraagt.
4.8. Voor de vraag in welke mate ten tijde van de publicatie de verdenking steun vond in het toen beschikbare feitenmateriaal geldt het volgende.
4.8.1. Behoudens het geval in het najaar van 2008 (waar de in De Telegraaf geplaatste foto’s en één van de ter zitting getoonde filmfragmenten betrekking op hebben) stelt Beneluxvet dat zij zich niet schuldig maakt dan wel heeft gemaakt aan het illegaal ophalen van vaten vet. Beneluxvet stelt voorts dat zij de betreffende chauffeur na het incident in het najaar van 2008 heeft ontslagen. Db2 c.s. betwisten dit en stellen dat de chauffeur nog steeds bij Beneluxvet in dienst is. Volgens Db2 c.s. gaat het ook niet om een incident maar is het de bedrijfsfilosofie van Beneluxvet om stelselmatig en op grote schaal illegaal vaten vet bij restaurants en cafetaria’s in Nederland en België weg te nemen, al dan niet door middel van inklimming, verbreking of bedreiging.
4.8.2. Verklaringen van gedupeerde restaurant- en cafetariahouders en (kopieën van) aangiftes, waarvan Db2 c.s. stellen dat zij daar in ruimte mate de beschikking over hebben, zijn, op één enkele aangifte van 4 mei 2009 na, niet door Db2 c.s. in het geding gebracht of ter zitting ter inzage getoond. Hetzelfde geldt voor het (al dan niet geanonimiseerde) onderzoeksrapport. Met betrekking tot het door Db2 c.s. ter zitting als onderbouwing van hun stelling getoonde filmfragment bij een chinees restaurant in Garderen, heeft Beneluxvet aangegeven een door de restauranthouder getekende orderbon bij zich te hebben. Ook de overige ter zitting getoonde filmfragmenten, behoudens het geval in het najaar van 2008, zijn volgens Beneluxvet reguliere ophaaldiensten.
4.8.3. De voorzieningenrechter is van oordeel dat uit de filmbeelden zelf niet valt op te maken of er sprake is van het illegaal wegnemen van vaten vet. Men ziet niet meer dan dat personeel van Beneluxvet (overigens zonder inklimming, verbreking of bedreiging) een vat vet weghaalt bij een restaurant of snackbar.
4.8.4. Van de juistheid van de door Db2 c.s. geuite beschuldiging kan, zonder nadere bewijsvoering, dan ook niet worden uitgegaan. Weliswaar is ter zitting nog een verklaring afkomstig van Landal GreenParcs voorgelezen, waarvan de inhoud niet door Beneluxvet is weersproken, maar deze dateert van 2003 en is, gelet op de in de pers geuite ernstige verdenking, van onvoldoende gewicht.
4.9. De door Db2 c.s. in de publiciteit naar voren gebrachte stelling over de bij Beneluxvet heersende bedrijfscultuur is zonder enig voorbehoud geuit. Enige ruimte voor nuancering is er niet. Ook tijdens de mondelinge behandeling hebben Db2 c.s. geen twijfel laten bestaan over de verdenking van de illegale handelwijze van Beneluxvet. Er zijn slechts enkele kanttekeningen geplaatst over de juistheid van de in de krant weergegeven citaten van [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 4] (onder meer de opmerking hoe bij Beneluxvet de onderwereld in de bovenwereld terechtkomt en dat de buit 2,8 miljoen euro bedraagt).
4.10. Niet gebleken is dat het meewerken aan de reportage in De Telegraaf en de interviews in de regionale pers door Db2 c.s., de enige wijze was waarop zij de belangen van haar cliënten konden dienen. Beneluxvet heeft onweersproken als alternatief naar voren gebracht, dat degenen die aangiftes hebben gedaan, ook een klacht ex art. 12 Sv hadden kunnen indienen.
4.11. De voorzieningenrechter is op grond van het vorenstaande (overwegingen 4.6-4.10) van oordeel dat Db2 c.s. met het doen van de uitspraken over de bij Beneluxvet heersende bedrijfsfilosofie de grenzen van het in het maatschappelijk verkeer betamelijke zorgvuldigheid heeft overschreden. Het algemeen belang pleegt ook niet te worden gediend met het doen van beschuldigingen waarvoor geen of onvoldoende onderbouwing voor is gebleken. Daarmee hebben Db2 c.s. onrechtmatig gehandeld jegens Beneluxvet.
In het midden kan blijven, in hoeverre [gedaagde sub 3] en/of [gedaagde sub 4] alle aan hen toegeschreven uitspraken daadwerkelijk hebben gedaan. Ook als op dit punt van de juistheid van het standpunt van Db2 c.s. wordt uitgegaan, hadden [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 4] gebruik kunnen en moeten maken van de hen nadien ter beschikking staande gelegenheid om het in De Telegraaf geschetste beeld over Beneluxvet te nuanceren. Hoewel zij stellen ook zelf geschrokken te zijn van het door De Telegraaf geschetste beeld, hebben zij in de regionale pers dit beeld op geen enkele wijze genuanceerd. Sterker, ter zitting is onweersproken door Beneluxvet gesteld dat de publicatie van het artikel in De Telegraaf zelfs prominent op de website van DB2 en VMB is geplaatst.
4.12. De voorzieningenrechter acht een rectificatie als bedoeld in art. 6:167 BW op zijn plaats. Beneluxvet heeft, onder meer ter voorkoming van verdere (imago)schade, er voldoende belang bij dat het door Db2 c.s. over haar geschetste beeld publiekelijk wordt bijgesteld.
4.13. Db2 c.s. hebben geen verweer gevoerd tegen de gevorderde inhoud en wijze van de rectificatie. De gevorderde tekst van de rectificatie als omschreven in overweging 3.1 acht de voorzieningenrechter echter niet toewijsbaar. De beschuldigingen zijn in deze procedure niet aannemelijk gemaakt, maar daaruit kan niet worden geconcludeerd dat Db2 c.s. niet beschikt over feitenmateriaal dat de beschuldiging ondersteunt. Toegewezen zal worden een rectificatie als hierna te melden. De gevorderde hoofdelijke veroordeling wordt afgewezen, nu daar geen termen voor aanwezig zijn.
4.14. De gevorderde dwangsom zal worden beperkt als volgt.
4.15. Db2 c.s. zullen als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Beneluxvet worden begroot op:
- dagvaarding EUR 82,25
- vast recht 262,00
- salaris advocaat 904,00
Totaal EUR 1.248,25
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. veroordeelt Db2 c.s. tot het (doen) plaatsen in het dagblad De Telegraaf van de navolgende rectificatie:
“RECTIFICATIE
De voorzieningenrechter van de rechtbank Zwolle-Lelystad heeft ons veroordeeld tot de navolgende rectificatie.
In de Telegraaf van zaterdag 25 september 2009 is een artikel gepubliceerd met als titel “Misdaad in Flevoland loont!”.
In dit artikel wordt (de directie van) Beneluxvet B.V. door ons beschuldigd van (betrokkenheid bij) diefstal en oplichting.
Het is de voorzieningenrechter niet gebleken dat de door ons in het artikel gedane uitlatingen over Beneluxvet steun vinden in het aan haar getoonde feitenmateriaal. De door ons gedane beschuldiging is om die reden onrechtmatig jegens Beneluxvet geoordeeld en had door ons niet mogen worden geuit.
[gedaagde sub 3], [gedaagde sub 4], Detectivebureau DB2 B.V. en VMB Holding B.V.”
5.2. bepaalt dat de rectificatie binnen 10 dagen na betekening van dit vonnis op de voorpagina dient te worden geplaatst, ter grootte van een kolom van 10 bij 10 centimeter, tegen een witte achtergrond met duidelijke leesbare, vetgedrukte zwarte letters van een fonttype zoals dat in De Telegraaf te doen gebruikelijk is, met een minimale puntgrootte van 16 en zonder enig commentaar of toevoeging.
5.3. bepaalt dat Db2 c.s. voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij in strijd handelen met het hiervoor bepaalde, aan Beneluxvet een dwangsom verbeurt van EUR 10.000,--, tot een maximum van EUR 250.000,--,
5.4. veroordeelt Db2 c.s. in de proceskosten, aan de zijde van Beneluxvet tot op heden begroot op EUR 1.248,25, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.5. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.6. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y. Telenga en in het openbaar uitgesproken op 24 november 2009.