ECLI:NL:RBZLY:2010:BL9735
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Uitleg van aanvullende arbeidsvoorwaarden in arbeidszaak met betrekking tot pensioenuitkering na ontslag
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 16 maart 2010, gaat het om een loonvordering van de eisende partij, [eisende partij], tegen Wehkamp B.V. De eisende partij vordert een bedrag van € 9.710,80 bruto aan pensioenuitkering, vermeerderd met wettelijke rente en vergoeding van buitengerechtelijke kosten. De vordering is gebaseerd op de 'Aanvullende Arbeidsvoorwaarden' van Wehkamp, waarin wordt gesteld dat een medewerker die met pensioen gaat recht heeft op een uitkering. De eisende partij stelt dat hij op 1 februari 2009, de datum waarop zijn arbeidsovereenkomst is ontbonden, de pensioengerechtigde leeftijd had bereikt en daarom recht heeft op deze uitkering.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de arbeidsovereenkomst van de eisende partij is beëindigd wegens bedrijfseconomische omstandigheden en niet omdat hij met pensioen ging. De kantonrechter heeft de uitleg van de aanvullende voorwaarden beoordeeld en geconcludeerd dat de woorden 'met pensioen gaan' in de context van de regeling betekenen dat de medewerker vrijwillig met pensioen gaat, en niet dat hij ontslagen wordt en aansluitend een pensioenuitkering ontvangt. De eisende partij had de mogelijkheid om door te werken, maar heeft uiteindelijk ingestemd met de ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst.
De rechtbank heeft de vordering van de eisende partij afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten. De beslissing is genomen op basis van de uitleg van de aanvullende arbeidsvoorwaarden en de omstandigheden van de beëindiging van het dienstverband, waarbij de kantonrechter heeft geoordeeld dat de eisende partij niet kan worden beschouwd als iemand die met pensioen is gegaan in de zin van de regeling. De uitspraak benadrukt het belang van de context en de bedoeling achter de bepalingen in arbeidscontracten en aanvullende voorwaarden.