ECLI:NL:RBZLY:2010:BP0187
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid medehuurder voor mutatieschade na ontruiming na echtscheiding
In deze huurzaak heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 8 december 2010 uitspraak gedaan over de aansprakelijkheid van een medehuurder (ex-echtgenote) voor mutatieschade na een gedwongen ontruiming. De ontruiming vond plaats op 18 september 2007, nadat het huwelijk met de huurder was beëindigd en het huurrecht in de echtscheidingsprocedure aan de huurder was toegewezen. De eisende partij, de stichting Woningstichting Goede Stede, stelde dat de gedaagde partij, de ex-echtgenote, hoofdelijk aansprakelijk was voor de schade die was ontstaan door de ontruiming, omdat zij tot de dag voor de ontruiming in de woning verbleef.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde partij niet gemotiveerd heeft betwist dat de woning door Goede Stede is ontruimd vanwege huurachterstand en dat er mutatieschade was. De kern van de zaak was of de gedaagde, ondanks het feit dat het huurrecht aan haar ex-man was toegewezen, nog steeds aansprakelijk was voor de schade. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde vanaf de inschrijving van de echtscheidingsbeschikking op 10 augustus 2007 geen (mede)huurder meer was en dat zij niet verplicht was om de woning op te leveren, omdat de huurovereenkomst met haar ex-man pas na haar ontheffing van het medehuurderschap was beëindigd.
De rechter concludeerde dat de vordering van Goede Stede niet op een deugdelijke grondslag berustte en wees de vordering af. Tevens werd Goede Stede veroordeeld in de kosten van de procedure, die aan de zijde van de gedaagde op nihil werden begroot, aangezien zij zich niet had laten bijstaan door een gemachtigde. Deze uitspraak benadrukt de juridische nuances rondom medehuurderschap en de gevolgen van echtscheiding voor huurverplichtingen.