ECLI:NL:RBZLY:2011:BR0756
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.C. Moorman
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een OR-lid wegens werkweigering en onterecht boeken van omzet
In deze zaak verzoekt de verzoekende partij, een besloten vennootschap, om ontbinding van de arbeidsovereenkomst van de verwerende partij, die lid is van de Ondernemingsraad (OR). De verzoekende partij stelt dat de verwerende partij zich schuldig heeft gemaakt aan werkweigering en onterecht boeken van omzet. De verwerende partij heeft zich echter verweerd door te stellen dat hij niets ongeoorloofds heeft gedaan en dat zijn gedrag als OR-lid niet zo ernstig was dat ontbinding gerechtvaardigd zou zijn.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verwerende partij, ondanks enkele tekortkomingen in zijn functioneren, niet zodanig heeft gehandeld dat dit leidt tot een dringende reden voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De rechter oordeelt dat de werkgever eerst gelegenheid tot verbetering moet bieden, vooral gezien de rol van de verwerende partij als OR-lid. De rechter wijst erop dat de werkgever verantwoordelijk is voor het begeleiden van nieuwe OR-leden en dat er onvoldoende bewijs is dat de verwerende partij zich zodanig heeft gedragen dat ontbinding gerechtvaardigd is.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter het verzoek tot ontbinding afgewezen en de verzoekende partij veroordeeld in de proceskosten. De rechter benadrukt dat de verwerende partij, hoewel hij zich emotioneel betrokken heeft getoond, niet onterecht heeft gehandeld en dat er ruimte is voor verbetering in zijn functioneren. De beslissing van de kantonrechter is genomen op 7 juli 2011.