ECLI:NL:RBZUT:2000:BN9196
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- K. van Duyvendijk
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake geluidhinder door werkzaamheden in Apeldoorn
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 14 juli 2000 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot een ontheffing van het verbod op geluidhinder, zoals vastgelegd in artikel 42p van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Apeldoorn. De verzoekster, NS Railinfrabeheer BV, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn, waarbij ontheffing was verleend aan Strukton Railinfra Projecten BV voor onderhoudswerkzaamheden aan de Jachtlaan te Apeldoorn. Deze werkzaamheden zouden in de nachtelijke uren plaatsvinden, wat leidde tot zorgen over geluidshinder voor omwonenden.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoekster bezwaar had gemaakt tegen een specifiek voorschrift dat aan de ontheffing was verbonden. Dit voorschrift hield in dat bewoners van woningen waar het geluidsniveau tijdens de werkzaamheden 51 dB(A) of hoger zou zijn, de mogelijkheid kregen om op kosten van de verzoekster in een hotel te verblijven. De verzoekster betwistte de rechtmatigheid van dit voorschrift, stellende dat het niet kan worden aangemerkt als een voorschrift ter voorkoming of beperking van geluidhinder, aangezien de geluidshinder nog steeds aanwezig zou zijn.
De rechtbank oordeelde dat er gerede twijfel bestond over de rechtmatigheid van het bestreden besluit en dat er aanleiding was voor het treffen van een voorlopige voorziening. De president van de rechtbank schorste het in geding zijnde voorschrift en veroordeelde de verweerder in de proceskosten van de verzoekster. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging van belangen bij het verlenen van ontheffingen en de noodzaak om omwonenden te beschermen tegen onredelijke geluidshinder.