2.1 De Stichting, opgericht op 2 april 2001, heeft zich bij die oprichting blijkens artikel 2 van haar statuten ten doel gesteld:
1. hulp te bieden aan boeren die zijn getroffen door de gevolgen van uitbraak van mond- en klauwzeer of andere veeziekten en voorts al hetgeen met één en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevordelijk kan zijn, alles in de ruimste zin des woords;
2. haar doel onder meer te verwezenlijken door het geven en/of financieren van juridische bijstand aan de in lid 1 bedoelde boeren.
Op 4 april 2001 zijn de statuten van de Stichting gewijzigd in die zin dat aan lid 1 van voormeld artikel 2, onder b, wordt toegevoegd dat de Stichting ten doel heeft:
hulp te bieden aan huisdieren en in het wild levende dieren die vanuit het standpunt van dierenwelzijn en diergezondheid op onnodige wijze het slachtoffer worden van in Nederland toegepast beleid op het gebied van de bestrijding van dierziektes.
2.2 In Nederland is in maart 2001 de besmettelijke dierziekte mond- en klauwzeer (hierna MKZ) uitgebroken.
2.3 De wijze waarop de Lid-Staten van de Europese Gemeenschap MKZ dienen te bestrijden is geregeld door Europees Gemeenschapsrecht, in het bijzonder door:
- de Richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 18 november 1985, nr 85/511/EEG, tot vaststelling van gemeenschappelijke maatregelen ter bestrijding van MKZ, zoals onder meer gewijzigd door de Richtlijn van de Raad van 26 juni 1990, nr 90/423/EEG;
- de beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 21 maart 2001, nr 2001/223/EG, tot vaststelling van beschermende maatregelen in verband met MKZ in Nederland;
- de beschikking van de Commissie van 27 maart 2001, nr 2001/246/EG, houdende vaststelling van voorschriften voor de bestrijding en de uitroeiing van MKZ in Nederland op grond van artikel 13 van Richtlijn 85/511/EEG;
- de beschikking van de Commissie van 3 april 2001 ter amendering van beschikking 2001/246/EG.
2.4 In artikel 21 van de Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren (GWWD) is bepaald:
1. Een door Onze Minister aangewezen ambtenaar deelt de burgemeester, zo nodig na overleg met het hoofd van de voor de provincie waar het geval zich heeft voorgedaan, door de stichting genoemd in artikel 82 aangewezen of ingestelde gezondheidsdienst voor dieren, zo spoedig mogelijk mede welke maatregelen tot bestrijding van de ziekte door hem nodig worden geacht.
2. De burgemeester neemt de nodig geachte maatregelen zo spoedig mogelijk.
3. In spoedeisende gevallen neemt de in het eerste lid bedoelde ambtenaar deze
maatregelen zelf en stelt hij de burgemeester daarvan onmiddellijk in kennis. Artikel 22 van de GWWD bepaalt, voor zover van belang:
1. De in artikel 21 bedoelde maatregelen kunnen zijn:
a. het afzonderen van zieke en verdachte dieren;
b. het opstallen of ophokken van zieke en verdachte dieren;
c. het plaatsen van waarschuwingsborden;
d. het door het plaatsen van kentekenen besmet of van besmetting verdacht
verklaren van gebouwen en terreinen;
e. het merken van zieke, verdachte en herstelde dieren;
f. het doden van zieke en verdachte dieren.
2.5 Bij beschikking van 5 april 2001 heeft de Europese Commissie Nederland toestemming verleend om in het gebied begrensd door de IJssel, de spoorlijn Apeldoorn - Deventer, het Veluwe Massief en de spoorlijn Amersfoort - Zwolle (hierna aan te duiden als de regio Oene) over te gaan tot vaccinatie van alle voor MKZ gevoelige dieren.
2.6 Bij brief van 10 april 2001 heeft de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal zijn besluit meegedeeld tot suppressievaccinatie in de regio Oene, hetgeen inhoudt dat alle MKZ gevoelige dieren zo spoedig mogelijk worden ingeënt en vervolgens zo spoedig mogelijk gedood.
2.7 Binnen het in 2.5 genoemde gebied, op het bedrijf van de (betrokkene) gelegen aan de X-weg, Terwolde in de gemeente Voorst, bevindt zich de Holsteiner koe Sabina 17 met drie nakomelingen. Sabina 17 is een roodbonte koe van het Holsteiner ras en is een internationale stiermoeder die in 2000 Europees kampioene roodbont en algemeen kampioene Nederland is geworden. Haar waarde wordt thans geschat op enkele honderdduizenden guldens.
2.8 Het onder 2.7 genoemde bedrijf is bij besluit van 10 april 2001 van de directeur van de Rijksdienst voor keuring van Vee en Vlees, meegedeeld dat alle evenhoevigen op dat bedrijf met ingang van die datum als verdacht van MKZ worden aangemerkt en dat derhalve de maatregelen van artikel 21 van de Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren zullen worden toegepast.