ECLI:NL:RBZUT:2003:AF5444
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. van Hoorn
- J. Draisma
- M. Semeijn
- Rechtspraak.nl
Poging tot afpersing met geweld in een supermarkt te Lochem
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 5 februari 2003 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met mededaders op 28 september 2002 een gewapende overval heeft gepleegd op een filiaal van Albert Heijn in Lochem. De verdachte en zijn mededaders hebben zich met een geladen vuurwapen en een mes toegang verschaft tot de supermarkt en hebben daarbij een medewerker, genaamd [slachtoffer], onder bedreiging gedwongen om geld en sleutels van de kluis af te geven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn mededaders zich schuldig hebben gemaakt aan een van de ernstigste vormen van vermogenscriminaliteit, waarbij de veiligheid van anderen in gevaar is gebracht.
De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat de overval zorgvuldig was voorbereid en dat de verdachte eerder met justitie in aanraking is geweest voor soortgelijke feiten. De rechtbank heeft de ernst van de gepleegde feiten meegewogen in de straftoemeting en heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar. Daarnaast is de verdachte aansprakelijk gesteld voor de schade die de benadeelde partij, Albert Heijn B.V., heeft geleden als gevolg van de overval. De rechtbank heeft de vordering tot schadevergoeding van € 1.889,-- toegewezen en de verdachte verplicht om een bedrag van € 472,25 aan de Staat te betalen ten behoeve van het slachtoffer.
De uitspraak is gedaan in het kader van de eerste aanleg en de rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan poging tot afpersing, gepleegd door twee of meer verenigde personen. De rechtbank heeft de verdachte ook de verplichting opgelegd om de kosten van het geding te vergoeden. De uitspraak is openbaar gedaan en de rechtbank heeft de zaak behandeld in tegenwoordigheid van de griffier.