ECLI:NL:RBZUT:2003:AN7069
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Maanicus
- A. van Harreveld
- J. van den Dungen
- Rechtspraak.nl
Deels voorwaardelijke straf voor amfetaminehandel in Doetinchem
Op 8 oktober 2003 heeft de Rechtbank Zutphen uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij de handel in amfetamine en XTC-pillen. De verdachte, geboren in [plaats] en thans gedetineerd in Arnhem, werd beschuldigd van het opzettelijk vervoeren, verkopen en aanwezig hebben van amfetamine en XTC-pillen in de periode van 1 februari 2002 tot en met 24 juni 2003. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met anderen handelde in deze verboden middelen, die onder de Opiumwet vallen. De rechtbank achtte de onderdelen van de tenlastelegging met betrekking tot XTC-pillen niet wettig en overtuigend bewezen, omdat er onvoldoende bewijs was dat de pillen daadwerkelijk de genoemde stoffen bevatten. De rechtbank besloot dat de verdachte zich voornamelijk had ingelaten met de handel in amfetamine/speed.
Bij de straftoemeting hield de rechtbank rekening met de ernst van de feiten, de rol van de verdachte in de drugshandel en zijn eerdere contacten met justitie. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van veertien maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk, met als bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich gedurende de proeftijd moet houden aan de aanwijzingen van de Stichting Reclassering Nederland. De rechtbank vond het noodzakelijk om een voorwaardelijk deel op te leggen om de verdachte te weerhouden van het plegen van nieuwe strafbare feiten. De uitspraak werd gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.