ECLI:NL:RBZUT:2004:AQ6562

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
30 juli 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
06-060201-04
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. Maanicus
  • A. van Hoorn
  • J. Tas
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Poging tot zware mishandeling met een ijzeren buis in Zutphen

Op 30 juli 2004 heeft de Rechtbank Zutphen uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van poging tot zware mishandeling. De verdachte, geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] en woonachtig in Assen, werd ervan beschuldigd op 4 april 2004 in Zutphen met voorbedachten rade een persoon genaamd [slachtoffer] van het leven te beroven. De tenlastelegging omvatte het slaan met een metalen buis en het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel door schoppen en trappen, terwijl het slachtoffer op de grond lag. De rechtbank oordeelde dat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de verdachte het primair en subsidiair tenlastegelegde had begaan, en sprak de verdachte daarvan vrij. Echter, de rechtbank vond wel dat de verdachte het meer subsidiair ten laste gelegde had begaan, namelijk poging tot zware mishandeling. De rechtbank overwoog dat de verdachte uit kwaadheid had gehandeld en dat zijn gedragingen niet alleen lichamelijk letsel, maar ook gevoelens van angst bij het slachtoffer teweegbrachten. De verdachte had een strafblad met eerdere veroordelingen voor geweldsdelicten, waaronder een recente veroordeling voor een poging tot zware mishandeling. Bij de straftoemeting hield de rechtbank rekening met de ernst van het delict en de omstandigheden waaronder het was gepleegd. Uiteindelijk werd de verdachte veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van negen maanden, met aftrek van de tijd die hij in voorlopige hechtenis had doorgebracht. Tevens werd de teruggave van een in beslag genomen ijzeren buis aan de rechthebbende gelast.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Meervoudige kamer voor strafzaken
Parketnummer: 06-060201-04
Uitspraak d.d.: 30 juli 2004
tegenspraak / dip
VERKORT VONNIS
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
wonende te Assen,
thans verblijvende in het Huis van Bewaring Zwolle te Zwolle.
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 16 juli 2004.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 04 april 2004 in de gemeente Zutphen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade [slachtoffer] van het leven te beroven, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, die [slachtoffer]
- (met kracht) met een metalen/ijzeren buis/pijp, althans een daarop gelijkend (hard) voorwerp, in het gezicht, althans op/tegen het hoofd heeft/hebben geslagen en/of (vervolgens)
- meermalen, althans eenmaal, (met kracht) heeft/hebben geschopt en/of getrapt en/of geslagen en/of gestompt (terwijl die [slachtoffer] op de grond lag) en/of
- een of meerdere (zogenaamde) knietje(s) heeft gegeven,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 289 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
althans, dat
hij op of omstreeks 04 april 2004 in de gemeente Zutphen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer] van het leven te beroven, met dat opzet die [slachtoffer]
- (met kracht) met een metalen/ijzeren buis/pijp, althans een daarop gelijkend (hard) voorwerp, in het gezicht, althans op/tegen het hoofd heeft/hebben geslagen en/of (vervolgens)
- meermalen, althans eenmaal, (met kracht) heeft/hebben geschopt en/of getrapt en/of geslagen en/of gestompt (terwijl die [slachtoffer] op de grond lag) en/of
- een of meerdere (zogenaamde) knietje(s) heeft gegeven,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 287 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
althans, dat
hij op of omstreeks 04 april 2004 in de gemeente Zutphen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, aan een persoon genaamd [slachtoffer], opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet en al dan niet na kalm beraad en rustig overleg die [slachtoffer]
- (met kracht) met een metalen/ijzeren buis/pijp, althans een daarop gelijkend (hard) voorwerp, in het gezicht, althans op/tegen het hoofd heeft/hebben geslagen en/of (vervolgens)
- meermalen, althans eenmaal, (met kracht) heeft/hebben geschopt en/of getrapt en/of geslagen en/of gestompt (terwijl die [slachtoffer] op de grond lag) en/of
- een of meerdere (zogenaamde) knietje(s) heeft gegeven,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 302 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
Naar het oordeel van de rechtbank is niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan.
De verdachte behoort hiervan te worden vrijgesproken.
Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het meer subsidiair ten laste gelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op 04 april 2004 in de gemeente Zutphen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd [slachtoffer], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die [slachtoffer]
- (met kracht) met een metalen/ijzeren buis/pijp tegen het hoofd heeft geslagen en vervolgens
- (met kracht) heeft geschopt en
- een zogenaamd knietje heeft gegeven,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Vrijspraak van het meer of anders tenlastegelegde
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. De verdachte behoort daarvan te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezene levert op het misdrijf:
Poging tot zware mishandeling
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.
Oplegging van straf en/of maatregel
De rechtbank acht na te melden strafoplegging in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan mede gelet open de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de straftoemeting in het bijzonder in aanmerking genomen - en vindt daarin de redenen die tot de keuze van een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van na te melden duur leiden – dat verdachte het slachtoffer uit kwaadheid met een ijzeren buis op het hoofd heeft geslagen en daarna het slachtoffer nog een schop en een knietje heeft gegeven. Deze gedraging van verdachte heeft voor het slachtoffer, behalve lichamelijk kwetsuur, ook gevoelens van angst teweeggebracht.
Blijkens een uittreksel uit het algemeen justitieel documentatieregister is verdachte reeds meermalen ter zake van geweldsdelicten veroordeeld, waarbij de rechtbank opmerkt dat verdachte pas op 25 mei 2004 nog door de rechtbank te Zwolle is veroordeeld ter zake van een poging tot zware mishandeling.
In beslag genomen voorwerpen
Nu er geen strafvorderlijk belang meer aanwezig is dat zich daartegen verzet, zal de teruggave worden gelast van de na te melden voorwerp aan de rechthebbende.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Deze beslissing is gegrond op de artikelen 10, 27, 45, 63 en 302 van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING
De rechtbank beslist als volgt.
Verklaart niet bewezen, dat verdachte het primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart, zoals hiervoor overwogen, bewezen dat verdachte het meer subsidiair tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart verdachte strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 (negen) maanden.
Beveelt, dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerleg-ging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
Gelast de teruggave van de inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerp aan de rechthebbende de Penitentiaire Inrichting Achterhoek, locatie Ooyerhoek, te Zutphen, te weten een ijzeren buis/staaf.
Aldus gewezen door mrs. Maanicus, voorzitter, Van Hoorn en Tas, rechters, in tegenwoordigheid van mr. Van Onna, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 30 juli 2004.
Mrs Maanicus en Tas zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.