ECLI:NL:RBZUT:2006:AV7804
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.P. van Baaren
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de WOZ-waarde van een onroerende zaak in agrarisch gebied met geluid- en stankoverlast
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zutphen, gaat het om de vastgestelde waarde van een onroerende zaak in het kader van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ). Eiser, de erven van een overledene, is van mening dat de waarde van hun onroerende zaak te hoog is vastgesteld door de heffingsambtenaar van de gemeente Winterswijk. De rechtbank heeft op 28 maart 2006 uitspraak gedaan in deze zaak, geregistreerd onder nummer 05/1629 WOZ.
Eiser heeft verschillende argumenten aangevoerd ter onderbouwing van zijn standpunt, waaronder geluidshinder van een nabijgelegen pluimveestal, stankoverlast bij oostenwind van een naburig bedrijf, schade aan bomen door ammoniakuitstoot en een onjuiste oppervlakte van de bewaarplaats productventilatie. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de heffingsambtenaar voldoende rekening heeft gehouden met deze factoren bij de waardevaststelling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de waarde van de onroerende zaak niet hoger is vastgesteld dan de waarde in het economisch verkeer per waardepeildatum 1 januari 2003.
De rechtbank heeft verder opgemerkt dat de drempel in artikel 26a van de Wet WOZ niet wordt overschreden, waardoor zij niet bevoegd is om de waarde op een lager bedrag vast te stellen. De rechtbank heeft de door de heffingsambtenaar overgelegde taxatierapporten en vergelijkingsobjecten als voldoende onderbouwing voor de vastgestelde waarde beschouwd. Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep van eiser ongegrond verklaard, zonder aanleiding voor een veroordeling in proceskosten.