ECLI:NL:RBZUT:2006:AX7749
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Borgerhoff Mulder
- Elders
- Vegter
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in overvalzaak te Apeldoorn
In de zaak tegen de verdachte, geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] en thans verblijvende in het huis van bewaring te Doetinchem, heeft de Rechtbank Zutphen op 8 juni 2006 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van het plegen van een overval op medewerkers van een autobedrijf in Apeldoorn op 2 maart 2006. De tenlastelegging omvatte onder andere diefstal met geweld en bedreiging met geweld. De rechtbank heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte wettig en overtuigend schuldig te verklaren. De tijdspanne tussen het verlaten van de woning van de verdachte en zijn aankomst in de Edahwinkel maakte het mogelijk dat hij het feit had gepleegd, maar het door de aangevers opgegeven signalement kwam niet overeen met de verdachte. Bovendien waren er geen andere bewijsmiddelen die de betrokkenheid van de verdachte bij de overval konden aantonen. De tapgesprekken in het dossier gaven ook geen onomstotelijk bewijs dat deze gesprekken op de overval betrekking hadden. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank geoordeeld dat de verdachte van het ten laste gelegde vrijgesproken moet worden. Tevens is gelast de teruggave van inbeslaggenomen voorwerpen, waaronder een jas en een paspoort. De uitspraak is gedaan door de meervoudige kamer voor strafzaken van de Rechtbank Zutphen.