ECLI:NL:RBZUT:2006:AX7749

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
8 juni 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/460123-06
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. Borgerhoff Mulder
  • Elders
  • Vegter
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in overvalzaak te Apeldoorn

In de zaak tegen de verdachte, geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] en thans verblijvende in het huis van bewaring te Doetinchem, heeft de Rechtbank Zutphen op 8 juni 2006 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van het plegen van een overval op medewerkers van een autobedrijf in Apeldoorn op 2 maart 2006. De tenlastelegging omvatte onder andere diefstal met geweld en bedreiging met geweld. De rechtbank heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte wettig en overtuigend schuldig te verklaren. De tijdspanne tussen het verlaten van de woning van de verdachte en zijn aankomst in de Edahwinkel maakte het mogelijk dat hij het feit had gepleegd, maar het door de aangevers opgegeven signalement kwam niet overeen met de verdachte. Bovendien waren er geen andere bewijsmiddelen die de betrokkenheid van de verdachte bij de overval konden aantonen. De tapgesprekken in het dossier gaven ook geen onomstotelijk bewijs dat deze gesprekken op de overval betrekking hadden. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank geoordeeld dat de verdachte van het ten laste gelegde vrijgesproken moet worden. Tevens is gelast de teruggave van inbeslaggenomen voorwerpen, waaronder een jas en een paspoort. De uitspraak is gedaan door de meervoudige kamer voor strafzaken van de Rechtbank Zutphen.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Meervoudige kamer voor strafzaken
Parketnummer: 06/460123-06
Uitspraak d.d.: 8 juni 2006
Tegenspraak / dip
VERKORT VONNIS
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
wonende te [woonplaats],
thans verblijvende in het huis van bewaring te Doetinchem.
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 7 juni 2006.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 02 maart 2006 in de gemeente Apeldoorn met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een (hand)tas (met daarin een portemonnee en/of een bankpas en/of een geldbedrag en/of een rijbewijs en/of een ziekenfondskaart en/of een bril), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer A], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer A] en/of [slachtoffer B], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en)dat verdachte:
- een bivakmuts over zijn hoofd had, althans heeft getrokken en/of
- een mes, althans een scherp voorwerp, zichtbaar voor [slachtoffer A] en/of [slachtoffer B] heeft vastgehouden en/of
- het mes, althans het scherpe voorwerp, dreigend voor (het gezicht van) die [slachtoffer A] gehouden en/of
- [slachtoffer A] en/of [slachtoffer B] heeft vastgepakt (bij een sjaal) en/of
- (meermalen) heeft geroepen: "Geld";
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht
ALTHANS, dat
A.
hij op of omstreeks 02 maart 2006 in de gemeente Apeldoorn ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen een geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer C] en/of [slachtoffer B] en/of [slachtoffer A], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer B] en/of
die [slachtoffer A], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
- een bivakmuts over zijn hoofd heeft getrokken en/of
- een mes, althans een scherp voorwerp, zichtbaar voor [slachtoffer A] en/of [slachtoffer B] heeft vastgehouden en/of
- het mes, althans het scherpe voorwerp, dreigend voor (het gezicht van) die [slachtoffer A] gehouden en/of
- [slachtoffer A] en/of [slachtoffer B] heeft vastgepakt (bij een sjaal) en/of
- (meermalen) heeft geroepen: "Geld",
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
en/of
B.
hij op of omstreeks 02 maart 2006 in de gemeente Apeldoorn met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een (hand)tas (met daarin een portemonnee en/of een bankpas en/of een geldbedrag en/of een rijbewijs en/of een ziekenfondskaart en/of een bril), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer A], althans aan een ander dan aan verdachte.
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
ALTHANS, dat
A.
hij op of omstreeks 02 maart 2006 in de gemeente Apeldoorn ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer A] en/of [slachtoffer B] te dwingen tot de afgifte van een geld bedrag, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer C] en/of die [slachtoffer A] en/of die [slachtoffer B], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,
- een bivakmuts over zijn hoofd heeft getrokken en/of
- een mes, althans een scherp voorwerp, zichtbaar voor [slachtoffer A] en/of [slachtoffer B] heeft vastgehouden en/of
- het mes, althans het scherpe voorwerp, dreigend voor (het gezicht van) die [slachtoffer A] gehouden en/of
- [slachtoffer A] en/of [slachtoffer B] heeft vastgepakt (bij een sjaal) en/of
- (meermalen) heeft geroepen: "Geld",
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
en/of
B.
hij op of omstreeks 02 maart 2006 in de gemeente Apeldoorn met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een (hand)tas (met daarin een portemonnee en/of een bankpas en/of een geldbedrag en/of een rijbewijs en/of een ziekenfondskaart en/of een bril), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer A], althans aan een ander dan aan verdachte.
Artikel 310 Wetboek van Strafrecht
art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Vrijspraak
Naar het oordeel van de rechtbank is niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het primair, het subsidiair of meer subsidiair tenlastegelegde heeft begaan.
Gezien de tijdspanne gelegen tussen het door verdachte verlaten van de woning van [naam] en zijn aankomst in de Edahwinkel valt niet uit te sluiten dat verdachte het feit heeft gepleegd. Anderzijds heeft het door de aangevers opgegeven signalement van de overvaller niet of nauwelijks betrekking op verdachte en zijn er ook overigens geen bewijsmiddelen voorhanden waaruit zou kunnen blijken dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan. Er zijn wel tapgesprekken in het dossier aanwezig, maar uit de inhoud daarvan valt niet onomstotelijk vast te stellen dat de door verdachte met [naam] gevoerde gesprekken op de overval betrekking hebben.
De verdachte behoort van het ten laste gelegde vrijgesproken te worden.
In beslag genomen voorwerpen
Nu er geen strafvorderlijk belang meer aanwezig is dat zich daartegen verzet, zal de teruggave worden gelast van de na te melden voorwerp(en).
BESLISSING
De rechtbank beslist als volgt.
Verklaart niet bewezen, dat verdachte het primair, subsidiair of meer subsidiair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
Gelast de teruggave van de inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- een jas, kleur blauw, voorzien van het embleem en tekst “[naam]”;
- een paspoort, serienr. [nummer];
- een ANOZ-zorgpas.
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis.
Aldus gewezen door mrs. Borgerhoff Mulder, voorzitter, Elders en Vegter, rechters, in tegenwoordigheid van Jansen, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van
8 juni 2006.