ECLI:NL:RBZUT:2006:AZ0208
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Brouns
- Rechtspraak.nl
Ontslag van rechtsvervolging wegens onduidelijkheid over varkensrechten
In deze zaak heeft de economische politierechter van de Rechtbank Zutphen op 16 oktober 2006 uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die wordt beschuldigd van het overtreden van de Wet op de economische delicten en de Wet herstructurering varkenshouderij. De verdachte, gevestigd in de gemeente Putten, werd verweten dat hij in de jaren 2002 en 2003 meer varkens hield dan toegestaan op basis van de aan hem toegekende varkensrechten. De tenlastelegging omvatte het opzettelijk houden van 671 varkens in 2002 en 617 varkens in 2003, wat zou neerkomen op een overtreding van de varkensrechten die aan zijn bedrijf waren verbonden.
Tijdens de rechtszittingen op 27 juni 2005 en 2 oktober 2006 is de zaak behandeld. De verdediging voerde aan dat de voorprocedure voor de vergunningaanvraag niet buiten beschouwing kon blijven en dat de besluiten tot toekenning van varkensrechten mogelijk niet geldig waren. De economische politierechter oordeelde dat de aan de verdachte toegekende varkensrechten niet met zekerheid konden worden vastgesteld, waardoor niet kon worden vastgesteld of het tenlastegelegde feit strafbaar was. Dit leidde tot de conclusie dat de verdachte niet strafbaar was, aangezien de juridische basis voor de varkensrechten onduidelijk was.
De rechter heeft in zijn overwegingen ook de rol van de gemeente Putten in de vergunningverlening besproken, waarbij werd opgemerkt dat de gemeente een voorprocedure had gevoerd die de verdachte mogelijk in zijn aanvraag had belemmerd. Gezien deze omstandigheden heeft de economische politierechter besloten om de verdachte van alle rechtsvervolging te ontslaan, wat betekent dat er geen straf wordt opgelegd. De uitspraak is gedaan op basis van de artikelen 91 van het Wetboek van Strafrecht en de relevante bepalingen van de Wet op de economische delicten en de Wet herstructurering varkenshouderij.