ECLI:NL:RBZUT:2006:AZ1337
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Borgerhoff Mulder
- A. van Hoorn
- J. Hemrica
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voorhanden hebben van illegaal vuurwerk met vrijspraak voor opslag
Op 1 november 2006 heeft de Rechtbank Zutphen uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een inwoner van Wezep, die werd beschuldigd van het voorhanden hebben van illegaal vuurwerk. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden en een werkstraf van 240 uur. De zaak kwam voort uit twee tenlasteleggingen, waarbij de verdachte op 6 december 2005 in Hattemerbroek en op 7 december 2005 in Wier illegaal vuurwerk zou hebben voorhanden gehad. De rechtbank oordeelde dat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de verdachte betrokken was bij de opslag van vuurwerk in Wier, hoewel hij daar wel aanwezig was geweest om vuurwerk uit te zoeken en te bestellen voor de handel in zijn omgeving.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 6 december 2005 in Hattemerbroek een aanzienlijke hoeveelheid consumentenvuurwerk voorhanden had, dat niet voldeed aan de eisen van het Vuurwerkbesluit. De verdachte heeft bekend dat hij zich in het verleden met de handel in illegaal vuurwerk heeft beziggehouden, maar was niet eerder met politie en justitie in aanraking gekomen voor een soortgelijk feit. De rechtbank heeft bij de straftoemeting rekening gehouden met de ernst van de feiten en de risico's die het gebruik van illegaal vuurwerk met zich meebrengt voor zowel de gebruiker als omstanders.
De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de tweede tenlastelegging, omdat er onvoldoende bewijs was dat hij het vuurwerk in Wier had opgeslagen. De uitspraak benadrukt de noodzaak van strikte naleving van de wetgeving omtrent vuurwerk en de gevolgen van het voorhanden hebben van illegaal vuurwerk.