ECLI:NL:RBZUT:2007:BB3903

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
19 september 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/460284-07
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • Mr. Prisse
  • Mr. Van Harreveld
  • Mr. Follender Grossfeld
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Heropening van het onderzoek in de strafzaak tegen een minderjarige in verband met de geestelijke gesteldheid en mogelijke TBS met dwangverpleging

Op 19 september 2007 heeft de Rechtbank Zutphen in de strafzaak tegen een minderjarige (ex)bewoner van 's Heeren Loo het onderzoek heropend voor nader onderzoek in het Pieter Baan Centrum. De verdachte, geboren op [geboortedatum] en wonende te [plaats], wordt beschuldigd van het opzettelijk beroven van het leven van [slachtoffer] en het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel. De tenlastelegging omvat meerdere geweldsdelicten die op of omstreeks 15 mei 2007 in de gemeente [plaats] zouden zijn gepleegd. De rechtbank heeft vastgesteld dat het onderzoek niet volledig is geweest en dat er behoefte is aan een uitgebreider rapport over de geestelijke gesteldheid van de verdachte. Deskundigen H.J. Groenhuijzen, psychiater, en drs. M. van Heteren-van Namen, GZ psycholoog, hebben gerapporteerd dat alleen TBS met dwangverpleging een adequate behandeling kan bieden voor de verdachte. De rechtbank acht het noodzakelijk dat de verdachte langere tijd door gedragsdeskundigen wordt geobserveerd om te bepalen of TBS met dwangverpleging noodzakelijk is of dat een minder ingrijpende maatregel volstaat. De rechtbank heeft het onderzoek heropend en de stukken in handen gesteld van de officier van justitie voor een multidisciplinaire rapportage van het Pieter Baan Centrum. De beslissing is genomen in het belang van de zorgvuldigheid, gezien de complexe problematiek van de jeugdige verdachte. De rechtbank heeft de verdere beslissing aangehouden en de oproeping van de verdachte en zijn ouders/verzorgers bevolen voor een nadere terechtzitting.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Meervoudige kamer
Parketnummer: 06/460284-07
Uitspraak d.d.: 19 september 2007
tegenspraak / dip
TUSSENVONNIS
in de zaak tegen de minderjarige:
[verdachte],
geboren te [plaats] op [geboortedatum],
wonende te [plaats],
thans verblijvende in [plaats].
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek - met gesloten deuren - op de terechtzitting van 5 september 2007.
De tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat:
hij
op of omstreeks 15 mei 2007
in de gemeente [plaats]
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk [slachtoffer] van het leven te beroven, met dat opzet (telkens)
- in/tegen haar maag en/of rug en/of buik althans tegen het lichaam te
schoppen en/of te trappen en/of
- (vervolgens) (terwijl zij op de grond lag) tegen haar (achter) hoofd en/of
buik en/of haar keel te schoppen en/of te trappen en/of te stampen en/of
- met (beide) vuist(en) op/tegen/ter hoogte van haar longen te slaan en/of
stompen en/of
- (vervolgens) haar aan haar arm(en) te verslepen en (vervolgens) haar
te schoppen en/of trappen,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 287 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
ALTHANS, dat
hij
op of omstreeks 15 mei 2007
in de gemeente [plaats]
aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel ((scheurtje in de lever,
scheurtje in strottenhoofd, gebroken oogkassen, gebroken rib(ben),
bloeduitstortingen, klaplong, hersenkneuzing(en), gebroken tand en
beschadiging van de tong), heeft toegebracht, door deze opzettelijk (telkens)
- in/tegen haar maag en/of rug en/of buik althans tegen het lichaam te
schoppen en/of te trappen en/of
- (vervolgens) (terwijl zij op de grond lag) tegen haar (achter) hoofd en/of
buik en/of haar keel te schoppen en/of te trappen en/of te stampen en/of
- met (beide) vuist(en) op/tegen/ter hoogte van haar longen te slaan en/of
stompen en/of
- (vervolgens) haar aan haar arm(en) te verslepen en (vervolgens) haar
te schoppen en/of trappen
art 302 lid 1 Wetboek van Strafrecht
ALTHANS, dat
hij
op of omstreeks 15 mei 2007
in de gemeente [plaats] opzettelijk [slachtoffer] heeft mishandelend door
- in/tegen haar maag en/of rug en/of buik althans tegen het lichaam te
schoppen en/of te trappen en/of
- (vervolgens) (terwijl zij op de grond lag) tegen haar (achter) hoofd en/of
buik en/of haar keel te schoppen en/of te trappen en/of te stampen en/of
- met (beide) vuist(en) op/tegen/ter hoogte van haar longen te slaan en/of
stompen en/of
- (vervolgens) haar aan haar arm(en) te verslepen en (vervolgens) te schoppen
en/of trappen,
tengevolge waarvan zij zwaar lichamelijk letsel (scheurtje in de lever,
scheurtje in strottenhoofd, gebroken oogkassen, gebroken rib(ben),
bloeduitstortingen, klaplong, hersenkneuzing(en), gebroken tand en
beschadiging van de tong),
althans enig lichamelijk letsel, heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
art 300 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 300 lid 2 Wetboek van Strafrecht
Overweging heropening onderzoek
Na sluiting van het onderzoek ter terechtzitting is tijdens de beraadslaging in raadkamer naar het oordeel van de rechtbank gebleken dat het onderzoek niet volledig is geweest.
De rechtbank overweegt hierbij het navolgende.
Over de geestelijke gesteldheid van verdachte is door de deskundigen H.J. Groenhuijzen, psychiater, d.d. 22 augustus 2007, en drs. M. van Heteren-van Namen, GZ psycholoog,
d.d. 28 augustus 2007, uitvoerig gerapporteerd en beiden zijn ook uitvoerig ingegaan op ter terechtzitting gestelde vragen.
Beiden kwamen tot de conclusie dat slechts TBS met dwangverpleging afdoende behandeling van- en bescherming tegen het gevaar kan bieden dat verdachte zeer wel in de toekomst teweeg zou kunnen brengen.
Zonder aan het terdege schriftelijk en mondeling onderbouwde advies van deskundigen af te doen, acht de rechtbank het noodzakelijk dat verdachte - naast de “momentopname” van genoemde deskundigen - langere tijd door gedragsdeskundigen wordt geobserveerd en dat op basis daarvan gerapporteerd wordt of een TBS met dwangverpleging noodzakelijk is, danwel met een minder ver strekkende maatregel - waaronder opname en behandeling binnen
’s Heerenloo - kan worden volstaan.
De Rechtbank acht het PBC hiervoor de aangewezen instelling.
De rechtbank vindt dit aanvullend onderzoek noodzakelijk uit een oogpunt van zorgvuldigheid, nu het hier om een zeer ingewikkelde problematiek bij een jeugdige gaat en TBS met dwangverpleging wel eens de loop van de rest van zijn leven zou kunnen bepalen.
Beslissing
De rechtbank beslist als volgt.
Heropent het onderzoek ter fine als voormeld, en schorst dit voor onbepaalde tijd.
De rechtbank stelt daartoe de stukken in handen van de officier van justitie, teneinde het dossier te completeren met de multidisciplinaire rapportage van het PBC.
De rechtbank vermeldt - in verband met het uitstel voor een langere tijd dan één maand - als klemmende redenen:
- de omstandigheid dat het uitbrengen van een multi-disciplinair rapport doorgaans langer op zich laat wachten dan één maand;
- het zittingsrooster van de rechtbank.
De rechtbank houdt elke verdere beslissing aan.
De rechtbank beveelt de oproeping van verdachte (met kennisgeving aan de raadsman) en zijn ouders/verzorgers tegen een nadere terechtzitting.
Aldus gewezen door mr. Prisse, voorzitter, tevens kinderrechter, mr. Van Harreveld en
mr. Follender Grossfeld, rechters, in tegenwoordigheid van Beers-de Badts, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 19 september 2007.
Mr. Follender Grossfeld is buiten staat dit tussenvonnis mede te ondertekenen.