ECLI:NL:RBZUT:2007:BB9863
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. de Bie
- A. van der Hooft
- J. Roessingh
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van politieagent wegens valse verklaring onder ede in geuridentificatiezaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 11 december 2007 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een politieagent, die verdacht werd van het medeplegen van het opzettelijk afleggen van een valse verklaring onder ede in een strafzaak. De verdachte, geboren in 1953 en woonachtig in [plaats], werd beschuldigd van het opmaken van een vals proces-verbaal van geuridentificatie in de periode van september 2005, waarbij hij en zijn medeverdachten zouden hebben verklaard dat zij niet op de hoogte waren van de posities van geurdragers en dat de geuridentificatieproef volgens de voorschriften was uitgevoerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn medeverdachten niet blind hadden gesorteerd, wat in strijd was met de geldende richtlijnen. Tijdens de zitting op 27 november 2007 is het bewijs besproken, waaronder verklaringen van medeverdachten en getuigen. De rechtbank overwoog dat de officier van justitie in redelijkheid tot vervolging had kunnen besluiten, maar dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen. De rechtbank concludeerde dat de tenlastegelegde feiten niet wettig en overtuigend bewezen konden worden. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van alle hem ten laste gelegde feiten. De uitspraak benadrukt het belang van waarheidsgetrouwe verklaringen in het rechtssysteem en de gevolgen van valse processen-verbaal voor de rechtsorde.