ECLI:NL:RBZUT:2008:BD2474
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. van der Hooft
- A. de Bie
- J. van der Mei
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van gijzeling en wederrechtelijke vrijheidsberoving
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 27 mei 2008 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van medeplegen van gijzeling en wederrechtelijke vrijheidsberoving. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van deze beschuldigingen, omdat het medeplegen van de gijzeling en de opzettelijke vrijheidsberoving niet wettig en overtuigend kon worden bewezen. De rechtbank baseerde haar oordeel op de verklaringen van de verdachte en medeverdachten, alsook op de beschikbare bewijsstukken. De verdachte was betrokken bij een hennepplantage en had in de nacht van 12 op 13 maart 2007 geconstateerd dat de planten waren gestolen. Hij had vervolgens contact opgenomen met medeverdachten om de situatie te bespreken. De rechtbank concludeerde dat, hoewel de verdachte een belangrijke rol speelde in de hennepplantage, er onvoldoende bewijs was dat hij op de hoogte was van de gijzeling van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer A]. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet opzettelijk heeft bijgedragen aan de gijzeling en dat zijn handelingen voornamelijk gericht waren op het opruimen van de hennepplantage. De rechtbank heeft de verdachte dan ook vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten.