ECLI:NL:RBZUT:2008:BD6787

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
9 juli 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/460125-07
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M. Kleinrensink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in geweldszaak tegen bezoekers van clubgebouw Tuf Tuf te Hattemerbroek

In de zaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van openlijk geweld en mishandeling van bezoekers van het clubgebouw van de vereniging Tuf Tuf te Hattemerbroek, heeft de politierechter op 9 juli 2008 uitspraak gedaan. De verdachte werd vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten, omdat de rechter niet overtuigd was van zijn schuld. De zaak vond plaats in de nacht van 24 op 25 februari 2007, waar de verdachte samen met anderen openlijk geweld zou hebben gepleegd tegen meerdere slachtoffers door onder andere het gooien van kapotte bierflessen en het slaan van slachtoffers. De officier van justitie had aangevoerd dat er voldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren, maar de rechter oordeelde dat er naast belastende verklaringen ook ontlastende verklaringen waren die de verdachte in een ander licht plaatsten.

De politierechter overwoog dat de verklaringen van de getuigen en slachtoffers niet voldoende waren om tot een veroordeling te komen. De verdachte had verklaard dat hij op uitnodiging van de zoon van een van de slachtoffers op het feest aanwezig was en dat hij na het verzoek om te vertrekken, het feest had verlaten. De getuigenverklaringen ondersteunden de ontkenning van de verdachte, wat leidde tot de conclusie dat er onvoldoende wettig bewijs was voor de beschuldigingen.

De rechter verklaarde de benadeelde partijen, waaronder de vereniging MC Tuf Tuf en enkele slachtoffers, niet-ontvankelijk in hun vorderingen, omdat deze geen betrekking hadden op bewezen verklaarde feiten. Het bevel tot voorlopige hechtenis werd opgeheven, en de verdachte werd vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Politierechter
Parketnummer: 06/460125-07
Uitspraak d.d.: 9 juli 2008
Tegenspraak/ OIP
VONNIS
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [plaats, 1988],
wonende te [adres].
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 2 juli 2008.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de nacht van 24 op 25 februari 2007 te Hattemerbroek,
gemeente Oldebroek, met een ander of anderen, op een voor het publiek
toegankelijke plaats of in een voor het publiek toegankelijke ruimte, te weten
in een clubgebouw ( van vereniging Tuf Tuf, gelegen aan de Voskuilerdijk),
openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of een of meer
andere perso(o)n(en),
welk geweld bestond uit het
- meermalen, althans eenmaal (met kracht) gooien van (een) (kapotte)
bierfles(sen) en/of ander (kapot) glaswerk en/of een of meer andere scherpe
en/of harde en/of zware voorwerp(en) in (de richting van) de/het gezicht(en)
en/of tegen, althans in de richting van de/het hoofd(en) en/of elders
op/tegen, althans in de richting van de/het licha(a)m(en) van (een)
voornoemde perso(o)n(en) en/of
- meermalen, althans eenmaal (met kracht) slaan en/of stompen en/of schoppen
in de/het gezicht(en) en/of tegen de/het hoofd(en) en/of elders op/tegen
de/het licha(a)m(en) van (een) voornoemd(e) perso(o)n(en),
waarbij hij, verdachte,
- meermalen, althans eenmaal (met kracht) (een) (kapotte) bierfles(sen) en/of
ander (kapot) glaswerk en/of een of meer andere scherpe en/of harde en/of
zware voorwerp(en) in de/het gezicht(en) en/of op/tegen de/het hoofd(en) van
een of meer van voornoemd(e) perso(o)n(en) heeft gegooid en/of
- meermalen, althans eenmaal (met kracht) heeft geslagen en/of gestompt en/of
geschopt in/tegen de/het gezicht(en) en/of tegen de/het hoofd(en) en/of
elders op/tegen de/het licha(a)m(en) van (een) voornoemd(e) perso(o)n(en),
welk door hem gepleegd geweld, enig lichamelijk letsel (verwonding aan
linkervoorkant voorhoofd, 3 hechtingen) voor die [slachtoffer 2] ten gevolge
heeft gehad;
art 141 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 141 lid 2 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
ALTHANS, dat
hij in of omstreeks de nacht van 24 op 25 februari 2007 te Hattemerbroek,
althans in de gemeente Oldebroek,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met (een) ander(en), althans alleen, aan
[slachtoffer 1] en/of aan [slachtoffer 2] en/of aan [slachtoffer 3] en/of aan
[slachtoffer 4] en/of aan een of meer andere perso(o)n(en),
opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet
- meermalen, althans eenmaal (met kracht) (een) (kapotte)
bierfles(sen) en/of ander (kapot) glaswerk en/of een of meer andere scherpe
en/of harde en/of zware voorwerp(en) in (de richting van) de/het gezicht(en)
en/of tegen, althans in de richting van de/het hoofd(en) en/of elders
op/tegen, althans in de richting van de/het licha(a)m(en) van voornoemde
perso(o)n(en) heeft gegooid en/of
- meermalen, althans eenmaal (met kracht) in de/het gezicht(en) en/of tegen
de/het hoofd(en) en/of elders op/tegen de/het licha(a)m(en) van (een)
voornoemd(e) perso(o)n(en) heeft geslagen en/of gestompt en/of geschopt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 47 Wetboek van Strafrecht
art 302 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
2.
hij in of omstreeks de nacht van 24 op 25 februari 2007 te Hattemerbroek,
gemeente Oldebroek, met een ander of anderen,
- op een voor het publiek toegankelijke plaats of in een voor het publiek
toegankelijke ruimte, te weten in een clubgebouw ( van vereniging Tuf Tuf,
gelegen aan de Voskuilerdijk), en/of
- op de openbare weg, te weten de Voskuilerdijk,
openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een of meer deur(en) en/of
een toiletmeubel en/of een bankstel en/of een of meer andere goed(eren),
welk geweld bestond uit het trappen/schoppen tegen die deur(en) en/of tegen
dat toiletmeubel en/of tegen die/dat andere goed(eren) en/of gooien met
bierflessen en/of met (ander) glaswerk en/of
het kapot scheuren/trekken van dat bankstel;
art 141 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Standpunten van de officier van justitie en van de verdediging met betrekking tot eventuele bewezenverklaring
De officier van justitie heeft aangevoerd dat het onder 1 primair en 2 ten laste gelegde bewezen kan worden verklaard. Zij heeft daartoe als mogelijke bewijsmiddelen opgevoerd:
- de aangifte en verklaringen van [slachtoffer 1];
- de aangifte en verklaring van [slachtoffer 2];
- de verklaringen van [getuige 1], [getuige 2], [getuige 3] en [getuige 4].
De officier van justitie is van mening dat uit die bewijsmiddelen blijkt dat verdachte een van degenen is geweest die met bierflesjes heeft gegooid in de richting van het clubgebouw en de personen die zich in dat clubgebouw bevonden. De verdachte heeft doelbewust een door hem kapot geslagen flesje in de richting van [slachtoffer 2] gegooid en hem daarmee ook daadwerkelijk geraakt. Verder is de officier van justitie van mening dat uit die bewijsmiddelen ook blijkt dat verdachte zich daarnaast schuldig heeft gemaakt aan het onder 2 ten laste gelegde openlijk geweld door tegen een deur van het clubgebouw te trappen/schoppen en het gooien met bierflesjes.
De raadvrouw heeft aangevoerd dat er wel voldoende wettig bewijs is, maar dat daaruit niet de overtuiging kan worden verkregen dat verdachte het onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft begaan. In het dossier zijn - in haar visie - ook verklaringen aanwezig waaruit blijkt dat verdachte niets strafwaardigs heeft gedaan. Ook heeft de raadsvrouw ter terechtzitting afschriften van verklaringen overgelegd waaruit zou moeten blijken dat verdachte zich niet aan enig geweld schuldig zou hebben gemaakt. Verdachte dient daarom het voordeel van de twijfel gegeven te worden. Hij dient van het ten laste gelegde vrijgesproken te worden.
De politierechter overweegt het volgende.
Uit de inhoud van het dossier blijkt dat de personen die op 24 februari 2007 het feest in het clubgebouw van motorclubvereniging “Tuf Tuf” hebben bezocht uit twee verschillende groepen heeft bestaan. Enerzijds was er de groep door aangever [slachtoffer 1] uitgenodigde gasten en anderzijds was er een groep ongenodigde gasten. Verdachte behoorde blijkens de verklaringen van aangever [slachtoffer 1] tot de niet door hem uitgenodigde gasten.
De verdachte heeft verklaard dat hij op uitnodiging van de zoon van aangever op het feest aanwezig is geweest. Op het moment dat iedereen werd verzocht het feest te verlaten is hij weggegaan en met [getu[getuige 5] naar het centrum van Wezep gegaan. Daar hebben ze de hun bekende [getuige 6] gesproken die ook op het feest aanwezig was geweest. Deze vertelde dat er een ruzie gaande was, waarop verdachte en [getuige 5] hebben besloten te gaan kijken. Zij zijn vervolgens teruggereden en hebben vanuit de auto gezien dat er nog wat gaande was. Kort daarna kwam de politie en werd verdachte aangehouden.
[getuige 5] is op 8 maart 2007 gehoord en heeft een verklaring afgelegd die overeen komt met de verklaring van verdachte.
[getuige 6] heeft verklaard dat hij is vertrokken toen de vechtpartij al gaande was en dat hij bij een snackbar in Wezep verdachte en [getuige 5] is tegengekomen. Hij heeft met hen gesproken over de ruzie die gaande was waarop verdachte en [getuige 5] gezegd hebben dat zij even gingen kijken.
Uit het dossier blijkt dat verdachte direct na de vechtpartij is aangehouden. Hij is in verzekering gesteld en vervolgens is de bewaring verleend. De verdachte heeft vanaf 28 februari 2007 tot en met 8 maart 2007 in beperkingen doorgebracht.
De politierechter is van oordeel dat er wel wettig bewijs voorhanden is. Dit bewijs betreft verklaringen van personen die behoorden tot de groep van genodigde gasten en zijn deels gebaseerd op hetgeen getuigen van anderen, onder andere van aangever [slachtoffer 1], hebben gehoord.
Daar tegenover staan echter de consequente ontkennende verklaringen van verdachte die hij heeft afgelegd in de periode dat hij zich in beperkingen bevond. Hij was dus niet in de gelegenheid zijn verklaringen met iemand af te stemmen. Desondanks heeft [getuige 5] een verklaring afgelegd die overeen komt met de verklaringen van verdachte. Dit wordt bovendien nog eens ondersteund door de verklaring van [getuige 6].
Gelet op het vorenstaande heeft de politierechter niet de overtuiging gekregen dat de verdachte het onder 1 primair, 1 subsidiair en onder 2 ten laste gelegde heeft begaan. De verdachte dient derhalve vrijgesproken te worden.
Vordering tot schadevergoeding
De benadeelde partijen Vereniging MC Tuf Tuf, [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] zullen niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vorderingen, nu deze vorderingen geen betrekking hebben op een bewezen verklaard feit zoals bedoeld in artikel 361, tweede lid aanhef en sub b van het Wetboek van Strafvordering.
Beslissing
De politierechter:
- Verklaart niet bewezen, dat verdachte het onder 1 primair, 1 subsidiair en 2 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
- Verklaart de benadeelde partijen Vereniging MC Tuf Tuf, [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] niet-ontvankelijk in hun vorderingen.
Het – geschorste – bevel tot voorlopige hechtenis wordt opgeheven.
Dit vonnis is gewezen mr. Kleinrensink, politierechter, in tegenwoordigheid van Jansen, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 9 juli 2008.