ECLI:NL:RBZUT:2008:BD7540

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
26 juni 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/460474-07
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
  • Mr. Gilhuis
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot beëindiging van strafzaak wegens niet verstreken proeftijd

Op 26 juni 2008 heeft de Raadkamer van de Rechtbank Zutphen uitspraak gedaan in de zaak met parketnummer 06/460474-07. Het verzoek van de verzoeker om de strafzaak voor geëindigd te verklaren is afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de proeftijd van het voorwaardelijk sepot, dat op 7 februari 2008 door de officier van justitie was opgelegd, nog niet verstreken was. Dit betekent dat het vervolgingsrecht van de officier van justitie nog kan herleven, waardoor de zaak niet als beëindigd kan worden beschouwd. De verzoeker, geboren in 1989 en woonachtig te [adres], had een verzoekschrift ingediend op 23 mei 2008, waarin hij vroeg om beëindiging van de strafzaak die tegen hem liep wegens de verdenking van mishandeling van zijn vader en vernieling van een celdeur. De rechtbank heeft het verzoek in raadkamer behandeld, waarbij is vastgesteld dat de verzoeker enige tijd in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. De rechtbank benadrukte dat volgens artikel 36 van het Wetboek van Strafvordering een verzoek tot beëindiging van de vervolging alleen kan worden ingewilligd als de vervolging niet wordt voortgezet. Aangezien de proeftijd nog loopt, is het niet zeker dat de zaak niet zal worden voortgezet. De beslissing is genomen door mr. Gilhuis, in aanwezigheid van griffier Heebink, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Parketnummer: 06/460474-07
BVS-nummer: 08/302
De rechtbank heeft te beslissen omtrent het op 23 mei 2008 ingekomen verzoekschrift van:
[verzoeker],
geboren te [plaats, 1989],
wonende [adres],
te dezer zake domicilie gekozen hebbende ten kantore van zijn advocaat/gevolmachtigde Jhr. Mr. E.A.C. Sandberg van Sandberg Vaillant Advocaten te Vorden (postbus 68, 7250 AB Vorden),
Het verzoekschrift is op 26 juni 2008 door de raadkamer niet in het openbaar behandeld. Van het in raadkamer verhandelde is een proces-verbaal opgemaakt.
Motivering
1. Het verzoek strekt tot het voor geëindigd verklaren, ex artikel 36 van het Wetboek van Strafvordering, van de op verzoeker betrekking hebbende strafzaak met bovenvermeld parketnummer.
2. Op grond van de stukken en het in raadkamer verhandelde kan het volgende worden vastgesteld:
De onderhavige strafzaak betreft de verdenking, dat verzoeker, zijn vader heeft mishandeld en het slot van een celdeur heeft vernield. Verzoeker heeft hiervoor een aantal maanden in voorlopige hechtenis doorgebracht.
Op 7 februari 2008 heeft de officier van justitie een kennisgeving voorwaardelijke niet vervolging uit doen gaan naar verdachte, in verband met diens gezondheidstoestand. Deze kennisgeving is op 22 februari 2008 aan verzoeker in persoon betekend.
Uit deze mededeling blijkt dat verdachte door de officier van justitie ter zake van bovengenoemde feiten niet zal worden vervolgd, onder voorwaarde dat verdachte zich gedurende een proeftijd van 1 jaar, ingaande op de dag van uitreiking van de kennisgeving, niet aan enig strafbaar feit zal schuldig maken dan wel op andere wijze zal misdragen.
3. Bij de beoordeling van het verzoek moet als uitgangspunt gelden, dat artikel 36 van het Wetboek van Strafvordering blijkens zijn aanhef slechts toepassing kan vinden, indien een vervolging “niet wordt voortgezet”.
4. Nu, gelet op het feit dat de, aan het voorwaardelijk sepot gekoppelde proeftijd nog niet verstreken is, valt niet uit te sluiten dat het vervolgingsrecht van de officier van justitie weer zal herleven. Het is derhalve nog niet zeker dat de zaak niet wordt voortgezet. Om die reden zal het verzoek worden afgewezen.
Beslissing
Wijst het verzoek af.
Deze beslissing is gegeven door mr. Gilhuis, in tegenwoordigheid van Heebink, griffier en uitgesproken in het openbaar op 26 juni 2008.