ECLI:NL:RBZUT:2008:BG0279

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
17 oktober 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/580263-08
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. Roessingh-Bakels
  • H. Hödl
  • A. Steinebach-de Wit
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkoop en bezit van XTC en speed door verdachte in Borculo en Lochem

In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 17 oktober 2008 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van het verkopen en in bezit hebben van XTC-pillen en speed. De verdachte werd veroordeeld voor het opzettelijk verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en aanwezig hebben van deze verdovende middelen gedurende een periode van bijna een jaar, van 1 augustus 2007 tot en met 14 juli 2008, in de gemeenten Borculo en Lochem. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de beschuldiging van cocaïneverkoop, omdat er onvoldoende bewijs was voor deze tenlastelegging. De rechtbank baseerde haar oordeel op verklaringen van verschillende getuigen die bevestigden dat de verdachte XTC-pillen had verkocht en dat hij een centrale rol speelde in de drugshandel in de regio. De opgelegde straf bestond uit een gevangenisstraf van 18 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, en de verplichting om zich te houden aan de aanwijzingen van de reclassering, inclusief het volgen van een leefstijltraining. De rechtbank overwoog dat de verdachte een aanzienlijke hoeveelheid XTC-pillen had verhandeld, wat schadelijk was voor de volksgezondheid, en dat hij niet goed had nagedacht over de gevolgen van zijn daden. De rechtbank nam ook in overweging dat de verdachte nog niet eerder was veroordeeld en dat hij bereid was om aan zijn problemen te werken.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Meervoudige kamer
Parketnummer: 06/580263-08
Uitspraak d.d.: 17 oktober 2008
tegenspraak/ dip
VONNIS
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [plaats, 1986],
wonende te [adres],
thans verblijvende in het Huis van Bewaring te Doetinchem.
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van
3 oktober 2008.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op meerdere, althans één, tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01
augustus 2007 tot en met 14 juli 2008 in de gemeente Borculo en/of de gemeente
Lochem en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval (telkens)
opzettelijk aanwezig heeft gehad:
- een hoeveelheid zogenaamde XTC-pillen, in elk geval een hoeveelheid van een
materiaal bevattende MDA (metamfetamine) en/of MDMA en/of MMDA en/of N-ethyl
MDA en/of N-hydroxy MDA en/of MDEA (methyleendioxyethlamfetamine) en/of
4-broom-2,5-dimethoxyfenethylamine (methyleendioxyethlamfetamine) en/of
4-broom-2,5-dimethoxyfenethylamine (2CB), zijnde MDA (metamfetamine) en/of
MDMA en/of MMDA en/of N-ethyl MDA en/of N-hydroxy MDA en/of MDEA
(methyleendioxyethlamfetamine) en/of 4-broom-2,5-dimethoxyfenethylamine
(methyleendioxyethlamfetamine) en/of 4-broom-2,5-dimethoxyfenethylamine
(2CB) en/of
- een hoeveelheid cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende cocaïne, zijnde cocaïne en/of
- een hoeveelheid amfetamine (speed), in elk geval een hoeveelheid van een
materiaal bevattende amfetamine (speed), zijnde amfetamine (speed);
(elk) (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst
I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
art 2 ahf/ond B Opiumwet
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak (eindnoot 1)
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte cocaïne heeft bereid, bewerkt, verwerkt, verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad. Slechts twee getuigen hebben bij de politie verklaard dat verdachte in cocaïne heeft gehandeld, namelijk [getuige 1] (eindnoot 2) en [getuige 2](eindnoot 3) . [getuige 2] heeft verklaard dat de cocaïne die onder hem in beslag is genomen, afkomstig is van verdachte. Hij heeft niet verklaard wanneer en waar hij deze cocaïne van verdachte heeft gekocht. [getuige 1] heeft verklaard dat verdachte slechts enkele keren cocaïne heeft meegenomen voor iemand uit de groep en dat verdachte de cocaïne meestal zelf heeft gebruikt. [getuige 1] heeft niet verklaard wanneer, hoeveel en aan wie verdachte zou hebben verkocht. Verdachte heeft ter terechtzitting ontkend ooit cocaïne aan anderen te hebben gegeven. Hij heeft het spul slechts twee keer gehaald en geprobeerd. Nu naar het oordeel van de rechtbank niet concreet en specifiek vast is komen te staan wanneer verdachte opzettelijk cocaïne aanwezig heeft gehad en evenmin hoe vaak, hoeveel en aan wie verdachte cocaïne heeft verkocht, acht de rechtbank onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden voor dit deel van de tenlastelegging. Verdachte dient hiervan dan ook te worden vrijgesproken.
Standpunten openbaar ministerie en verdediging
1. De officier van justitie heeft geconcludeerd dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden geacht. Wat de periode betreft, heeft [getuige 3] verklaard dat hij in september 2007 pillen heeft gekocht van verdachte. [getuige 4] heeft verklaard dat hij de laatste tijd ook XTC-pillen heeft gebruikt en deze pillen van verdachte heeft gekocht. [getuige 5] heeft verklaard dat verdachte elke week XTC-pillen verkoopt. Uit de diverse verklaringen kan zelfs worden afgeleid dat verdachte ook vóór de ten laste gelegde periode XTC-pillen heeft verkocht. In één verklaring wordt zelfs het jaartal 2003 genoemd. De officier van justitie acht bewezen dat verdachte in de periode 1 augustus 2007 tot en met 14 juli 2008 XTC-pillen heeft verkocht en dat hij in die periode speed en cocaïne aanwezig heeft gehad. Verdachte heeft ter zitting erkend dat hij cocaïne en speed aanwezig heeft gehad. [getuige 6] heeft bij de politie verklaard dat hij de man van de speed was, dus de officier van justitie acht niet bewezen dat verdachte de speed heeft verhandeld. In het dossier worden de pillen steeds XTC-pillen genoemd en [getuige 7], [getuige 8] en [getuige 4] beschrijven ook de effecten van de door verdachte verkochte pillen.
2. De raadsman heeft aangevoerd dat de periode te ruim is ten laste gelegd. De raadsman heeft de rechtbank verzocht de tijdsduur daadwerkelijk te beoordelen. De raadsman komt tot een bewezenverklaring voor de periode september 2007 tot en met juni 2008. De raadsman heeft voor wat betreft het begin van de ten laste gelegde periode gewezen op de verklaring van [getuige 3]. De raadsman heeft geen andere verklaring kunnen vinden die een eerder begin dan september 2007 aangeven. Op basis van de verklaring van [getuige 10] kan bewezen worden geacht dat verdachte tot en met juni 2008 XTC-pillen heeft verkocht. Bij de politie heeft zij verklaard dat zij een paar weken geleden een pil van verdachte heeft gekocht. Deze verklaring heeft zij medio juli 2008 bij de politie afgelegd. Naar de mening van de raadsman is uit het dossier gebleken dat verdachte op kleine schaal in XTC heeft gehandeld. Daarvoor zijn voldoende getuigen. Bij de politie hebben [getuige 5] en [getuige 11] verklaard over het aanwezig hebben van speed door verdachte. De overige getuigen verklaren niet in het nadeel van verdachte. Op basis van de ontlastende verklaringen, kan niet worden bewezen dat verdachte in speed heeft gehandeld. De verklaring van [getuige 5] is aantoonbaar onjuist. Hij heeft verklaard dat verdachte aan [getuige 1] en [getuige 8] speed heeft verkocht. [getuige 1] heeft zelf verklaard dat verdachte geen pep heeft verkocht. [getuige 8] heeft verklaard dat hij wel eens speed heeft gebruikt, maar dat dit niet van verdachte afkomstig is geweest. [getuige 10] heeft verklaard dat zij de speed heeft gekocht van [naam 1]. [getuige 7] heeft verklaard dat zij de speed bij [getuige 1] heeft gekocht. Wat betreft de cocaïne hebben [getuige 2] en [getuige 1] belastende verklaringen afgelegd. [getuige 1] heeft, naar de mening van de raadsman, onvoldoende concreet en specifiek verklaard. Hij heeft gezien dat verdachte cocaïne heeft meegenomen voor iemand uit de groep, maar over waar, wanneer en hoe heeft hij niet verklaard. [getuige 2] heeft de naam van verdachte genoemd. Wellicht dat zijn naam het eerst in hem is opgekomen, omdat verdachte ook in XTC handelt. Opvallend in het dossier is dat één van de getuigen heeft verklaard dat hij wordt gehoord, omdat de politie wil weten wat verdachte allemaal gedaan heeft. Dat kan ook bij de verklaring van [getuige 1] hebben gespeeld. De raadsman is van mening dat verdachte met betrekking tot de cocaïne dient te worden vrijgesproken, nu noch voor het handelen noch voor het voorhanden hebben van cocaïne bewijs in het dossier aanwezig is.
Bewijsmotivering
3. Bij de politie(eindnoot 4) heeft [getuige 2] verklaard dat hij de pillen die bij hem zijn aangetroffen, van verdachte heeft gekocht. Als [getuige 2] verdachte belde om wat te kopen, kon hij diezelfde dag bij verdachte terecht. Ze spraken dan af in het park in Borculo. [getuige 2] gebruikt sinds augustus 2007 harddrugs, en kocht dit altijd van verdachte. [getuige 2] kocht meestal 15 pillen tegelijk, zodat hij niet steeds met verdachte hoefde af te spreken. Hij kocht altijd de pillen met het Mitsubishi logo erop. Als deze pillen op waren, kreeg [getuige 2] ook andere soorten. In zijn tweede verklaring bij de politie(eindnoot 5) heeft [getuige 2] verklaard dat als hij met verdachte had afgesproken, verdachte veel meer pillen bij zich had dan dat [getuige 2] wilde kopen. [getuige 2] schat dat verdachte dan ongeveer 50 pillen bij zich had.
4. In zijn eerste verklaring bij de politie(eindnoot 6) heeft [getuige 5] verklaard dat verdachte regelmatig [naam locatie] in Borculo handelde in XTC-pillen. Hij verkocht pillen aan [7 namen]. [getuige 5] heeft verklaard dat verdachte XTC-pillen en “kroontje” verkocht. Dit teken staat op de pil gedrukt en op de XTC-pillen staat niets gedrukt. [getuige 5] heeft verklaard dat verdachte iedere week pillen verkoopt aan deze jongens [naam locatie] in Borculo. In zijn derde verklaring bij de politie(eindnoot 7) heeft [getuige 5] verklaard dat hij op 12 of 13 maart 2008 heeft gezien dat verdachte [naam locatie] in Borculo aan [naam 2] XTC-pillen met de “M” van Motorola erop, heeft gegeven.
5. Bij de politie(eindnoot 8) heeft [getuige 12] verklaard dat hij ongeveer drie keer bij verdachte XTC-pillen heeft gekocht. Hij heeft met verdachte afgesproken in Borculo. Ook is verdachte wel eens naar Lochem gekomen om pillen te verkopen. In zijn tweede verklaring bij de politie(eindnoot 9) heeft [getuige 12] verklaard dat hij ongeveer zes keer in Borculo en zes keer in Lochem van verdachte XTC-pillen heeft gekocht.
6. Bij de politie(eindnoot 10) heeft [getuige 1] verklaard dat verdachte de meeste mensen kende en hij meestal voor de drugs zorgde. Verdachte kon altijd aan iets komen, omdat hij de mensen overal kende. Verdachte, [getuige 6] en een jongen uit Neede zijn in juli 2008 nog bij [getuige 1] geweest. Zij hadden zelf speed meegenomen.
7. Bij de politie(eindnoot 11) heeft [getuige 8] verklaard dat hij wel een keer harddrugs via verdachte heeft geregeld. De laatste keer was op Koninginnedag 2008. [getuige 8] zag dat verdachte XTC-pillen aan [getuige 1] gaf. In zijn tweede verklaring bij de politie(eindnoot 12) heeft [getuige 8] verklaard dat hij sinds twee jaren iedere week drugs kocht van verdachte. Vooral begin 2008 kocht hij veel van verdachte. Verdachte regelde pillen als [getuige 8] die nodig had. In juni 2008 heeft verdachte ook nog gehandeld, maar hij heeft zich wel meer op de achtergrond gehouden. Verdachte verkocht verschillende soorten pillen, onder andere Harley Davidsons, roze “Love” pillen, blauwe Mitsubishi pillen, blauwe smileys en witte Durex pillen.
8. In zijn eerste verklaring bij de politie(eindnoot 13) heeft [getuige 13] verklaard dat verdachte het hoofd van de groep is en dat daarom iedereen naar hem gaat wanneer ze XTC-pillen nodig hebben.
9. Bij de politie(eindnoot 14) heeft [getuige 3] verklaard dat als hij drugs nodig had, hij naar verdachte ging. In september 2007 heeft [getuige 3] tien pillen van verdachte gekocht. In februari 2008 heeft [getuige 3] weer tien pillen van verdachte gekocht. Onlangs, het verhoor was op 16 juli 2008, heeft verdachte hem benaderd of hij zes XTC-pillen wilde kopen.
10. Bij de politie(eindnoot 15) heeft [getuige 7] verklaard dat zij zes of zeven keer pillen van verdachte heeft gekocht. Zij heeft verdachte gebeld en ze hebben achter het busstation of in het park in Borculo afgesproken. Zij kocht meestal één of twee pillen tegelijk. Verdachte verkocht haar altijd dezelfde pillen, namelijk blauwe Mitsubishi pillen en groene klavertjes. Als [getuige 7] die pillen slikt, dan krijgt ze daar meer energie van en wordt er vrolijk van. Als ze één XTC-pil heeft genomen, merkt ze daar de hele avond wat van.
11. Bij de politie(eindnoot 16) heeft [getuige 4] verklaard dat hij de laatste tijd ook XTC-pillen heeft gebruikt. Hij had deze pillen bij verdachte gekocht. Hij heeft verklaard dat het algemeen bekend is dat je pillen bij verdachte kan kopen. In totaal heeft hij 15 pillen bij verdachte gekocht, dit waren witte en blauwe XTC-pillen.
12. Bij de politie(eindnoot 17) heeft [getuige 14] verklaard dat verdachte wel eens pillen heeft verkocht in Borculo. In de periode 30 april 2008 tot en met 4 mei 2008 heeft [getuige 14] in Lochem van verdachte pillen gekocht. Verdachte heeft tussen december 2007 en februari 2008 nog 25 pillen aan [getuige 14] verkocht.
13. Bij de politie(eindnoot 18) heeft [getuige 15] verklaard dat hij met [getuige 14] eens 25 pillen heeft gekocht bij verdachte. Zij weet dat verdachte de man van de pillen is.
14. Bij de politie(eindnoot 19) heeft [getuige 10] verklaard dat zij een maand geleden, het verhoor was op 15 juli 2008, een pilletje heeft gekregen van verdachte. Zij weet dat verdachte vaak XTC-pillen heeft. Vanaf 30 april 2008 weet [getuige 10] zeker dat verdachte aan pillen kon komen. Zij weet dat verdachte nu een half jaar dealt in pillen. Zij heeft gezien dat verdachte in april 2007 bij [getuige 1] een keer een zakje bij zich had met 50-100 pillen. Als [getuige 10] verdachte belde voor pillen, kon hij die dezelfde of de volgende dag al leveren. Zij heeft wel eens een blauw pilletje gehad met Motorola erop en ook wel eens een roze pilletje. De pillen hadden een goede invloed op [getuige 10]. Zij heeft verklaard dat het geen namaakspul is. Ten slotte heeft zij verklaard dat verdachte centraal staat in het park, als het om drugs gaat.
15. Bij de politie(eindnoot 20) heeft [getuige 16] verklaard dat hij wel eens drugs kocht bij verdachte. Verdachte staat erom bekend dat hij aan drugs kon komen en nam vaak wat mee voor anderen. [getuige 16] kocht de pillen bij verdachte in de periode 2003 tot 2006. Hij kocht per weekend vier tot zes pillen van verdachte. Bij iedereen is bekend dat verdachte drugs kon regelen, ook buiten Borculo. [getuige 16] doelt dan op Lochem en omliggende plaatsen.
16. Bij de politie(eindnoot 21) heeft [getuige 11] verklaard dat hij speed gebruikte en dit van verdachte kreeg. [getuige 11] heeft verklaard dat verdachte wel eens naar Lochem ging om XTC-pillen te verkopen.
17. In zijn eerste verklaring bij de politie (eindnoot 22) heeft verdachte verklaard dat hij XTC-pillen heeft verkocht aan onder andere [4 namen]. Verdachte heeft verklaard dat hij de XTC-pillen kocht voor 1 euro per stuk en verkocht voor 2 euro per stuk. Verdachte heeft voorts verklaard dat hij witte en roze/rode pillen verkocht.
18. In zijn tweede verklaring bij de politie(eindnoot 23) heeft verdachte verklaard dat hij in december 2007 aan [getuige 16] uit Borculo pillen heeft verkocht. Dat waren rode pillen met een “M” erop. Verder verklaart verdachte dat hij twee keer 25 pillen voor [getuige 2] heeft gekocht. Ten slotte heeft verdachte verklaard dat hij in december 2007 vijf pillen aan [naam 2] heeft gegeven.
19. In zijn derde verklaring bij de politie(eindnoot 24) heeft verdachte verklaard dat hij drie keer in Borculo aan [getuige 12] pillen heeft verkocht. Verdachte heeft verder verklaard dat hij een keer met [getuige 2] pillen heeft afgeleverd in Lochem, bij de Beemd. Voorts heeft verdachte verklaard dat [getuige 12] er twee keer bij is geweest toen verdachte XTC-pillen aan [getuige 2] heeft verkocht.
20. In zijn vierde verklaring bij de politie(eindnoot 25) heeft verdachte verklaard dat hij een keer een blauwe XTC-pil met het Mitsubishi teken aan [getuige 10] heeft gegeven. Verdachte heeft verklaard dat XTC-pillen ook wel bikkies worden genoemd. Verdachte heeft verklaard dat hij één of twee keer XTC-pillen aan [getuige 7] heeft verkocht. De eerste keer is in 2007 geweest en de tweede keer is ongeveer één tot anderhalve maand geleden. Ook heeft verdachte één keer 25 pillen aan [getuige 14] verkocht. Verdachte heeft verklaard dat hij blauwe pillen met een Mitsubishi teken heeft verkocht.
21. In zijn vijfde verklaring bij de politie(eindnoot 26) heeft verdachte verklaard dat hij geen zin meer heeft in de drugshandel. Verder heeft hij verklaard dat hij op 14 juni 2008 aan [getuige 4] drie blauwe XTC-pillen heeft verkocht met daarop het Mitsubishi logo.
22. In zijn zesde verklaring bij de politie(eindnoot 27) heeft verdachte verklaard dat hij hoogstens vijf keer aan [getuige 8] drugs heeft verkocht. Dat waren hooguit twee pillen per keer. Aan [getuige 1] heeft verdachte twee keer tien pillen verkocht. Verdachte heeft verklaard dat hij misschien vier soorten XTC-pillen heeft gehad, onder andere roze “love” pillen, blauwe Mitsubishi pillen en blauwe “smileys”. Het grootste aantal pillen dat verdachte heeft gekocht is 100 pillen tegelijk. Verdachte heeft in september 2007 pillen aan [getuige 3] verkocht, dat waren er 25. In juli 2008 heeft verdachte pillen aan [getuige 3] aangeboden, maar deze wilde [getuige 3] niet kopen.
23. Ter terechtzitting heeft verdachte verklaard dat hij speed bij zich heeft gehad en dat hij aan [getuige 11] en [getuige 2] wel eens speed heeft gegeven. Soms ook kreeg hij van hen speed. Verder heeft verdachte verklaard dat hij in juni 2008 een pil aan [getuige 10] heeft verkocht. Hij heeft in juli 2008 pillen aan [getuige 3] aangeboden. Verdachte heeft erkend dat hij af en toe aan [getuige 16] pillen heeft verkocht en dat hij wel eens naar Lochem is gegaan om aan vrienden XTC-pillen te verkopen. Ook heeft hij drie tot vier keer 15 tot 20 pillen aan [naam 3] verkocht. Verdachte heeft tot slot verklaard dat hij in het laatste half jaar van 2007 is begonnen met de verkoop van XTC-pillen. Verdachte heeft verklaard dat hij over het hele jaar ongeveer 300 pillen heeft verkocht. Zijn eigen gebruik komt nog bovenop dat aantal.
Bewijsoverwegingen
24. De rechtbank is van oordeel dat is bewezen dat verdachte opzettelijk XTC-pillen heeft verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd en/of voorhanden heeft gehad. Veel gebruikers hebben bij verdachte pillen gekocht en hebben specifiek verklaard over de rol van verdachte bij de verkoop van deze pillen. [getuige 13] heeft verklaard dat verdachte het hoofd van de groep is en dat daarom iedereen naar verdachte gaat voor de drugs. [getuige 4] heeft verklaard dat het algemeen bekend is dat, als je pillen nodig hebt, je bij verdachte moet zijn. [getuige 15] heeft verklaard dat verdachte de man van de pillen is. Verdachte heeft bij de politie en ter zitting erkend dat hij aan vele personen pillen heeft verkocht dan wel gegeven.
25. De vraag of het in onderhavige zaak om XTC-pillen gaat zal, nu de samenstelling van de pillen niet is onderzocht, worden beantwoord aan de hand van het arrest van de Hoge Raad van 1 juli 2008 (LJN: BD1715). In dat arrest is overwogen dat vooropgesteld moet worden dat het een feit van algemene bekendheid is dat de in het spraakgebruik als XTC aangeduide drug, zijn effect, behalve aan MDMA, MDA of MDEA, ook aan andere, al dan niet op de bij de Opiumwet behorende Lijst I vermelde stoffen, kan ontlenen. Niet altijd zijn de pillen die eerder zijn verhandeld nog beschikbaar voor nadere laboratoriumonderzoeken. In dat geval kan het bewijs onder andere worden gestoeld op andere feiten en omstandigheden. Hierbij kan worden meegenomen hetgeen verdachte en getuigen hebben verklaard over de uitwerking die het innemen van de desbetreffende tabletten op hen had, met welke uitwerking zij door eerder XTC-gebruik bekend waren en de prijs van de XTC-tabletten in verhouding tot de kwaliteit ervan.
[getuige 10] en [getuige 7] hebben bij de politie verklaard over het effect dat de pillen op hen hebben. [getuige 10] heeft verklaard dat de pillen een goede werking op haar hebben en dat het geen namaakspul is. [getuige 7] heeft verklaard dat zij in Goor en bij verdachte pillen heeft gehaald en dat zij de pillen van verdachte goed vond. Als zij één XTC-pil slikt, dan is ze daar de hele avond vrolijk van. Ook krijgt zij meer energie van de XTC-pil. Ter zitting heeft verdachte nog verklaard dat hij de pillen heeft gekocht voor € 1,00 per stuk en dat hij de pillen meestal heeft verkocht voor € 1,50 of € 2,00 per stuk. Gelet op het voorgaande is, in onderlinge samenhang bezien, is, ook nu geen onderzoek is gedaan naar de bestanddelen van de XTC-pillen, naar het oordeel van de rechtbank vast komen te staan dat het in onderhavige zaak handelen in en bezit van XTC-pillen betreft.
26. Voorts is naar het oordeel van de rechtbank bewezen dat verdachte de speed heeft afgeleverd, verstrekt, vervoerd en/of aanwezig heeft gehad. Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij speed bij zich had en dat hij meerdere vrienden wel eens speed heeft gegeven. [getuige 1] heeft bij de politie verklaard dat verdachte bij hem is geweest en toen zelf speed heeft meegenomen. Tot slot heeft [getuige 11] verklaard dat hij speed heeft gebruikt en dat hij deze speed van verdachte heeft gekregen. Dat het hier daadwerkelijk om speed ging, acht de rechtbank bewezen op basis van dezelfde redenering als hiervoor onder punt 25 vermeld.
27. De rechtbank is voorts van oordeel dat het door verdachte begane strafbare feit is gepleegd in Lochem en elders in Nederland. Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij in Lochem en Borculo XTC-pillen heeft verkocht. De getuigen [getuige 12], [getuige 14], [getuige 11] en [getuige 16] hebben verklaard dat verdachte in Lochem XTC-pillen heeft verkocht. De getuigen [getuige 2], [getuige 5], [getuige 12], [getuige 7] en [getuige 14] hebben verklaard dat verdachte in Borculo XTC-pillen heeft verkocht.
In de tenlastelegging is de gemeente Borculo als plaatsaanduiding vermeld, echter is na de gemeentelijke herindeling op 1 juli 2004 Borculo als gemeente komen te vervallen. Vanaf de herindeling is de plaats Borculo gelegen in de gemeente Berkelland. Om die reden acht de rechtbank de verkoop en het bezit van pillen in de gemeente Borculo niet, maar elders in Nederland wel bewezen.
28. Wat betreft de ten laste gelegde periode overweegt de rechtbank het volgende. Verdachte heeft bij de politie verklaard dat hij in september 2007 XTC-pillen heeft verkocht aan [getuige 3] en dat hij op 14 juni 2008 XTC-pillen heeft verkocht aan [getuige 4]. Verder heeft hij bij de politie en ter zitting verklaard dat hij in juli 2008 aan [getuige 3] XTC-pillen heeft aangeboden. Ter zitting heeft verdachte ook verklaard dat hij in het laatste half jaar van 2007 is begonnen met de verkoop van XTC-pillen. Verschillende getuigen hebben heel specifiek verklaard over de verkoop van XTC-pillen in de ten laste gelegde periode. Getuige [getuige 2] heeft verklaard dat hij sinds een half jaar harddrugs gebruikt, het verhoor was op 1 februari 2008, en dat hij deze pillen steeds bij verdachte heeft gekocht. [getuige 8] heeft verklaard dat hij begin 2008 voornamelijk XTC-pillen bij verdachte heeft gekocht. [getuige 3] heeft verklaard dat hij in september 2007 bij verdachte XTC-pillen heeft gekocht en dat verdachte hem onlangs, het verhoor was op 16 juli 2008, heeft benaderd om pillen te kopen. [getuige 4] heeft tijdens zijn verhoor op 22 juli 2008 verklaard dat hij de laatste tijd pillen van verdachte heeft gekocht. [getuige 14] heeft verklaard dat hij in december 2007 en januari 2008 en tijdens de Kei-dagen (30 april 2008 tot en met 4 mei 2008) XTC-pillen van verdachte heeft gekocht. [getuige 10] heeft verklaard dat zij rond 15 juni 2008 pillen van verdachte heeft gekocht. [getuige 16] heeft verklaard dat hij in de periode 2003 – 2006 pillen heeft gekocht bij verdachte.
De rechtbank is van oordeel dat verdachte gedurende de gehele ten laste gelegde periode XTC-pillen heeft verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd en/of voorhanden heeft gehad. Gelet op de door getuigen specifiek aangeduide periodes en tijdstippen, ziet de rechtbank geen aanleiding de bewezenverklaring van de ten laste gelegde periode in te korten.
Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op tijdstippen in de periode van 01augustus 2007 tot en met 14 juli 2008 in de gemeente Lochem en elders in Nederland telkens opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad:
- een hoeveelheid zogenaamde XTC-pillen, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDA (metamfetamine) en/of MDMA en/of MMDA en/of N-ethyl MDA en/of N-hydroxy MDA en/of MDEA (methyleendioxyethlamfetamine) en/of 4-broom-2,5-dimethoxyfenethylamine (methyleendioxyethlamfetamine) en/of 4-broom-2,5-dimethoxyfenethylamine (2CB), zijnde MDA (metamfetamine) en/of MDMA en/of MMDA en/of N-ethyl MDA en/of N-hydroxy MDA en/of MDEA (methyleendioxyethlamfetamine) en/of 4-broom-2,5-dimethoxyfenethylamine (methyleendioxyethlamfetamine) en/of 4-broom-2,5-dimethoxyfenethylamine (2CB) en
telkens opzettelijk heeft afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad:
- een hoeveelheid amfetamine (speed), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine (speed);
elk telkens een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
Vrijspraak van het meer of anders ten laste gelegde
De rechtbank verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezene levert op het misdrijf:
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2, aanhef en onder B, van de Opiumwet gegeven verbod, strafbaar gesteld bij artikel 10, vierde lid, van de Opiumwet, meermalen gepleegd, en opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2, aanhef en onder C, van de Opiumwet gegeven verbod, strafbaar gesteld bij artikel 10, vierde lid, van de Opiumwet, meermalen gepleegd.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.
Oplegging van straf en/of maatregel
29. De officier van justitie heeft gevorderd een gevangenisstraf van achttien (18) maanden waarvan zes (6) maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren, met als bijzondere voorwaarde reclasseringstoezicht, ook als dat inhoudt het volgen van een leefstijltraining.
30. De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de eis van de officier van justitie veel te hoog is. Zelfs een straf die bij de eis in de buurt komt, is niet passend. Verdachte zit thans twee en een halve maand in voorarrest. Deze periode heeft indruk op hem gemaakt. Verdachte heeft nog niet eerder een gevangenisstraf ondergaan. Verdachte heeft niet eerder delicten uit de Opiumwet gepleegd. Ook verdachtes ouders hebben hem de wacht aangezegd, aldus de raadsman. Hij kan na de detentie nog één maand bij hen wonen, en daarna moet hij zelf huisvesting zoeken. Zijn ouders hebben een brief geschreven aan de rechtbank met als boodschap dat verdachte gebaat is bij behandeling.
De reclassering heeft geadviseerd het grootste deel van de straf voorwaardelijk op te leggen. Verdachte wil aan zichzelf werken en is bereid mee te werken met de reclassering, ook als dat betekent contact met de verslavingszorg. De raadsman acht een gevangenisstraf van 12 maanden waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar, passend.
31. De rechtbank neemt bij de straftoemeting allereerst de zogeheten oriëntatiepunten straftoemeting, vastgesteld door het LOVS (Landelijk overleg van voorzitters van strafsectoren van de gerechtshoven en rechtbanken), in ogenschouw. In die oriëntatiepunten staat als uitgangspunt bij het dealen op straat gedurende één jaar vermeld: 18 maanden gevangenisstraf. Tegen die achtergrond neemt de rechtbank in deze zaak in aanmerking dat ook verdachte in een periode van bijna één jaar XTC-pillen heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad en tevens in die periode speed voorhanden heeft gehad. Zeer schadelijke verdovende middelen hebben door toedoen van verdachte het maatschappelijk verkeer bereikt, met alle daarmee gepaard gaande risico’s voor de volksgezondheid. Verdachtes handelen heeft het mogelijk gemaakt dat een groep gebruikers gedurende een lange tijd werd voorzien van harddrugs en verdachte heeft daardoor de gezondheid van die anderen in gevaar gebracht. Uit het dossier lijkt het beeld op te komen dat verdachte een centrale rol heeft gespeeld bij het op grote schaal verhandelen van XTC-pillen in Borculo en Lochem. Hij heeft naar eigen zeggen 300 pillen verkocht, exclusief zijn eigen gebruik. Op basis van de verschillende verklaringen van de getuigen, acht de rechtbank de kans groot dat het aantal verkochte pillen veel hoger is geweest.
Wel is het zo dat verdachte weinig winst heeft gemaakt op de pillen en dat dit, naar eigen zeggen, ook niet zijn bedoeling is geweest. Verdachte heeft kennelijk niet (goed) nagedacht over de gevolgen van het verkopen van XTC-pillen, nu hij ter zitting heeft verklaard dat hij niet had verwacht dat het op een gevangenisstraf zou uitdraaien. Verdachte zag het kopen en verkopen van de pillen als een vriendendienst.
32. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de door de officier van justitie gevorderde gevangenisstraf op zichzelf passend. De rechtbank zal echter in plaats van zes maanden, acht maanden gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen.
33. De rechtbank acht een de voorwaardelijke gevangenisstraf op zijn plaats teneinde verdachte ervan te weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen. Bij het bepalen van de hoogte van het voorwaardelijk strafdeel heeft de rechtbank heeft in het bijzonder acht geslagen op de brief van de ouders van verdachte van 18 juli 2008. Ook heeft de rechtbank het adviesrapport van de reclassering van 17 juli 2008 bezien. In aansluiting op het reclasseringsrapport zal de rechtbank als bijzondere voorwaarde reclasseringstoezicht opleggen, ook als dat inhoudt het volgen van een leefstijltraining, zodat aan verdachte hulp kan worden geboden zijn leven weer op orde te krijgen.
34. De rechtbank acht de hiervoor bedoelde strafoplegging in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van de verdachte, zoals van een en ander tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
In beslag genomen voorwerpen
De in beslag genomen en nog niet teruggegeven mobiele telefoon, volgens opgave van verdachte aan hem toebehorend, is vatbaar voor verbeurdverklaring, nu het een voorwerp is met behulp waarvan het bewezen verklaarde is begaan en voorbereid.
De in beslag genomen en nog niet teruggegeven XTC-pillen, welke geheel of grotendeels door middel of uit de baten van het bewezen verklaarde zijn verkregen, dienen te worden onttrokken aan het verkeer, aangezien zij van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet.
Nu zich geen strafvorderlijk belang daartegen verzet, zal de teruggave worden gelast van de twee fietsen aan de veroordeelde dan wel de rechthebbende.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Deze strafoplegging is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14d, 24, 27, 33, 33a, 36b, 36c, 91 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet.
BESLISSING
De rechtbank beslist als volgt:
Verklaart, zoals hiervoor overwogen, bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart verdachte strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van achttien (18) maanden.
Bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot acht (8) maanden niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat veroordeelde zich vóór het einde van een proeftijd van 2 jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt dan wel de navolgende bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd.
Stelt als bijzondere voorwaarde dat veroordeelde zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de aanwijzingen en voorschriften die veroordeelde zullen worden gegeven door of namens de reclassering, arrondissement Zutphen, zolang deze instelling dit noodzakelijk oordeelt, ook als dit inhoudt het volgen van een leefstijltraining.
Geeft genoemde reclasseringsinstelling opdracht de veroordeelde bij de naleving van de opgelegde voorwaarden hulp en steun te verlenen.
Beveelt, dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
Beveelt de onttrekking aan het verkeer van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven XTC-pillen.
Verklaart verbeurd het in beslag genomen, nog niet teruggegeven mobiele telefoon.
Gelast de teruggave van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven fietsen aan de rechthebbende dan wel aan veroordeelde.
Aldus gewezen door mrs. Roessingh-Bakels, voorzitter, Hödl en Steinebach-de Wit, rechters, in tegenwoordigheid van mr. Ter Haar, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 17 oktober 2008.
Eindnoten:
1 Wanneer hierna wordt verwezen naar doorgenummerde dossierpagina’s, betreft dit delen van de in de wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal, als bijlagen opgenomen bij (stam)proces-verbaal nr. PL0640/08-204364, gedateerd 21 augustus 2008.
2 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 1], dossierpagina’s 223-225.
3 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 2], dossierpagina’s 194-195 en 197-199.
4 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 2], dossierpagina’s 197-199.
5 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 2], dossierpagina’s 194-195.
6 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 5], dossierpagina’s 201-202.
7 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 5], dossierpagina’s 205-206.
8 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 12], dossierpagina’s 278-280.
9 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 12], dossierpagina’s 210-212.
10 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 1], dossierpagina’s 223-225.
11 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 8], dossierpagina’s 237-239.
12 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 8], dossierpagina’s 241-244.
13 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 13], dossierpagina’s 245-246.
14 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 3], dossierpagina’s 249.
15 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 7], dossierpagina’s 323-325.
16 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 9], dossierpagina’s 328-329.
17 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 14], dossierpagina’s 366-368.
18 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 15], dossierpagina’s 372-373.
19 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 10], dossierpagina’s 293-299.
20 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 16], dossierpagina’s 311-312.
21 Proces-verbaal van verhoor van [getuige 11], dossierpagina’s 313-315.
22 Proces-verbaal van verhoor van verdachte, dossierpagina’s 187-188.
23 Proces-verbaal van verhoor van verdachte, dossierpagina’s 189-192.
24 Proces-verbaal van verhoor van verdachte, dossierpagina’s 207-208.
25 Proces-verbaal van verhoor van verdachte, dossierpagina’s 213-217.
26 Proces-verbaal van verhoor van verdachte, dossierpagina’s 219-222.
27 Proces-verbaal van verhoor van verdachte, dossierpagina’s 230-235.