ECLI:NL:RBZUT:2008:BG6696

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
12 december 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/500060-08
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. Buijs
  • A. Kuiken
  • J. Eijkelestam
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in zaak betreffende ongeval met kabelpont

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zutphen op 12 december 2008, stond de verdachte terecht voor de beschuldiging van het veroorzaken van een ongeval met de kabelpont 'Bronkhorsterveer' op 16 september 2007. De verdachte, als schipper van de kabelpont, werd verweten dat hij niet de nodige voorzorgsmaatregelen had genomen, waardoor de kabelpont door de stroom van de rivier de Geldersche IJssel werd meegenomen. De tenlastelegging omvatte onder andere het niet vergewissen van de veiligheid voordat hij vertrok en het niet naleven van de voorschriften van het Binnenvaartpolitiereglement.

Tijdens de zitting op 28 november 2008 werd duidelijk dat de pontkabel niet was losgetrokken, maar dat het de hulpkabel was die was geraakt door het opvarende schip 'Aspali'. De rechtbank concludeerde dat er geen aanmerkelijke schuld van de verdachte aan het ongeval kon worden vastgesteld. Er was geen bewijs dat de verdachte levensgevaar voor anderen had veroorzaakt, wat leidde tot de beslissing om de verdachte van de gehele tenlastelegging vrij te spreken.

De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet schuldig was aan de hem ten laste gelegde feiten, en sprak hem vrij. De uitspraak werd gedaan door de meervoudige kamer van de rechtbank, onder leiding van voorzitter mr. Buijs, en de rechters mr. Kuiken en mr. Eijkelestam, in aanwezigheid van griffier Damink.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Meervoudige kamer
Parketnummer: 06/500060-08
Uitspraak d.d.: 12 december 2008
Tegenspraak/ dip
VERKORT VONNIS
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [plaats] op [1952],
wonende te [adres en plaats].
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 28 november 2008.
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 16 september 2007 in de gemeente Bronckhorst, als schipper van het schip, te weten de veerpont "Bronkhorsterveer", zijnde een kabelpont, welke kabelpont vol stond met passagiers en/of auto's, in elk geval aan boord van welke kabelpont een groot aantal passagiers en auto’s aanwezig was, zich heeft bevonden op de rivier de Geldersche IJssel, zijnde een
openbaar voor de scheepvaart openstaand water in het Rijk gelegen en/of
terwijl hij, verdachte tevoren een aan de linker oever van die vaarweg opvarend motorschip, te weten de "Aspali" had waargenomen en/of welk schip, de "'Aspali" die kabelpont op korte afstand genaderd was en/of die kabelpont zich op de veerstoep aan de rechter oever van die rivier bevond, de klep van die kabelpont op of omhoog heeft getrokken, tengevolge waarvan die kabelpont door de stroom van die rivier is meegenomen
en/of
is hij, verdachte in strijd met het gestelde in artikel 6.23 lid 1 van het Binnenvaartpolitiereglement met die kabelpont vertrokken, zonder zich tevoren er van te vergewissen dat dit zonder gevaar kon geschieden
en/of
in strijd met het gestelde in artikel 1.04 van het Binnenvaartpolitiereglement, niet alle voorzorgsmaatregelen heeft genomen, -ook bij het ontbreken van uitdrukkelijke voorschriften van voormeld reglement-, die volgens goede zeemanschap en/of door omstandigheden waarin dat schip zich bevond in het belang van de veiligheid en/of de goede orde van de scheepvaart waren geboden, teneinde te voorkomen dat het leven van personen in gevaar werd gebracht en/of schade werd veroorzaakt aan een ander schip/andere schepen en/of aan een andere
drijvende voorwerpen, aan oevers en/of aan werken en/of inrichtingen die zich in de vaarweg en/of op de oevers daarvan bevonden en/of de veiligheid of het vlotte verloop van de scheepvaart in gevaar werd gebracht , immers
is de kabel, waarmee die kabelpont aan de bovenstroomse kant van die rivier, aan de oever was bevestigd, door die afdrijvende kabelpont en/of de zuiging van dat andere schip, de "Aspali" strak getrokken en/of strak gespannen komen te staan en/of
- ofschoon hij, verdachte getracht heeft voormelde kabel alsnog te laten zakken ten einde te voorkomen dat die kabel door dat opvarende schip de "Aspali" zou worden geraakt en/of zou worden stukgevaren- ,
is die kabel door dat opvarende schip, de "Aspali" geraakt en/of is die kabel in of aan dat opvarende schip, de "Aspali", blijven steken of blijven hangen, in ieder geval op enige wijze door dat opvarende schip, de "Aspali" meegetrokken, tengevolge waarvan die kabelpont over een afstand van ongeveer 30 tot 40 meter stroomopwaarts is meegetrokken en/of is die kabel uit de beveiliging, waarmee die kabel aan de linker oever van die rivier aan de oever was bevestigd, los getrokken of losgeschoten en/of heeft die los getrokken of losgeschoten kabel een zich nabij voormeld punt van bevestiging van die kabel (aan de linker oever van die rivier) bevindend persoon, te weten [slachtoffer], geraakt en/of zich aldus zodanig heeft gedragen dat het aan zijn, verdachtes schuld te wijten is dat die kabelpont, is gestrand, onbruikbaar is gemaakt en/of is beschadigd en/of door welke gedraging van hem, verdachte levensgevaar voor
een ander, te weten [slachtoffer] en/of anderen, te weten voormelde passagiers, is ontstaan;
(artikel 169 W.v.Str.)
subs.
hij op of omstreeks 16 september 2007 in de gemeente Bronckhorst, als schipper van het schip, te weten de veerpont "Bronkhorsterveer", zijnde een kabelpont, zich heeft bevonden op de rivier de Geldersche IJssel, zijnde een openbaar voor de scheepvaart openstaand water in het Rijk gelegen en/of
terwijl hij, verdachte tevoren een aan de linker oever van die vaarweg opvarend motorschip, te weten de "Aspali" had waargenomen en/of welk schip, de "'Aspali" die kabelpont op korte afstand genaderd was en/of die kabelpont zich op de veerstoep aan de rechter oever van die rivier bevond, de klep van die kabelpont op of omhoog heeft getrokken, tengevolge waarvan die kabelpont door de stroom van die rivier is meegenomen
en/of
in strijd met het gestelde in artikel 1.04 van het Binnenvaartpolitiereglement, niet alle voorzorgsmaatregelen heeft genomen, -ook bij het ontbreken van uitdrukkelijke voorschriften van voormeld reglement-, die volgens goede zeemanschap en/of door omstandigheden waarin dat schip zich bevond in het belang van de veiligheid en/of de goede orde van de scheepvaart waren geboden, teneinde te voorkomen dat het leven van personen in gevaar werd gebracht en/of schade werd veroorzaakt aan een ander schip/andere schepen en/of aan een andere
drijvende voorwerpen, aan oevers en/of aan werken en/of inrichtingen die zich in de vaarweg en/of op de oevers daarvan bevonden en/of de veiligheid of het vlotte verloop van de scheepvaart in gevaar werd gebracht , immers
is de kabel, waarmee die kabelpont aan de bovenstroomse kant van die rivier, aan de oever was bevestigd, door die afdrijvende kabelpont en/of de zuiging van dat andere schip, de "Aspali" strak getrokken en/of strak gespannen komen te staan en/of
- ofschoon hij, verdachte getracht heeft voormelde kabel alsnog te laten zakken ten einde te voorkomen dat die kabel door dat opvarende schip de "Aspali" zou worden geraakt en/of zou worden stukgevaren- ,
is die kabel door dat opvarende schip, de "Aspali" geraakt en/of is die kabel in of aan dat opvarende schip, de "Aspali", blijven steken of blijven hangen, in ieder geval op enige wijze door dat opvarende schip, de "Aspali" meegetrokken, tengevolge waarvan die kabelpont over een afstand van ongeveer 30 tot 40 meter stroomopwaarts is meegetrokken en/of is die kabel uit de beveiliging, waarmee die kabel aan de linker oever van die rivier aan de oever was bevestigd, los getrokken of losgeschoten en/of heeft die los getrokken of losgeschoten kabel een zich nabij voormeld punt van bevestiging van die kabel (aan de linker oever van die rivier) bevindend persoon, te weten [slachtoffer], geraakt;
artikel 1.04 BPR.
zijnde de terminologie in deze tenlastelegging gebezigd in de zin van het Binnenvaartpolitiereglement;
art 169 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Vrijspraak
Naar het oordeel van de rechtbank kan geen bewezenverklaring volgen voor het onder primair en subsidiair ten laste gelegde.
Uit het dossier is gebleken dat er geen sprake is dat verdachte aanmerkelijke schuld aan het ongeval heeft gehad. Aan verdachte is ten laste gelegd dat de pontkabel is losgetrokken, dan wel los geschoten. Ter zitting is komen vast te staan dat niet de pontkabel, maar de hulpkabel is losgetrokken. Tevens is naar het oordeel van de rechtbank geen levensgevaar voor anderen ontstaan. Derhalve zal de rechtbank de verdachte van de gehele tenlastelegging vrijspreken.
BESLISSING
Spreekt de verdachte van de gehele tenlastelegging vrij.
Aldus gewezen door mr. Buijs, voorzitter, en mrs. Kuiken en Eijkelestam, rechters, in tegenwoordigheid van Damink, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 12 december 2008.
Mr. Buijs en mr. Kuiken zijn buiten staat mede te ondertekenen.