ECLI:NL:RBZUT:2009:BH2865

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
13 februari 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/460526-08 ontneming
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. Davids
  • A. Gilhuis
  • E. Steinebach-de Wit
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel na verduistering van meerdere voertuigen

In deze ontnemingszaak heeft de Rechtbank Zutphen op 13 februari 2009 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die zich schuldig heeft gemaakt aan verduistering van vijf auto's. De verdachte nam de voertuigen mee voor een proefrit, maar retourneerde deze niet. In plaats daarvan verkocht hij de auto's, zowel in hun geheel als in onderdelen. De rechtbank legde de verdachte een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden op, met een proeftijd van twee jaar, en een werkstraf van 240 uren. De tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, wordt verrekend met de werkstraf.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte wederrechtelijk voordeel heeft verkregen uit zijn daden. Op basis van een rapport over het wederrechtelijk verkregen voordeel, heeft de rechtbank de hoogte van dit voordeel geschat op € 7.500,-. Dit bedrag is vastgesteld op basis van de bedragen die de verdachte heeft ontvangen voor de verduisterde voertuigen en onderdelen. De rechtbank heeft de verdachte de verplichting opgelegd om dit bedrag aan de Staat te betalen ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel.

De beslissing van de rechtbank houdt in dat indien de veroordeelde niet aan de betalingsverplichting voldoet, de officier van justitie verlof kan aanvragen voor de tenuitvoerlegging van lijfsdwang tot maximaal drie jaren. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de Rechtbank Zutphen, waarbij de rechters M. Davids, A. Gilhuis en E. Steinebach-de Wit betrokken waren, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier mr. Van Oosten-Boksem.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Meervoudige kamer
Parketnummer: 06/460526-08 (36e Sr.)
Uitspraak d.d.: 13 februari 2009
Tegenspraak (raadsman bepaaldelijk gemachtigd)/ onip
VERKORT VONNIS
gezien de vordering ex artikel 36e van het Wetboek van Straf¬recht van de officier van justitie, strekkende tot ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren te [plaats, 1979],
wonende te [adres],
welke vordering (in persoon) aan de veroordeelde is betekend op 23 januari 2009.
De behandeling van de vordering heeft plaatsgevonden op de terechtzitting van 30 januari 2009. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.
Bij vonnis van deze rechtbank van 13 februari 2009 is [verdachte] veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, alsmede tot een werkstraf gedurende 240 (tweehonderdveertig) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 120 (honderdtwintig) dagen, met bevel dat voor de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van de taakstraf in verzekering en voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van die straf uren in mindering wordt gebracht volgens de maatstaf dat per dag in voorarrest doorgebracht 2 uren in mindering wordt gebracht, ter zake van:
- feiten 1, 2, 3, 4 en 5 telkens: verduistering.
De rechtbank heeft de stukken van het onderhavige dossier bezien, waaronder een in de wettelijke vorm opgemaakt rapport genummerd dossiernummer PL0640/08-207215, gesloten op 18 november 2008 door [agent], werkzaam als [functie] te [plaats], inhoudende een berekening van door [verdachte] wederrechtelijk verkregen voordeel.
Motivering
1. De officier van justitie heeft ter terechtzitting volhard bij haar schriftelijke vordering en heeft het wederrechtelijk voordeel geschat op een bedrag van € 7.500,-.
2. De raadsman heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3. De rechtbank stelt op basis van haar onderzoek in samenhang met de inhoud van voormeld strafdossier en vonnis vast dat veroordeelde wederrechtelijk voordeel heeft verkregen.
De rechtbank hanteert als basis bij de schatting van de hoogte van dat voordeel het rapport wederrechtelijk verkregen voordeel.
De rechtbank berekent het wederrechtelijk verkregen voordeel derhalve als volgt:
Verduistering te - Bedrag
Alkmaar - € 1.600,- (ontvangen voor complete auto)
Purmerend - € 1.700,- (ontvangen voor complete auto)
Leeuwarden - € 1.700,- (ontvangen voor complete auto)
Leusden - € 1.400,- (ontvangen voor auto-onderdelen)
De Meern - € 1.100,- (ontvangen voor auto-onderdelen)
Totaal wederrechtelijk verkregen voordeel: € 7.500,-
Beslissing
Stelt het wederrechtelijk verkregen voordeel vast op € 7.500,- (vijfenzeventighonderd euro).
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel, te betalen een bedrag van € 7.500,- (vijfenzeventighonderd euro).
Indien de veroordeelde niet aan de verplichting tot betaling aan de Staat van voormeld bedrag voldoet en volledig verhaal op grond van de artikelen 574 tot en met 576 van het Wetboek van Strafvordering op diens vermogen niet mogelijk is gebleken, kan de rechter op vordering van de officier van justitie verlof tot tenuitvoerlegging van lijfsdwang van ten hoogste drie jaren verlenen.
Aldus beslist door mrs. Davids, voorzitter, Gilhuis en Steinebach-de Wit, rechters, in tegenwoordigheid van mr. Van Oosten-Boksem, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 13 februari 2009.