ECLI:NL:RBZUT:2009:BI7711
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Non-conformiteit woning en onderzoeksplicht koper in civiele procedure
In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Zutphen, stond de non-conformiteit van een woning centraal, waarbij de koper, [eiser], en de gevoegde partij, [gevoegde partij], vorderingen hadden ingesteld tegen de verkoper, [gedaagde]. De zaak betreft een geschil over de staat van het dak van de woning, waarbij de rechtbank eerder in een tussenvonnis van 2 juli 2008 had geoordeeld dat [gedaagde] moest bewijzen dat [eiser] voor 7 februari 2007 op de hoogte was van twijfels over de staat van het dak. Tijdens de getuigenverhoren weigerde [eiser] de naam van de aannemer te noemen die hem eerder had gewaarschuwd, wat door de rechtbank als een schending van de getuigenplicht werd beschouwd. De rechtbank oordeelde dat de weigering van [eiser] om de naam van de aannemer te onthullen, de mogelijkheid voor [gedaagde] om deze als getuige te horen, belemmerde. Dit leidde tot de conclusie dat [gedaagde] geslaagd was in zijn bewijsopdracht, en dat [eiser] en [gevoegde partij] in redelijkheid hadden moeten onderzoeken of het dak in goede staat verkeerde. De rechtbank verwierp de vorderingen van [eiser] en [gevoegde partij] en veroordeelde hen in de proceskosten, die aan de zijde van [gedaagde] op € 4.551,-- werden begroot. De uitspraak benadrukt de verplichting van getuigen om waarheidsgetrouwe verklaringen af te leggen en de gevolgen van het niet voldoen aan deze verplichting.