ECLI:NL:RBZUT:2009:BJ3153
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- Kleinrensink
- De Bie
- Van den Dungen-Dijkstra
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging van een politieman wegens schending van ambtsgeheim
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 8 juli 2009 uitspraak gedaan in de zaak tegen een politieman, die werd verdacht van het lekken van informatie uit een onderzoeksteam in de zaak Nijkamp. Het Openbaar Ministerie (OM) had de politieman, die als tactisch coördinator betrokken was bij het onderzoek, aangeklaagd voor schending van zijn ambtsgeheim. De rechtbank oordeelde dat de officier van justitie die de vervolging had ingesteld, niet-ontvankelijk was in haar vervolging. Dit oordeel was gebaseerd op de verwevenheid van de officier van justitie met het onderzoek en de verdachte. De rechtbank stelde vast dat de officier van justitie, die betrokken was bij het Crickonderzoek, ook een nauwe samenwerking had met het politiekorps, wat leidde tot een onwerkbare situatie. De rechtbank benadrukte dat de beslissing om te vervolgen in strijd was met de beginselen van een goede procesorde, omdat de officier van justitie niet voldoende afstand had kunnen nemen van de zaak. De rechtbank concludeerde dat de vervolgingsbeslissing niet door deze officier van justitie had mogen worden genomen, en verklaarde het OM niet-ontvankelijk in de vervolging van de verdachte.