ECLI:NL:RBZUT:2009:BK2850
Rechtbank Zutphen
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om een raadplegend correctief referendum inzake het raadsbesluit Integrale Gebiedsontwikkeling IJsselsprong Zutphen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zutphen op 11 november 2009 uitspraak gedaan over een verzoek tot het houden van een correctief raadplegend referendum. Het verzoeker, een inwoner van Zutphen, had de raad van de gemeente Zutphen gevraagd om een referendum over het raadsbesluit van 18 mei 2009, dat betrekking had op de Integrale Gebiedsontwikkeling IJsselsprong. De raad had dit verzoek afgewezen, waarop verzoeker bezwaar maakte en vroeg om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter oordeelde dat de raad zich in redelijkheid op het standpunt had kunnen stellen dat het houden van een referendum een te zwaar middel zou zijn, gezien de aard en omvang van de wijzigingen in het besluit ten opzichte van eerdere besluiten en het vergevorderde stadium van de bestuurlijke samenwerking tussen de betrokken partijen. De rechter benadrukte dat de raad een discretionaire bevoegdheid heeft om al dan niet een referendum te houden, en dat er voldoende steunbetuigingen voor het referendum waren ontvangen, maar dat de motivering van de afwijzing niet voldeed aan de eisen van de Algemene wet bestuursrecht.
De voorzieningenrechter concludeerde dat de motiveringsgebreken naar verwachting bij de beslissing op bezwaar konden worden geheeld, en dat er geen onverwijlde spoed was die een voorlopige voorziening vereiste. Daarom werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De uitspraak benadrukt de balans tussen de democratische wens om de bevolking te raadplegen en de noodzaak van snelle besluitvorming in bestuurlijke processen.