ECLI:NL:RBZUT:2009:BK5951
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Kleinrensink
- A. Krijger
- J. Prisse
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte wegens gebrek aan bewijs van wetenschap over hennep in woning
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 9 december 2009 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte uit Apeldoorn, die werd beschuldigd van het voorhanden hebben van ruim 21 kilo hennep. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken, omdat uit het dossier en de behandeling ter terechtzitting niet is gebleken dat de verdachte op de hoogte was van de aanwezigheid van de hennep in haar woning. De verdachte heeft verklaard dat zij op de avond van de ontdekking van de hennep niet thuis was en dat de medeverdachte, die over een sleutel van de woning beschikte, de dozen met hennep daar had neergezet zonder haar medeweten.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen sprake was van stelselmatige observatie door de politie, wat een vereiste is voor het verkrijgen van een bevel van de officier van justitie. De observatie vond plaats vanaf een openbare plaats en voldeed niet aan de criteria voor stelselmatige observatie. Daarnaast heeft de rechtbank geconstateerd dat er procedurele fouten zijn gemaakt door de politie, zoals het niet tijdig toevoegen van ontlastend materiaal aan het dossier. Dit vormverzuim heeft de rechtbank als ernstig beoordeeld, maar niet zodanig dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk zou zijn in de vervolging.
De officier van justitie heeft gevorderd om de verdachte vrij te spreken, omdat de verklaringen van de medeverdachte niet konden worden weerlegd en er onvoldoende bewijs was dat de verdachte op de hoogte was van de hennep. De rechtbank heeft de argumenten van de verdediging en het openbaar ministerie zorgvuldig afgewogen en is tot de conclusie gekomen dat de verdachte niet wist dat de hennep in haar woning aanwezig was. Daarom is de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten.