ECLI:NL:RBZUT:2010:BN3241

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
4 augustus 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/007708-93
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • A. Kleinrensink
  • J. van Valderen
  • M. Knoop
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling voor een veroordeelde in een zedenzaak

Op 4 augustus 2010 heeft de Rechtbank Zutphen uitspraak gedaan in de zaak van een veroordeelde die onderworpen is aan de maatregel van terbeschikkingstelling (TBS) in verband met een zedenmisdrijf. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, toegewezen. De rechtbank heeft in haar overwegingen de positieve veranderingen in de behandeling van de betrokkene meegenomen, waaronder de inzet van medicatie en therapieën zoals EMDR en beeldende therapie. Ondanks deze positieve ontwikkelingen, concludeert de rechtbank dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen in dit geval vereisen dat de termijn van de terbeschikkingstelling wordt verlengd. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om de verlenging te beperken tot één jaar, zoals door de raadsman was bepleit. De beslissing is genomen na zorgvuldige afweging van het verlengingsadvies van deskundigen en de wettelijke aantekeningen over de periode van de behandeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene altijd een 24-uurssetting met toezicht en begeleiding nodig zal hebben om het recidivegevaar aanvaardbaar te houden. De beslissing is genomen in het belang van de veiligheid van de samenleving en is uitgesproken op de openbare terechtzitting.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Meervoudige kamer
Parketnummer: 06/007708-93
Raadsman: mr. P.P. Verdoorn te Apeldoorn.
Op 23 juni 2010 is ter griffie van deze rechtbank ingediend een vordering gedateerd 22 juni 2010 van de officier van justitie in dit arrondissement, strekkende tot verlenging van de terbeschikkingstelling van:
[veroordeelde],
geboren te [plaats, 1964],
thans verblijvend in het forensisch psychiatrisch centrum De Beuken, feitelijk verblijvende bij Hoeve Boschoord te Boschoord,
met een termijn van twee jaar.
De maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege is opgelegd bij vonnis van deze rechtbank van 4 augustus 1994, ingegaan op 19 augustus 1994 en laatstelijk verlengd bij beslissing van deze rechtbank van 15 augustus 2008.
De vordering is op de openbare terechtzitting behandeld door de rechtbank op 21 juli 2010. Van deze behandeling is proces-verbaal opgemaakt.
De rechtbank heeft de stukken bezien, waaronder:
• een verlengingsadvies gedateerd 2 juni 2010, opgemaakt en ondertekend door drs. E.A.M. Terpstra (hoofd orthopedagogisch behandelcentrum ’t Wold), drs. M. Munniksma (behandelverantwoordelijke), dr. R.C. Brouwers (eerste geneeskundige) en drs. C.S. Sijbrandij (psychiater), allen verbonden aan voornoemde instelling;
• de wettelijke aantekeningen over de periode van 12 juni 2008 tot en met 10 november 2009.
Motivering
1. De vordering is binnen de in artikel 509o van het Wetboek van Strafvordering vermelde termijn ingediend.
2. Namens betrokkene is bij de behandeling van de vordering bepleit om de duur van de verlenging van de maatregel te beperken tot één jaar.
3. De officier van justitie heeft gepersisteerd bij zijn vordering.
4. Uit het verlengingsadvies – in samenhang met de wettelijke aantekeningen – en de daarop gegeven toelichting door de deskundige, de heer P.J. Fransen (psycholoog), komt onder meer het volgende naar voren.
Betrokkene verblijft op zorgboerderij De Eikenhof, een open afdeling waar wonen, werken en vrije-tijdsbesteding geïntegreerd plaatsvinden. De Eikenhof bevindt zich aan de rand van het terrein van Trajectum/Hoeve Boschoord. Betrokkene heeft het hier naar zijn zin. Hij is echter uitbehandeld en om die reden is hij inmiddels aangemeld en geaccepteerd bij een andere zorgboerderij. De wachtlijst is daar een jaar tot anderhalf jaar.
De afgelopen periode is er een positieve verandering gekomen in de behandeling. Er is meer openheid gekomen over zijn seksuele beleving. Betrokkene is ingesteld op rustgevende en libidoremmende medicatie. Deze combinatie heeft een positief effect op hem. De (verbale) agressie lijkt naar de achtergrond te zijn verdwenen en hij kan seksualiteit in gesprek brengen. Uit observaties blijkt er geen drang tot seksuele escapades aanwezig te zijn, maar wel is zichtbaar dat de seksualiteit nog niet uitgedoofd is. Hij kan hier openhartig over vertellen. Daarbij lijkt het spreken over seksualiteit bij hem ook lustverhogend te werken.
Betrokkene is opnieuw gestart met EMDR-therapie om angst en trauma’s uit het verleden te verwerken. Daarnaast volgt hij beeldende therapie met het doel om aansluiting te vinden bij en uiting te geven aan zijn lage sociaal-emotionele niveau. De eerder opgestelde behandeldoelen zijn na jaren van behandeling nog actueel, evenals het benodigde risicomanagement, hetgeen aangeeft dat er sprake is van een geringe leerbaarheid en grote kwetsbaarheid. Wat betreft de beïnvloedbaarheid is hij niet leerbaar gebleken. De beïnvloedbaarheid en het niet kunnen overzien van oorzaak-gevolg relaties zijn echter de grootste risicofactoren voor betrokkene.
De risico-inschatting op grond van de risicoanalyse zonder begeleiding en controle is op korte termijn matig, op middellange en lange termijn hoog. De risico-inschatting op grond van de risicoanalyse is met begeleiding en controle op zowel korte, middellange en lange termijn laag. Betrokkene zal altijd een 24-uurssetting met het huidige risicomanagement (toezicht, bescherming en libidoremmende medicatie) nodig houden om zich staande te houden en het recidivegevaar aanvaardbaar te houden.
Geadviseerd wordt de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen.
5. Het vorenstaande leidt de rechtbank tot de conclusie dat de veiligheid van anderen, dan
wel de algemene veiligheid van personen in dit geval vereist dat de termijn van de
terbeschikkingstelling, welke maatregel onder meer is toegepast terzake van een zedenmisdrijf, dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, wordt verlengd. In hetgeen ter terechtzitting is aangevoerd, mede bezien in het licht van de verklaring van de deskundige ter terechtzitting, ziet de rechtbank geen aanleiding de verlenging te beperken tot de duur van één jaar.
Beslissing
De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling van [veroordeelde], voornoemd voor de tijd van twee jaar.
Deze beslissing is gegeven door mrs. Kleinrensink, voorzitter, Van Valderen en Knoop, rechters, in tegenwoordigheid van mr. Meerdink, griffier en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 4 augustus 2010.