ECLI:NL:RBZUT:2010:BO2990

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
5 november 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/940085-10
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. Davids
  • K. Krijger
  • F. Follender Grossfeld
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een verdachte voor belaging en smaad na beëindiging van een relatie

In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 5 november 2010 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zijn ex-vriendin en haar ouders heeft belaagd. De verdachte, die verminderd toerekeningsvatbaar is, heeft in de periode van 10 februari 2010 tot en met 1 maart 2010 herhaaldelijk inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van zijn ex-vriendin en haar ouders door hen te bellen, sms-berichten te sturen en brieven te verzenden. Hij heeft ook bedreigende boodschappen achtergelaten en zich in de nabijheid van hun woningen opgehouden. Daarnaast heeft hij de goede naam van de ouders van zijn ex-vriendin aangetast door valse beschuldigingen te verspreiden, waaronder een beschuldiging van incest, wat leidde tot ernstige reputatieschade voor hen.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere feiten, waaronder belaging en smaad. De officier van justitie heeft een gevangenisstraf van 10 maanden geëist, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden zoals reclasseringscontact en een contactverbod met de slachtoffers. De rechtbank heeft deze eis grotendeels overgenomen en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. Tevens is de verdachte verplicht om zich te houden aan de aanwijzingen van de reclassering en is hem contact met de slachtoffers verboden.

De rechtbank heeft ook schadevergoeding toegewezen aan de benadeelde partijen voor de immateriële schade die zij hebben geleden als gevolg van de gedragingen van de verdachte. De rechtbank heeft de vorderingen van de benadeelde partijen voor het overige niet-ontvankelijk verklaard, omdat deze niet van zo eenvoudige aard zijn dat zij zich lenen voor afdoening in het strafgeding. De uitspraak benadrukt de ernst van belaging en smaad en de impact die dit kan hebben op de slachtoffers.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Meervoudige kamer
Parketnummer: 06/940085-10
Uitspraak d.d.: 5 november 2010
Tegenspraak / dip
VONNIS
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [plaats op 1951],
wonende te [plaats],
thans gedetineerd in het huis van bewaring Ooyerhoekseweg - Zutphen te Zutphen.
Raadsvrouw: A.M. Jongerman advocaat te Epe.
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 22 oktober 2010.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van
10 februari 2010 tot en met 1 maart 2010 in de gemeente(n) Putten en/of
Harderwijk, althans in Nederland,
wederrechtelijk stelselmatig (telkens) opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de
persoonlijke levenssfeer van
- [slachtoffer A] en/of
- [slachtoffer B] (de moeder van voornoemde [slachtoffer A]) en/of
- [slachtoffer C] (de vader van voornoemde [slachtoffer A]),
met het oogmerk die [slachtoffer A] en/of die [slachtoffer B]
en/of die [slachtoffer C] (telkens) te dwingen iets te doen, niet te doen, te
dulden en/of vrees aan te jagen, immers heeft verdachte toen en daar
- meermalen met een of meer (mobiele) telefoons die [slachtoffer A]
(een) sms-jes en/of telefonische (voicemail)berichten met hinderlijke en/of
bedreigende tekst(en) gestuurd en/of laten sturen (met onder andere de
strekking dat hij haar wil spreken en/of dat hij (anders) naar haar werk
komt en/of (anders) haar ouders zwart zal maken bij hun werk en/of bij
vrienden en/of kennissen en/of buren en/of dat hij (anders) zal zorgen dat
die [slachtoffer A] uit de schuldsanering zal worden gegooid) en/of
- meermalen met een of meer (mobiele) telefoons telefonisch contact gezocht
met die [slachtoffer A] en/of
- zich meermalen hinderlijk in de directe omgeving van die [slachtoffer A] opgehouden door bij haar woning langs te gaan en/of aan de deur te
roepen en/of tegen de ramen te bonken en/of te tikken en/of
- meermalen die [slachtoffer A] (een) brieven/brief met hinderlijke
en/of bedreigende tekst(en) en/of een Valentijnskaart gestuurd/bezorgd en/of
- meermalen met een of meer (mobiele) telefoons die [slachtoffer B] en/of
die [slachtoffer C] (een) sms-je(s) en/of telefonische (voicemail)berichten
met hinderlijke en/of bedreigende tekst(en) gestuurd en/of laten sturen (met
onder andere de strekking dat hun dochter ([slachtoffer A]) contact met hem moest
opnemen en/of dat hij - verdachte - hen (anders) wat zal aandoen en/of dat
zij eraan gaan en/of dat [slachtoffer C] een incestpleger zou zijn en/of
dat hij de werkgever van [slachtoffer C] daarover ging benaderen en/of dat
[slachtoffer B] een slechte moeder zou zijn) en/of
- meermalen met een of meer (mobiele) telefoons telefonisch contact heeft
gezocht met die [slachtoffer B] en/of [slachtoffer C] en/of
- zich meermalen hinderlijk in de directe omgeving van die [slachtoffer B]
en/of die [slachtoffer C] opgehouden door door de straat te rijden van
hun/haar/zijn woning en/of
- de werkgever van die [slachtoffer C] ([werkgever slachtoffer C]) en/of (de [afdeling] van) de [gemeente] benaderd met de waarschuwing
dat die [slachtoffer C] kinderen lastig zou vallen bij scholen en met de
mededeling dat die [slachtoffer C] incest heeft gepleegd met zijn dochter
(waarover die [slachtoffer C] vervolgens door zijn werkgever is benaderd);
art 285b lid 1 Wetboek van Strafrecht
2.
hij in of omstreeks de periode van 17 februari 2010 tot en met 26 februari
2010 in de gemeente(n) Harderwijk en/of Putten, althans in Nederland,
opzettelijk de eer en/of de goede naam van [slachtoffer C] heeft aangerand
door telastlegging van een of meer bepaalde feiten, met het kennelijke doel om
daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft hij met voormeld doel
de werkgever van die [slachtoffer C] ([werkgever slachtoffer C]) en/of (de [afdeling] van ) de [gemeente] - zakelijk weergegeven -
(telefonisch) medegedeeld dat die [slachtoffer C] kinderen lastig zou vallen bij
scholen en/of dat die [slachtoffer C] incest met zijn dochter heeft gepleegd
(waarover die [slachtoffer C] vervolgens door zijn werkgever is benaderd);
art 261 lid 1 Wetboek van Strafrecht
3.
hij in of omstreeks de periode van 10 januari 2010 tot en met 9 februari 2010
in de gemeente Putten, in elk geval in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig
opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer A], met het oogmerk die [slachtoffer A] te dwingen iets
te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen, immers
immers heeft verdachte toen en daar
- meermalen met een of meer (mobiele) telefoons die [slachtoffer A]
(een) sms-jes en/of telefonische (voicemail)berichten met hinderlijke en/of
bedreigende tekst(en) gestuurd en/of laten sturen (met onder andere de
strekking dat hij haar wil spreken en/of geld van haar en/of haar moeder wil
hebben en/of dat hij (anders) naar haar werk komt en/of (anders) haar ouders
zwart zal maken bij hun werk en/of bij vrienden en/of kennissen en/of buren
en/of dat hij (anders) zal zorgen dat die [slachtoffer A] uit de
schuldsanering zal worden gegooid) en/of
- meermalen met een of meer (mobiele) telefoons telefonisch contact gezocht
met die [slachtoffer A] en/of
- zich meermalen hinderlijk in de directe omgeving van die [slachtoffer A] opgehouden door (hard) door de straat van haar woning te rijden en/of
bij haar woning langs te gaan en/of aan de deur te roepen
en/of tegen de ramen te bonken en/of te tikken en/of een pakje sigaretten
en/of snoepgoed op de deurmat van haar woning achter te laten met de tekst:
"Ik hou van je. Neem me terug." en/of
- meermalen die [slachtoffer A] (een) brieven/brief met hinderlijke
en/of bedreigende tekst(en) gestuurd/bezorgd;
(gevoegde zaak, Parketnummer 850200-10)
art 285b lid 1 Wetboek van Strafrecht
4.
hij op of omstreeks 20 januari 2010, althans op één of meer tijdstip(pen) in
de periode van 20 januari 2010 tot en met 09 februari 2010 te Putten
opzettelijk, door middel van verspreiding van (een) geschrift(en), de eer
en/of de goede naam van [slachtoffer C] en/of [slachtoffer B] heeft
aangerand door telastlegging van een of meer bepaalde feiten, met het
kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft verdachte met
voormeld doel (een) geschrift(en)
verspreid (onder buurtbewoners van de [adres 1], waar die [slachtoffer C]
en/of die [slachtoffer B] wonen/woont) met de navolgende tekst:
"incest bij u in de straat [huisnr]
Dit verhaal gaat 14 jaar terug
maar de gevolgen zijn nog steeds
voelbaar en de man en vrouw van
[nr] zijn nog steeds niet gestraft
14 jaar geleden misbruikte de man op
[huisnr.] zijn jongste dochter. toen
zij aangifte deed. deed haar moeder
alles op alles met dreigementen dat
de aangifte ingetrokken werd.daarna
werd zij in kinderhuis geplaats op 12
jarige leeftijd.tot haar 18de. zonder
dat ernaar haar omgekeken werd.
Daarna zwerfde ze op straat woonde
een korte tijd samen raakte zwanger
toen het een 1/2 jaar was leerde ik
[verdachte] haar kennen dat is nu
6 jaar geleden ik weet haar eerste
verhalen nog precies de moeder had
haar op het hart dat er niks
tegen mij gezegd mocht worden
wat zich heeft afgespeeld. voor haar
was een verklaring en excuus het
enigste wat ze wou maar nooit kreeg
Met alle gevolgen van dien wat
er in haar hoofd afspeelde en afspeelt
De moeder heeft 6 jaar gedaan om
onze relatie kapot te maken
en dat is gelukt ik doe het niet
uit rakune mijn relatie met haar
ondanks het feit dat ik nog zielsveel
van haar hou zal wel nooit meer
goed komen. Iedereen zal zeggen
dat het oude koeien uit de sloot halen is
maar wat aangericht is door deze
mensen op [huisnr.] is nu nog
voelbaar en zal haar hele leven
blijven beinvloeden
De moeder doet nu alles voor de
buitenwereld om een goede moeder
en oma te zijn allemaal schijn
ze zit op haar leeftijd nog aan de
speed. maar voor de buurt zal ze
netjes zijn dat is belangrijker dan
het welzijn van haar dochter en klein
kind. Ik wil voor me ex-vriendin
hulp wat ze niet accepteerd. omdat
ze bang is. Ik wil dat deze gestraft
worden mocht u meer weten
bel mij [verdachte] [06-nummer]
of meld het bij de politie 0900-8844
Ik doe dit voor mijn ex-vriendin
zodat ze nog een goed leven
kan krijgen Help haar. ",
althans met een tekst van soortgelijke aard en/of strekking;
(gevoegde zaak, parketnummer 850200/10)
art 261 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 261 lid 2 Wetboek van Strafrecht
5.
hij op of omstreeks 21 november 2009 te Putten opzettelijk en wederrechtelijk
drie, althans een aantal ruit(en) van een woning ( aan de [adres 2]) ,
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [Woningstichting], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft
vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
(gevoegde zaak, Parketnr 850155-10)
art 350 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Overwegingen ten aanzien van het bewijs1
De aanleiding
Verdachte heeft ongeveer zes jaar een relatie gehad met aangeefster [slachtoffer A]. Nadat de relatie is beëindigd, is hij aangeefster en haar ouders veelvuldig gaan bellen, sms-en en brieven sturen. Verdachte is op een gegeven moment daarvoor aangehouden. Kort nadat verdachte weer in vrijheid werd gesteld herhaalde zich bovengenoemd gedrag van verdachte. Er is toen opnieuw aangifte tegen hem gedaan.
Standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot bewezenverklaring van alle aan verdachte ten laste gelegde feiten.
Standpunt van de verdachte / de verdediging
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat zij zich ten aanzien van de bewezenverklaring refereert aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling door de rechtbank
Verdachte heeft bij de politie2 en ter terechtzitting bekend dat hij in de periode van 10 februari 2010 tot en met 1 maart 2010 [slachtoffer A], haar moeder [slachtoffer B] en haar vader [slachtoffer C], die wonen in de gemeente Putten, meermalen sms-berichten en voice-mail berichten heeft gestuurd, meermalen telefonisch contact met hen heeft gezocht, brieven aan hen heeft gestuurd, zich in de omgeving van hun woningen heeft opgehouden en ook de [gemeente], opdrachtgever van de werkgever van [slachtoffer C], heeft benaderd met de mededeling dat [slachtoffer C] een incestpleger zou zijn.
Voorts heeft verdachte bij de politie3 en ter terechtzitting bekend dat hij in de periode van 10 januari 2010 tot en met 9 februari 2010 aan voornoemde [slachtoffer A] meermalen sms-berichten, voice-mail berichten en brieven heeft gestuurd, telefonisch contact met haar heeft gezocht en zich in haar omgeving heeft opgehouden. Voorts heeft hij op 20 januari 2010 een brief verspreid onder de buurtbewoners van de [adres 1 te plaats] met de tekst zoals ook in de tenlastelegging is opgenomen. De inhoud van die brief had betrekking op [slachtoffer C] en [slachtoffer B].
Ook heeft de verdachte bij de politie4 en ter terechtzitting bekend dat hij op 21 november 2009 te Putten opzettelijk twee ruiten van een woning aan de [adres 2] heeft vernield.
Voorts is de bewezenverklaring gebaseerd op:
- de processen-verbaal van aangifte en de gedane klachten5 met verzoek tot vervolging door [slachtoffer A] en de processen-verbaal waarbij zij als getuige6 is gehoord. Zij ervaart de berichten en brieven die verdachte aan haar stuurt, het telefonische contact dat hij zoekt en het ophouden in haar omgeving als bedreigend, lastig vallen en hinderlijk. Zij kan daar niet meer tegen, ze durft de telefoon niet meer op te pakken en durft bijna niet meer naar buiten te gaan.
- de processen-verbaal van aangifte en de gedane klachten7 met verzoek tot vervolging door [slachtoffer B]. De door verdachte gepleegde telefoontjes, de verzonden sms-berichten en voice-mail berichten en het door verdachte door de straat rijden ervaart zij als lastig en intimiderend. Het beheerst haar leven en zij voelt zich daardoor bang en onveilig. De in de buurt verspreide brieven ervaart zij als beledigend en bedreigend. Daardoor worden haar en haar mans eer en goede naam aangerand.
- de processen-verbaal van aangifte en de gedane klachten8 met verzoek tot vervolging door [slachtoffer C]. De door verdachte gepleegde telefoontjes, de verzonden sms-berichten en voice-mail berichten en het door verdachte door de straat rijden ervaart hij als belaging. Hij weet niet wat hij moet doen om met rust gelaten te worden. De door verdachte in de buurt verspreide brief met geuite feiten vindt hij heel erg. Hij kan zich moeilijk tegen de inhoud daarvan verdedigen. Doordat de verdachte ook contact met de [gemeente], opdrachtgever van zijn werkgever, heeft opgenomen is zijn eer/goede naam aangerand, omdat de verdachte verschrikkelijke dingen over hem heeft verteld.
- de processen-verbaal van verhoor van getuigen9 [getuige A], [getuige B] en [getuige C] die allen verklaren dat zij een op 20 januari 2010 gedateerde brief10 van verdachte hebben ontvangen.
- de processen-verbaal van verhoor van getuigen11 [getuige D] en [getuige E] die verklaren dat verdachte contact heeft opgenomen met de [gemeente], werkgever van [slachtoffer C], met de mededeling dat deze kinderen zou lastig vallen.
- het proces-verbaal van verhoor12 van getuige [getuige F] dat hij op 21 november 2009 glasgerinkel heeft gehoord, dat hij naar buiten is gegaan en dat hij heeft gezien dat de auto van ene [verdachte], de vriend van zijn buurvrouw, wegreed.
Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij in de periode van 10 februari 2010 tot en met 1 maart 2010 in de gemeenten Putten en
Harderwijk, wederrechtelijk stelselmatig telkens opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de
persoonlijke levenssfeer van
- [slachtoffer A] en/of
- [slachtoffer B] (de moeder van voornoemde [slachtoffer A]) en/of
- [slachtoffer C] (de vader van voornoemde [slachtoffer A]),
met het oogmerk die [slachtoffer A] en die [slachtoffer B] en die [slachtoffer C] telkens te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en vrees aan te jagen, immers heeft verdachte toen en daar
- meermalen met een (mobiele) telefoon die [slachtoffer A] sms-jes en tefonische (voicemail)berichten met hinderlijke en/of bedreigende teksten gestuurd en/of laten sturen met onder andere de strekking dat hij haar wil spreken en dat hij (anders) naar haar werk komt en/of (anders) haar ouders zwart zal maken bij hun werk en bij vrienden en/of kennissen en/of buren en/of dat hij (anders) zal zorgen dat die [slachtoffer A] uit de schuldsanering zal worden gegooid) en
- meermalen met een (mobiele) telefoon telefonisch contact gezocht met die [slachtoffer A] en
- zich meermalen hinderlijk in de directe omgeving van die [slachtoffer A] opgehouden door bij haar woning langs te gaan en aan de deur te roepen en tegen de ramen te bonken en/of te tikken en
- meermalen die [slachtoffer A] (een) brieven/brief met hinderlijke en/of bedreigende teksten en een Valentijnskaart gestuurd/bezorgd en
- meermalen met een (mobiele) telefoon die [slachtoffer B] en die [slachtoffer C] een sms-je en telefonische (voicemail)berichten met hinderlijke en/of bedreigende teksten gestuurd en/of laten sturen (met onder andere de strekking dat hun dochter ([slachtoffer A]) contact met hem moest opnemen en dat hij - verdachte - hen (anders) wat zal aandoen en dat zij eraan gaan en dat [slachtoffer C] een incestpleger zou zijn en dat hij de werkgever van [slachtoffer C] daarover ging benaderen en dat [slachtoffer B] een slechte moeder zou zijn) en
- meermalen met een (mobiele) telefoon telefonisch contact heeft gezocht met die [slachtoffer B] en [slachtoffer C] en
- zich meermalen hinderlijk in de directe omgeving van die [slachtoffer B] en die [slachtoffer C] opgehouden door door de straat te rijden van hun woning en
- de afdeling veiligheidszaken van de [gemeente] benaderd met de waarschuwing dat die [slachtoffer C] kinderen lastig zou vallen bij scholen en met de mededeling dat die [slachtoffer C] incest heeft gepleegd met zijn dochter waarover die [slachtoffer C] vervolgens door zijn werkgever is benaderd.
2.
hij in de periode van 17 februari 2010 tot en met 26 februari 2010 in de gemeenten Harderwijk en Putten, opzettelijk de eer en de goede naam van [slachtoffer C] heeft aangerand door telastlegging van een of meer bepaalde feiten, met het kennelijke doel om
daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft hij met voormeld doel de afdeling veiligheidszaken van de [gemeente] - zakelijk weergegeven - telefonisch medegedeeld dat die [slachtoffer C] kinderen lastig zou vallen bij scholen en dat die [slachtoffer C] incest met zijn dochter heeft gepleegd, waarover die [slachtoffer C] vervolgens door zijn werkgever is benaderd.
3.
hij in de periode van 10 januari 2010 tot en met 9 februari 2010 in de gemeente Putten, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer A], met het oogmerk die [slachtoffer A] te dwingen iets
te doen, niet te doen, te dulden en vrees aan te jagen, immers immers heeft verdachte toen en daar
- meermalen met een (mobiele) telefoon die [slachtoffer A] een sms-je en telefonische (voicemail)berichten met hinderlijke en bedreigende tekst gestuurd en laten sturen met onder andere de strekking dat hij haar wil spreken en/of geld van haar en/of haar moeder wil hebben en/of dat hij anders naar haar werk komt en anders haar ouders zwart zal maken bij hun werk en bij vrienden en kennissen en buren en dat hij anders zal zorgen dat die [slachtoffer A] uit de schuldsanering zal worden gegooid en
- meermalen met een of meer (mobiele) telefoons telefonisch contact gezocht met die [slachtoffer A] en
- zich meermalen hinderlijk in de directe omgeving van die [slachtoffer A] opgehouden door (hard) door de straat van haar woning te rijden en bij haar woning langs te gaan en aan de deur te roepen en tegen de ramen te bonken en/of te tikken en een pakje sigaretten en snoepgoed op de deurmat van haar woning achter te laten met de tekst: "Ik hou van je. Neem me terug." en
- meermalen die [slachtoffer A] een brief met hinderlijke en bedreigende teksten gestuurd/bezorgd;
4.
hij op 20 januari 2010 te Putten opzettelijk, door middel van verspreiding van geschriften, de eer en de goede naam van [slachtoffer C] en [slachtoffer B] heeft aangerand door telastlegging van een of meer bepaalde feiten, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft verdachte met voormeld doel geschriften
verspreid onder buurtbewoners van de [adres 1], waar die [slachtoffer C]
en die [slachtoffer B] wonen met de navolgende tekst:
"incest bij u in de straat [huisnr]
Dit verhaal gaat 14 jaar terug
maar de gevolgen zijn nog steeds
voelbaar en de man en vrouw van
[nr] zijn nog steeds niet gestraft
14 jaar geleden misbruikte de man op
[huisnr.] zijn jongste dochter. toen
zij aangifte deed. deed haar moeder
alles op alles met dreigementen dat
de aangifte ingetrokken werd.daarna
werd zij in kinderhuis geplaats op 12
jarige leeftijd.tot haar 18de. zonder
dat ernaar haar omgekeken werd.
Daarna zwerfde ze op straat woonde
een korte tijd samen raakte zwanger
toen het een 1/2 jaar was leerde ik
[verdachte] haar kennen dat is nu
6 jaar geleden ik weet haar eerste
verhalen nog precies de moeder had
haar op het hart dat er niks
tegen mij gezegd mocht worden
wat zich heeft afgespeeld. voor haar
was een verklaring en excuus het
enigste wat ze wou maar nooit kreeg
Met alle gevolgen van dien wat
er in haar hoofd afspeelde en afspeelt
De moeder heeft 6 jaar gedaan om
onze relatie kapot te maken
en dat is gelukt ik doe het niet
uit rakune mijn relatie met haar
ondanks het feit dat ik nog zielsveel
van haar hou zal wel nooit meer
goed komen. Iedereen zal zeggen
dat het oude koeien uit de sloot halen is
maar wat aangericht is door deze
mensen op [huisnr.] is nu nog
voelbaar en zal haar hele leven
blijven beinvloeden
De moeder doet nu alles voor de
buitenwereld om een goede moeder
en oma te zijn allemaal schijn
ze zit op haar leeftijd nog aan de
speed. maar voor de buurt zal ze
netjes zijn dat is belangrijker dan
het welzijn van haar dochter en klein
kind. Ik wil voor me ex-vriendin
hulp wat ze niet accepteerd. omdat
ze bang is. Ik wil dat deze gestraft
worden mocht u meer weten
bel mij [verdachte] [06-nummer]
of meld het bij de politie 0900-8844
Ik doe dit voor mijn ex-vriendin
zodat ze nog een goed leven
kan krijgen Help haar. ",
5.
hij op 21 november 2009 te Putten opzettelijk en wederrechtelijk een aantal ruiten van een woning aan de [adres 2], toebehorende aan [Woningstichting], heeft
vernield.
Vrijspraak van het meer of anders ten laste gelegde
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. De verdachte behoort daarvan te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezenverklaarde levert op de misdrijven:
1. belaging, meermalen gepleegd;
2. smaad, meermalen gepleegd;
3. belaging;
4. smaadschrift, meermalen gepleegd;
5. opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen.
Strafbaarheid van de verdachte
Over verdachte is een rapport opgemaakt door Prof. dr. J.J. Baneke, klinisch en forensisch psycholoog, gedateerd 23 september 2010. De conclusie daarvan is als volgt.
Verdachte heeft een ziekelijke stoornis en een gebrekkige ontwikkeling, namelijk een aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD), misbruik van cocaïne (mogelijk in remissie) en een persoonlijkheidsstoornis NOA met theatrale, borderline, narcistische en antisociale trekken. Door verhoogde achterdocht, impulsiviteit, de stoornissen en de beperkingen is hij onvoldoende in staat zichzelf te begrenzen en zich te houden aan sociale regels en normen. Hoe ernstig die stoornis is, blijkt onder andere uit het niet te corrigeren beeld wat verdachte heeft van de ouders van zijn ex-vriendin. Verdachte wordt ten aanzien van het ten laste gelegde verminderd toerekeningsvatbaar geacht.
De rechtbank kan zich met deze conclusie van de deskundige verenigen en zij neemt die conclusie over.
Door en namens verdachte is ten aanzien van feiten 2 en 4 aangevoerd dat bijwerkingen van medicijngebruik hebben geleid tot agressief gedrag.
De rechtbank laat dit verweer buiten beschouwing nu deze feiten geen delicten met een geweldscomponent betreffen. Bovendien heeft verdachte ten behoeve van de over hem opgemaakte rapportage gesproken met een deskundige. Daarbij is het medicijngebruik ook ter sprake gekomen, maar de deskundige heeft in zijn rapport niet geconcludeerd dat de gepleegde feiten te wijten zijn aan mogelijke bijwerkingen van medicatie.
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.
Oplegging van straf en/of maatregel
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte te veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 10 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht.
Zij heeft als bijzondere voorwaarden gevorderd een verplicht reclasseringscontact, het volgen van een behandeling bij Meerkanten en een contact- en straatverbod.
Ter toelichting op haar eis heeft de officier van justitie aangevoerd dat zij er er rekening mee heeft gehouden dat verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is.
De raadsvrouw heeft verzocht een onvoorwaardelijke gevangenisstraf gelijk aan het voorarrest op te leggen en daarnaast een voorwaardelijke gevangenisstraf, met als bijzondere voorwaarden reclasseringscontact en het volgen van een behandeling.
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zijn ex-vriendin en haar ouders belaagd. Hij heeft hen veel hinder bezorgd door hen veelvuldig te bellen, brieven en sms-berichten te sturen, voicemail berichten in te spreken en zich in de buurt op te houden. Voorts heeft hij de goede naam en/of eer van de ouders van zijn ex-vriendin aangetast door in hun buurt een brief te verspreiden en de werkgever te benaderen met een beschuldiging over een incestverleden. Verdachte heeft door zijn handelen een ernstige inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van de slachtoffers en hen angst aangejaagd. De ervaring leert dat slachtoffers van belaging en smaad hiervan nog geruime tijd nadelige psychische gevolgen kunnen ondervinden.
De rechtbank acht een deels voorwaardelijke gevangenisstraf met als bijzondere voorwaarden reclasseringscontact, het volgen van een behandeling en een straat- en contactverbod, zoals door de deskundige is geadviseerd en door de officier van justitie is gevorderd, op zijn plaats, teneinde verdachte ervan te weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen.
Gelet op de duur van de onvoorwaardelijk op te leggen gevangenisstraf wordt het door en namens verdachte gedane verzoek om hem bij eindvonnis onmiddellijk in vrijheid te stellen afgewezen.
Vordering tot schadevergoeding
De benadeelde partij [slachtoffer C] heeft zich met een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van € 1.050,--, voor geleden immateriële schade, gevoegd in het strafproces ten aanzien van het ten laste gelegde.
De benadeelde partij [slachtoffer B] heeft zich met een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van € 1.100,--, voor geleden immateriële schade, gevoegd in het strafproces ten aanzien van het ten laste gelegde.
De officier van justitie heeft gevorderd de benadeelde partijen niet-ontvankelijk te verklaren. Toewijzing van de vorderingen zou kunnen leiden tot het opnemen van contact over de wijze van betaling, hetgeen weer escalerend zou kunnen werken.
De raadsvrouw heeft om dezelfde reden verzocht de vordering niet-ontvankelijk te verklaren. Subsidiair heeft zij verzocht rekening te houden met de beperkte draagkracht van verdachte.
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vorderingen van de benadeelde partijen is gebleken, komen vast te staan dat de benadeelde partijen als gevolg van het bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade hebben geleden, waarvoor verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is.
De rechtbank ziet geen aanleiding om de vorderingen niet-ontvankelijk te verklaren. Contact tussen verdachte en benadeelde partijen is niet noodzakelijk, nu het CJIB belast is met de inning van daarvan.
De rechtbank zal de tot op heden geleden immateriële schade naar redelijkheid en billijkheid telkens begroten op € 500,--, nu er vanuit mag worden gegaan, dat deze schade in ieder geval is
geleden. De rechtbank zal de wettelijke rente toewijzen met ingang van 1 maart 2010.
De verdachte is voor de schade - naar burgerlijk recht - hoofdelijk aansprakelijk.
De rechtbank zal de benadeelde partijen voor het overige niet-ontvankelijk verklaren in hun vorderingen, nu zij van oordeel is dat het overige deel van de vorderingen niet van zo eenvoudige aard is dat deze zich lenen voor afdoening in het strafgeding. De benadeelde partijen kunnen desgewenst het meerdere en overige deel van hun vorderingen aanbrengen bij de burgerlijke rechter.
Schadevergoedingsmaatregel
Gelet op het voorgaande ziet de rechtbank aanleiding om aan verdachte telkens op basis van het bepaalde in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de verplichting op te leggen tot betaling aan de Staat van een som geld ten behoeve van voornoemde slachtoffers.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Deze strafoplegging is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14, 24c, 27, 36f, 57, 261, 285b en 350 van het Wetboek van Strafrecht.
Beslissing
De rechtbank:
* verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan;
* verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
* verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als:
1. belaging, meermalen gepleegd;
2. smaad, meermalen gepleegd;
3. belaging;
4. smaadschrift, meermalen gepleegd;
5. opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen.
* verklaart de verdachte strafbaar;
* veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 10 (tien) maanden;
* bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot 6 (zes) maanden niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat veroordeelde zich vóór het einde van een proeftijd van 2 jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt dan wel de navolgende bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
* stelt als bijzondere voorwaarden:
- dat de veroordeelde zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de aanwijzingen die hem zullen worden gegeven door of namens de reclassering, zolang als de reclassering zulks nodig oordeelt, ook indien zulks zal inhouden dat veroordeelde zal dienen deel te nemen aan een ambulante behandeling bij GGZ Meerkanten of een door de reclassering aan te wijzen soortgelijke instelling;
- dat de veroordeelde gedurende de proeftijd op geen enkele wijze, direct of via derden, contact zal opnemen of zoeken met de in de bewezenverklaring genoemde [slachtoffer A], [slachtoffer C] en [slachtoffer B] en dat hij zich niet zal ophouden binnen een straal van 100 meter van hun woningen;
* geeft de reclassering opdracht de veroordeelde bij de naleving van de opgelegde voorwaarden hulp en steun te verlenen;
* beveelt, dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
* wijst het verzoek tot onmiddellijke invrijheidstelling af;
* veroordeelt verdachte tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer C], [adres 1, plaats] (bankrekening [nummer]), tot een bedrag van € 500,--, met veroordeling van verdachte in de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil en vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 maart 2010.
* verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in haar vordering;
* legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer C], een bedrag te betalen van € 500,--, met bevel dat bij gebreke van betaling en verhaal 10 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
* bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
* veroordeelt verdachte tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer B[adres 1, plaats] (bankrekening [nummer]), tot een bedrag van € 500,--, met veroordeling van verdachte in de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil en vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 maart 2010.
* verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in haar vordering;
* legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer B], een bedrag te betalen van € 500,--, met bevel dat bij gebreke van betaling en verhaal 10 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
* bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
* heft op het bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van het tijdstip waarop de duur daarvan gelijk wordt aan die van de onvoorwaardelijk opgelegde straf.
Aldus gewezen door mrs. Davids, voorzitter, Krijger en Follender Grossfeld, rechters, in tegenwoordigheid van Jansen, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van
5 november 2010.
Mr. Follender Grossfeld is buiten staat mede te ondertekenen.
Voetnoten:
1 Wanneer hierna verwezen wordt naar dossierpagina's, betreft dit delen van in de wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal, als bijlagen opgenomen bij (stam)proces-verbaal nummer 2010032904-1, gesloten en ondertekend op 8 maart 2010; bij (stam)proces-verbaal 2010033126, gesloten en ondertekend op 9 maart 2010; bij (stam)proces-verbaal 2009094390-9, opgemaakt en ondertekend op 11 januari 2010
2 Processen-verbaal van verhoor van verdachte (allen als bijlage bij proces-verbaal nummer 2010032904-1), pag. 41-50
3 Processen-verbaal van verhoor van verdachte (allen als bijlage bij proces-verbaal nummer 2010033126), pag. 73-81, 129-130
4 Proces-verbaal van verhoor van verdachte (bij (stam)proces-verbaal 2009094390-9), pag. 18-19
allen als bijlage bij proces-verbaal nummer 2010032904-1), pag. 41-50
5 Processen-verbaal van aangifte door [slachtoffer A] en de klachten:
- (stam)proces-verbaal nummer 2010032904-1, pag. 22-26, 27
- (stam)proces-verbaal nummer 2010033126, pag. 24-69, 70
6 Processen-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer A]:
- (stam)proces-verbaal nummer 2010032904-1, pag. 28-38
- (stam)proces-verbaal nummer 2010033126, pag. 71-72
7 Processen-verbaal van aangifte door [slachtoffer B] en de klachten:
- (stam)proces-verbaal nummer 2010032904-1, pag. 52-54, 55
- (stam)proces-verbaal nummer 2010033126, pag. 104-107, 117-127, 128
8 Processen-verbaal van aangifte door [slachtoffer C] en de klachten:
- (stam)proces-verbaal nummer 2010032904-1, pag. 69-73, 74, 75-77, 78-79
- (stam)proces-verbaal nummer 2010033126, pag.82-85, 86
9 Processen-verbaal van verhoor van getuigen [getuige A], pag. 87-88, [getuige B], pag. 89-90, [getuige C], pag. 91-92 ((stam)proces-verbaal nummer 2010033126)
10 Afschrift van de brief, pag. 93 ((stam)proces-verbaal nummer 2010033126)
11 Processen-verbaal van verhoor van getuigen [getuige D], pag. 82-83, en [getuige E], pag. 84-85 ((stam)proces-verbaal nummer 2010033126)
12 Proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige F], pag. 16-17 ((stam)proces-verbaal 2009094390-9)