3.2. TPN legt aan haar vordering, tegen de achtergrond van de vaststaande feiten, de navolgende stellingen ten grondslag.
Bij de uitnodiging voor het overleg op 20 juni 2006 werd aangegeven dat de Gemeente met TPN wilde onderhandelen over een te sluiten samenwerkingsovereenkomst, waarvan een concept bij de stukken was gevoegd. Bij het overleg op 20 juni 2006 waren namens de Gemeente aanwezig wethouder mevrouw [naam A] (die de ruimtelijke ordening in haar portefeuille had), mevrouw [naam E] (hoofd van de afdeling ruimtelijke ordening) en mevrouw [naam B]. Namens de provincie Gelderland was aanwezig de heer [naam C]. Voorafgaand aan het overleg heeft Henst aan TPN aangegeven dat het plan van TPN en de financiële onderbouwing goed in elkaar staken en dat de provincie hier volledig achterstond. Tijdens het overleg is aan TPN gevraagd wanneer tot ondertekening van de overeenkomst overgegaan zou kunnen worden. TPN heeft aangegeven dat dit tijdens dit overleg zou kunnen plaatsvinden, mits overeenstemming over de hoogte van de koopsom zou worden bereikt. TPN heeft aan de wethouder tijdens de vergadering gevraagd of zij bevoegd was tot ondertekening van de overeenkomst over te gaan. Hierop is bevestigend geantwoord. Gedurende deze bespreking werd overeenstemming bereikt over de voorwaarden en bepalingen van de samenwerkingsovereenkomst. Overeengekomen is dat de Gemeente het complex aan TPN zou overdragen voor één euro en dat TPN als tegenprestatie onder meer de grond zou saneren, bouw- en woonrijp zou maken, restauratiewerkzaamheden zou uitvoeren en de openbare ruimte zou inrichten. De herontwikkeling zou plaatsvinden met behoud van de rijksmonumentale delen, waarbij door partijen in onderling overleg het aantal en soort te realiseren woningen zou worden vastgesteld. De samenwerkingsovereenkomst is toen niet ondertekend, omdat, op het moment dat de wethouder de pen ter hand nam om de overeenkomst te ondertekenen, Henst aangaf dat de provincie weliswaar volledig achter het plan stond, maar dat gezien de financiële situatie van de Gemeente voor het verkopen van het complex formeel toestemming nodig was van het provinciebestuur. Partijen hebben hierop afgesproken de ondertekening van de overeenkomst op te schorten in afwachting van toestemming van de provincie. TPN heeft daarop volgens afspraak de opmerkingen/bespreekpunten die in het overleg naar voren zijn gekomen verwerkt in een herziene concept-overeenkomst en deze op 21 juni 2006 naar de Gemeente verzonden. Daarbij is tevens verzocht de bijlagen, die onderdeel van de overeenkomst zouden moeten gaan uitmaken, toe te zenden. De Gemeente heeft bij brief van 26 juli 2006 aan dat verzoek voldaan.
Uit een krantenartikel in de Gelderlander van 25 oktober 2006 bleek dat de provincie het plan van TPN, dat de grondslag had gevormd voor het aangaan van de samenwerkingsovereenkomst, had goedgekeurd. Hiermee is de grond voor opschorting om de samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen komen te vervallen. Het enige punt dat nog niet vast lag was de invulling van de bouwplannen.
Tussen TPN en de Gemeente is een perfecte samenwerkingsovereenkomst tot stand gekomen, waarbij partijen gezamenlijk het aantal en soort te bouwen woningen zouden invullen en TPN daarna tot planontwikkeling zou overgaan. In ieder geval is tussen TPN en de Gemeente een rompovereenkomst tot stand gekomen, waarbij het de Gemeente niet vrijstond om terug te komen op hetgeen reeds tussen partijen was overeengekomen.
De Gemeente heeft door niet met TPN tot ontwikkeling en realisatie te komen, het plan van TPN te wijzigen en uiteindelijk met andere partijen te contracteren, de samenwerkingsovereenkomst geschonden, althans onrechtmatig jegens TPN gehandeld. De Gemeente dient de door TPN geleden schade te vergoeden.
TPN mocht een reëel uitzicht hebben op het geambieerde contract dan wel enig vergelijkbaar contract met betrekking tot het -samen met de Gemeente- kunnen herontwikkelen van het complex. De Gemeente heeft bijgedragen aan de door TPN ondernomen activiteiten ter uitvoering van de gemaakte afspraken en ter voorbereiding op de planontwikkeling en planrealisatie. De Gemeente is beloften en toezeggingen niet nagekomen. De Gemeente heeft geen voorbehouden gemaakt. Voor TPN stonden grote (financiële) belangen op het spel. Het afbreken van onderhandelingen heeft ingrijpende gevolgen voor TPN. TPN heeft reeds (specifiek voorbereidende) werkzaamheden verricht.
Onder deze omstandigheden staat het de Gemeente niet vrij om de onderhandelingen af te breken zonder over te gaan tot vergoeding van het positief contractsbelang, dan wel het negatief contractsbelang.