2.8. In opdracht van de raadsman van [eiseressen] heeft IRS onderzoek verricht naar aanwijzingen dat bedrijfsgevoelige informatie vanuit [eiseressen] naar derden is gelekt/
meegenomen door voormalige medewerkers. Ten aanzien van [naam 1] zijn de laptop en de mailbox van [naam 1] onderzocht, alsmede mailserver en fileserver databestanden [eiseres sub 1]. In het hiervan opgemaakte rapport is onder meer het volgende vermeld:
“Er werden aanwijzingen gevonden dat het programma CCleaner geïnstalleerd en gebruikt is geweest.(…)
Uit de beschikbare informatie kan worden afgeleid, dat het programma CCleaner op
03-09-2009, omstreeks 22:00 uur werd geïnstalleerd.
Ook kon worden afgeleid, dat dit programma op 03-09-2009, omstreeks 22:01 uur én op
04-09-2009, omstreeks 07:30 uur werd uitgevoerd.
Het programma werd vermoedelijk op 04-09-2009, omstreeks 10:39 weer van de computer verwijderd. Omstreeks dat tijdstip werd het programma “C:\Program\Files\CCleaner\uninst.exe” uitgevoerd. Het programma en de daarbij behorende programmabestanden en programma instellingen werden niet meer aangetroffen.
(…)
[eiseressen]-NetworkShare
Op het computernetwerk van [eiseressen] werden directories aangetroffen, waarvan de padenstructuur grotendeels overeenkwam met de structuur op de externe geheugendrager met de driveletter E:, zoals vastgelegd door het Windows systeem.
Dit betroffen de directories:
\[eiseressen]\Sales\Projects
\[eiseressen]\Sales\Sales documents\Sales figures 2009
\[eiseressen]\Sales documents\sales figures 2010
\[eiseressen]\Clients
(…)
Het is zeer wel mogelijk dat deze directories en de zich daarin bevindende bestanden, aanwezig zijn of waren op de externe geheugendrager, aangeduid met de driveletter E:.
Het is zeer wel mogelijk dat deze externe geheugendrager, de externe USB disk betreft, die binnen het Windows systeem op de onderzochte laptop wordt aangeduid als “WD 10EADS”. (…)
Gezien deze bevindingen is het aannemelijk, dat de externe harde schijf, waarop in ieder geval een aantal directories staan met dezelfde namen als directories zoals die voorkomen op het [eiseressen] computernetwerk, in eigendom/beheer/ en/of gebruik is (geweest) bij [naam 1].
Er werden geen aanwijzingen gevonden waaruit afgeleid kan worden dat bestanden buiten de [eiseressen] organisatie werden gebracht door deze te plaatsen op zogenaamde online storage servers. (…)
Er werden geen aanwijzingen gevonden waaruit kan worden afgeleid dat recent met derden werd gecommuniceerd via zogenaamde CHAT-programma’s. (…)
Er werden geen mogelijk relevante gegevens aangetroffen die betrekking hadden op het gebruik van webmail.
De beschikbare E-mailboxen/E-mailbestanden van [naam 1] werden geanalyseerd. Hierbij werden geen berichten aangetroffen welke mogelijk relevant zijn voor dit onderzoek. (…)”