ECLI:NL:RBZUT:2011:BQ2112

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
21 april 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06-925238-09
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M. van Lookeren Campagne
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voor overtreding van de Flora- en faunawet in de zaak tegen de verdachte met betrekking tot wierookproducten

In de zaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van overtreding van de Flora- en faunawet, heeft de economische politierechter van de Rechtbank Zutphen op 21 april 2011 uitspraak gedaan. De verdachte werd verweten dat hij op of omstreeks 16 april 2009 in Emst, in de gemeente Epe, in het bezit was van verschillende doosjes wierook, waarvan werd gesteld dat deze producten van de beschermde uitheemse plantensoort Aquilaria malaccensis bevatten. De officier van justitie stelde dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kon worden, maar de verdediging voerde aan dat er geen onderzoek was gedaan naar de exacte inhoud van de doosjes en dat de vermeldingen op de verpakkingen niet voldoende bewijs boden voor de beschuldiging.

De rechter volgde het arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 4 maart 2011, waarin een vergelijkbare zaak werd behandeld. In dat arrest werd ook geoordeeld dat de inhoud van de doosjes niet was onderzocht en dat de vermeldingen op de verpakkingen niet voldoende waren om aan te nemen dat de producten daadwerkelijk Aquilaria malaccensis bevatten. De rechter concludeerde dat er geen goede reden was om anders te oordelen over de verschillende soorten wierook die in deze zaak aan de orde waren.

Uiteindelijk sprak de rechter de verdachte vrij van alle tenlastegelegde feiten, omdat niet wettig en overtuigend was bewezen dat de verdachte de overtredingen had begaan. Tevens werd gelast dat de in beslag genomen doosjes wierook aan de verdachte zouden worden teruggegeven. Deze uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs in strafzaken, vooral wanneer het gaat om de beschuldiging van het bezit van beschermde plantensoorten.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
economische politierechter
parketnummer: 06/925238-09
uitspraak schriftelijk vonnis: 21 april 2011
tegenspraak/onip
raadsman: mr. M.E. van der Werf advocaat te Amsterdam
getuige-deskundige ter terechtzitting: J. Reijngoud (AID)
VONNIS
in de zaak tegen de verdachte:
[Stichting],
gevestigd te [plaats, adres],
ter terechtzitting vertegenwoordigd door één van haar bestuurders:
[bestuurder],
geboren op [1968 te plaats],
wonende te [plaats, adres].
Onderzoek ter terechtzitting
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 26 april 2010 en 11 april 2011.
Tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat
verdachte op of omstreeks 16 april 2009, althans in of omstreeks de maand april
2009, te Emst, in de gemeente Epe, althans in Nederland, al dan niet
opzettelijk één of meer planten en/of één of meer producten van planten,
behorende tot een beschermde uitheemse plantensoort te weten, (de) Aquilaria
in de hierna te noemen producten, althans in één of meer van de hierna te
noemen producten, te weten
39, althans een of meer doosjes bevattende het product Dolkar Myristica
Aromaticus en/of
14, althans een of meer doosjes bevattende het product Red Agar Incense en/of
49, althans een of meer doosjes bevattende Black Agar Incense
ten verkoop voorhanden en/of in voorraad heeft gehad en/of onder zich heeft
gehad;
artikel 13, eerste lid, aanhef en onder a, van de Flora- en faunawet
De (bewijs)motivering
A. Het standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie blijft bij zijn ter terechtzitting van 26 april 2010 ingenomen standpunt, dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard.
B. Het standpunt van de verdediging, zoals verwoord in de overgelegde pleitnota:
De raadsman heeft verzocht de behandeling van de strafzaak aan te houden om een deskundigenonderzoek te laten instellen naar de samenstelling van de in beslag genomen voorwerpen (doosjes wierook Dolkar Myristica Aromaticus, Red Agar Incense en Black Agar Incense).
De raadsman heeft zich daarnaast op het standpunt gesteld dat de verdachte van het haar ten laste gelegde (integraal) dient te worden vrijgesproken. Naar de exacte inhoud van de doosjes is geen onderzoek gedaan zodat ook niet bekend is of zij Aquilaria bevatten. De vermeldingen op de (drie verschillende) verpakkingen zijn bovendien niet zodanig dat daaruit afgeleid zou moeten worden dat zij afgeleide producten of delen van planten bevatten of daaruit bestaan. De raadsman heeft daarbij verwezen naar het arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 4 maart 2011 in de strafzaak onder parketnummer 23 001603 10.
Verder heeft de raadsman nog een aantal verweren gevoerd die (eveneens) tot vrijspraak zouden moeten leiden of tot de conclusie dat een eventuele bewezenverklaring niet als strafbaar feit kan worden gekwalificeerd. In dat laatste geval zou de verdachte van alle rechtsvervolging moeten worden ontslagen.
C. Beoordeling door de economische politierechter.
Aanhoudingsverzoek
Gelet op de aard en ernst van de verdenking en de vermoedelijke pleegdatum en gelet op de naar verluidt beperkte mogelijkheden om onderzoek te doen naar de samenstelling van de in beslag genomen wierook, om vast te stellen of zich daarin Aquilaria – de ingevolge de Flora- en faunawet beschermde uitheemse plantensoort – bevindt, zal de zaak niet voor een dergelijk onderzoek worden aangehouden.
Vrijspraak
In het door de raadsman aangehaalde arrest is de verdachte van een vergelijkbare, op dezelfde delictsomschrijving toegesneden, tenlastelegging vrijgesproken. Het ging in die zaak om (soortgelijke) doosjes wierook genaamd Dolkar Myristica Aromaticus en Red Agar Incense. Het hof heeft in die zaak overwogen dat de verdachte conform de vordering van de advocaat generaal diende te worden vrijgesproken ten aanzien van de doosjes Red Agar Incense.
Ten aanzien van de doosjes Dolkar Myristica Aromaticus overwoog het hof dat, net zoals in deze zaak ten aanzien van die wierooksoort, op de verpakking onder meer staat vermeld: ‘It is prepared by dr. Dolkar of Tibet, using Aquilaria and Myristica fragrans …’ en dat naar de exacte inhoud van de doosjes geen onderzoek is gedaan zodat niet vaststaat dat de doosjes wierook Aquilaria malaccensis bevatten.
In de definitiebepaling van artikel 1 van de Flora- en faunawet is omtrent producten van planten bepaald dat hieronder moet worden verstaan: alle zaken waarvan uit een begeleidend document, de verpakking, een merkteken of etiket of enige andere omstandigheid moet worden aangenomen dat zij afgeleide producten of delen van planten bevatten of daaruit bestaan. Omstandigheden kunnen er toe leiden dat ook zonder een daadwerkelijke vaststelling daarvan moet worden aangenomen dat het product de bedoelde plant, in enigerlei vorm, heeft bevat. Het hof is op grond van de vermelde tekst op de doosjes niet van oordeel dat moet worden aangenomen dat zij daadwerkelijk (producten van) Aquilaria malaccensis bevatten. De tekst spreekt van ‘Aquilaria and Myristica fragrans’ of ? zoals het hof heeft overwogen ? de geur van Aquilaria en Myristica, wat de in artikel 1 van de Flora- en faunawet bedoelde aanname in de weg staat.
Naar het oordeel van de economische politierechter dient de meervoudige economische strafkamer van het hof in zijn arrest van 4 maart 2011 te worden gevolgd, wat betekent dat (ook) in dit geval niet wettig en overtuigend is bewezen wat aan de verdachte ten aanzien van de drie verschillende doosjes wierook is tenlastegelegd. Hierbij is mede in aanmerking genomen dat er geen goede reden is ten aanzien van Black Agar Incense anders te oordelen dan ten aanzien van Red Agar Incense. De verdachte behoort daarom (van al het tenlastegelegde) te worden vrijgesproken.
In beslag genomen voorwerpen
De na te melden in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten: 39 doosjes Dolkar Myristica Aromaticus, 14 doosjes Red Agar Incense en 49 doosjes Black Agar Incense, dienen aan de verdachte te worden teruggegeven.
Beslissing
De economische politierechter:
- verklaart niet bewezen, dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
- gelast de teruggave van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven, doosjes Dolkar Myristica Aromaticus (39 stuks), Red Agar Incense (14 stuks) en Black Agar Incense (49 stuks),
Aldus gewezen door mr. Van Lookeren Campagne, economische politierechter, in tegenwoordigheid van De Badts, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 21 april 2011.