2. De feiten
2.1. De Kaliwaal is een in 1950 gegraven plas, gelegen in de uiterwaarden aan de linkeroever van de Waal. In 1975 is een verbinding gemaakt tussen de Kaliwaal en de Waal.
2.2. Het linkergedeelte van het Bijlandsch Kanaal is gelegen net over de Nederlandse grens van kilometerraai 862.700 tot kilometerraai 865.450, de Kleefse Vaart en het Vossengat. Grondeigenaar van deze linkerhelft van het Bijlandsch Kanaal is Duitsland. De rechterhelft van de ondergrond is in eigendom bij de Staat der Nederlanden (hierna: de Staat).
2.3. De Zeelt is een amateur-hengelsportvereniging met 300 leden.
2.4. [eiser 2] is een beroepsvisser.
2.5. [gedaagden] houden zich bezig houdt met de beroepsbinnenvisserij. De firma kent twee volwaardige arbeidsplaatsen.
2.6. De Zeelt huurt sinds 1994 van Staatsbosbeheer, een van de Staat te onderscheiden rechtspersoon, het volledige visrecht en het looprecht op een gedeelte van de Kaliwaal (noordoostzijde, nabij het gedeelte tussen de Kaliwaal en de Kekerdomse Strang, ten noordoosten van de doorbraak tussen voornoemde wateren, gelegen westelijk van de Duffeltdijk).
2.7. Bij e-mail d.d. 20 juni 2011 heeft mr. Poelsma namens de Kamer voor de Binnenvisserij het volgende aan mr. Meijer geschreven:
“Bij de Kamer is laatstelijk onder nr. H94-449 (dossier 4467) geregistreerd een tussen Staatsbosbeheer en HSV De Zeelt gesloten huurovereenkomst volledig visrecht, ingaande 1-6-1995 en eindigende 31-5-2011, welke is goedgekeurd d.d. 21-11-1994. Uitgaande van het feit dat verhuurder ter zake geen gevolg heeft gegeven aan hetgeen in artikel 33 eerste lid onderdeel a van de Visserijwet is bepaald, veronderstelt de Kamer dat de op 31-5-2001 expirerende huurovereenkomst nadien tot twee keer toe stilzwijgend, met eenzelfde termijn van telkenmale zes jaar, is verlengd tot 31 maart 2013”.
2.8. De Zeelt huurde al sinds 1989 van [naam 3] Vastgoed B.V. het vis- en looprecht aan de noordzijde van de Kaliwaal.
De Kamer voor Binnenvisserij heeft deze overeenkomst laatstelijk verlengd tot en met 31 december 2006 en vervolgens is de overeenkomst stilzwijgend verlengd tot 31 december 2012.
2.9. De Zeelt huurt van de Staat het schubvisrecht in de linkerhelft van de Bovenrijn (Bijlandsch Kanaal) voor zover behorende tot Duits gebied, van de lijn over de torens van Lobith en Keeken af tot aan de grens tussen Millingen en Bimmen (waaronder begrepen het Vossengat en de Kleefse Vaart).
2.10. [eiser 2] huurt vanaf 2003 van de Staat het aalvisrecht in de linkerhelft van de Bovenrijn (Bijlandsch Kanaal) voor zover behorende tot Duits gebied, van de lijn over de torens van Lobith en Keeken af tot aan de grens tussen Millingen en Bimmen (waaronder begrepen het Vossengat en de Kleefse Vaart). De overeenkomst is laatstelijk verlengd in 2010 en voorzien van goedkeuring van de Kamer voor Binnenvisserij.
2.11. De erven van [naam 1] hebben op 1 september 2001 bij onderhandse akte aan [gedaagden] verkocht en overgedragen de Kekerdomsche heerlijke visrechten - daterend van voor de invoering van het Burgerlijke Wetboek in 1838 - gelegen op de linker Waaloever tot het midden der stroom ten westen van de Kekerdomsche schutdijk en eindigend aan het visrecht van de Geërfden van de Erlecomse polder, waar de Erlecomse dam aansluit aan ’s Lands dijken.
2.12. Op 13 september 2007 is [gedaagden] overgegaan tot vaststelling van de kadastrale aanduiding van het heerlijk visrecht. Opgenomen is dat [gedaagde] en zijn zoon de enige gerechtigden zijn van het heerlijk visrecht Kekerdom, betrekking hebbende op de linkerhelft van de Waal en op buitendijkse uiterwaarden, waarbij de oostelijke grens gelegen is op het punt waar de Kekerdomsche schutdijk grenst aan de Waal, derhalve nabij kilometerpaal 870.100 daar waar de Millingse Visserij begint. De westelijke grens is gelegen op de Erlecomse dam, derhalve nabij kilometerpaal 873.735, grenzend aan het heerlijk visrecht van de Geerden van de Erlecomse polder.
2.13. Bij notariële akte van 23 juni 2011 is door de erven [naam 1] aan [gedaagden] rechtsgeldig overgedragen en geleverd het heerlijk visrecht Kekerdom dat betrekking heeft op de linkerhelft van de Waal en op buitendijkse uiterwaarden, waarbij de oostelijk grens gelegen is op het punt waar de oude Kekerdomsche schutdijk grenst aan de Waal, derhalve nabij kilometerpaal 870.100 daar waar de Millingse visserij begint. De westelijke grens is gelegen op de Erlecomse dam, derhalve nabij kilometerpaal 873.735, grenzend aan het heerlijk visrecht van de Geërfden van de Erlecomse polder.
Voormeld visrecht was al bij onderhandse akte van 1 september 2001 en dus ongeldig overgedragen en geleverd.
2.14. Bij brief van 11 februari 2010 heeft het hoofd uitvoering visserijregelingen van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aan Staatsbosbeheer Regio Oost onder meer het volgende geschreven :
“Bij de Staat is het beheer van de staatseigendommen (dus ook de wateren) onder gebracht bij het Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf (voormalige dienst Domeinen). De uitgifte van visrechten echter is ondergebracht bij het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Cluster Uitvoering Visserijregelingen. Helaas komt het regelmatig voor (…) dat er al enige tijd sprake is van een verkoop van staatswateren aan derden, waarvan de visrechten nog steeds door de Staat worden uitgegeven. De informatievoorziening in dezen is dan in gebreke gebleven.
(…)
Indien de huurverhouding is ontstaan na de eigendomsoverdracht, zou de huurovereenkomst ingetrokken moeten worden. Dit omdat de Staat in dat geval onrechtmatig een huurverhouding is gestart omdat het betreffende viswater (of het visrecht) niet in eigendom was van de Staat.
Dit laatste is van toepassing op heerlijke visrechten. (…) Helaas is het zo dat de heerlijke visrechten niet allemaal in een register staan geregistreerd. Er is dan ook geen totaal overzicht van de bestaande heerlijke visrechten. Een van de kenmerken van heerlijke visrechten is dat ze als honderden jaren (kunnen) bestaan los van het eigendom van het onderliggende water. In die gevallen waarbij de Staat of een derde partij, zoals Staatsbosbeheer, als eigenaar van het viswater een huurverhouding is gestart, is dit een onrechtmatige handeling geweest, echter zonder dat hier sprake is geweest van bewuste opzet.
(…)
Wat betreft de rechten van de heer [gedaagde] ten aanzien van de heerlijkheid Kekerdom. Hiervan weet ik alleen dat de volgende rechten door de dienst Domeinen (…) zijn erkend:
De Kekerdomsche heerlijke visrechten, gelegen op de linker Waaloever tot het midden der stroom ten westen van de Kekerdomsche schutdijk en eindigend aan het visrecht van de geërfden van de Erlecomse polder, zijnde waar de Erlecomse dam aansluit aan ’s Lands dijken.
Dit is te vertalen naar tegenwoordige maatstaven in het volledige visrecht op het Kekerdoms Heerlijk visrecht, dat zich uitstrekt in het gedeelte aan de linkerhelft van de Waal, gelegen tussen kmr. 870.100 en kmr. 873.735.
Mocht de heer [gedaagde] aanspraak maken op meer dan hierboven beschreven, dan dient hij dit aan te tonen met eigendomsdocumenten.”.
2.15. Op 5 december 2001 heeft [gedaagden] van [naam 2] gekocht de heerlijke visrechten der Bijlandsche en Lobithsche waarden, een gedeelte van het Bijlandsche Kanaal en de Oude Waal. De grens is gelegen benedenwaarts de verbindingslijn tussen de torens van Keeken en Lobith op de rechteroever tot het midden der stroom en eindigend bij de Oude Bijlandsche krib gelegen nabij de uitmonding der Oude Waal, zulks in gevolge het Grenstraktaat van 7 oktober 1816 artikel 15 deel nummer 86.
2.16. Bij notariële akte van 13 januari 2006 heeft verkoper [naam 2] verkocht en geleverd aan [gedaagden]:
“alle bij verkoper in eigendom zijnde visrechten binnen het gebied van de Bijlandsche heerlijke rechten, zoals genoemd in de akte van elf december zeventienhonderd tweeënzeventig, derhalve alle rechten en gerechtigdheden zoals verbonden zijn aan een heerlijk visrecht naar Geldersch recht. Onder de verkochte visrechten vallen derhalve ook de latere toevoegingen, gedaan door de Staat der Nederlanden na achttienhonderd tweeënveertig en de nadien aangekochte aangrenzende visrechten al of niet, binnen het heerlijkheidgebied gelegen.
De heerlijke visrechten betreffende de visrechten der Bijlandsche en Lobithsche waarden, zijnde een gedeelte van het Bijlandsche Kanaal en de Oude Waal.
De grenzen waarbinnen de visrechten kunnen worden uitgeoefend zijn gelegen benedenwaarts de verbindingslijn tussen de torens van Keeken en Lobith op de rechteroever tot het midden van de stroom en eindigde bij de Oude Bijlandsche Krib gelegen nabij de uitmonding van de Oude Waal zulks in gevolge het Grenstraktaat van zeven oktober achthonderd zestien, artikel 15, nummer 86.”.
2.17. Voormelde akte is bij notariële akte van 11 augustus 2010 aangevuld, waarbij een nadere omschrijving van de visrechten is gegeven. De grondslag voor deze aanvulling is gelegen in een onderhandse aanvullende akte van 13 januari 2006 tussen Van de Pol en [gedaagden] Op pagina drie van de aanvullende akte staat onderaan:
“(…) Benedenwaarts de verbindingslijn tussen de torens van Keeken en Lobith, op de rechterzijde eindigende in het midden der uitmonding van de Oude Waal nabij kilometer achthonderd zesenzestig duizend (866.000), op de linkerzijde eindigen bij de thans Duits-Nederlandse Grens nabij Bimmen (…)
Bovenwaarts de verbindingslijn tussen de torens van Keeken en Lobith, op de rechterzijde beginnende bij het Stokmanshuis, bij de thans Nederlands-Duitse grens nabij Spijk, op de linkerzijde beginnende bij het voormalig Veerhuys(…)”.
2.18. Uit een publicatie in de Staatscourant d.d. 31 maart 2011 (Staatscourant 2011, nr. 5691) volgt dat de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (hierna: EL&I) onder andere maatregelen heeft getroffen in verband met te hoge dioxinegehaltes in palingen. De maatregelen houden onder meer in voor beroepsvissers een verbod op het vissen op voor consumptie bestemde paling (ofwel aal) op het Bijlandsch Kanaal en de Waal. Het verbod geldt tevens voor alle plassen voor zover die in direct verbinding staan met de aangewezen wateren.
2.19. In de zomer wordt er niet op schubvis gevist.