2. De feiten
2.1. Flotec is een handels/exportbedrijf naar Cypriotisch recht en in volledig eigendom van de heer [naam A].
2.2. Nijhuis ontwikkelt en construeert pompen en pompsystemen voor diverse toepassingsgebieden. Daarnaast houdt zij zich wereldwijd bezig met de verkoop, engineering en assemblage van fire fighting units voor de off- en onshoreindustrie en voor brandpreventie op civiele werken.
2.3. [naam B] Trading Agency (hierna: [naam B Trading Agency]) is de handelsonderneming van de heer [naam B], de vader van [naam A] en gevestigd te [plaats], Syrië.
2.4. Nijhuis maakt al geruime tijd gebruik van [naam B Trading Agency] als handelsagent voor de verkoop van haar machines in Syrië. In een brief van 20 november 2008 aan alle betrokkenen in de Syrische publieke en private sector heeft Nijhuis verklaard dat Flotec distributeur is van Nijhuis pompen, onderdelen en alle andere producten voor de publieke sector in Syrië.
2.5. Op 8 januari 2010 heeft Nijhuis aan [naam B Trading Agency] een aanbod gedaan van twee pompen, te weten de Venus 1-400-900 en de Venus 1-400-800. In de orderbrief van Nijhuis staat M6/03/F18-PO1 als referentienummer van [naam B Trading Agency] en 192389 als referentienummer voor Nijhuis opgenomen. Het betreft pompen voor een drinkwaterinstallatie, uiteindelijk bestemd voor The General Organization for Drinking Water and Sewerage in Aleppo Province, Syrië.
2.6. Op 7 oktober 2010 heeft Flotec schriftelijk een order voor twee pompen, de Venus 1-400-900 en de Venus 1-400-800, geplaatst bij Nijhuis. In de orderbrief van Flotec wordt gerefereerd aan het ordernummer M6/03/F18-PO1 van Flotec en ordernummer 192389 van Nijhuis. In de orderbrief staat verder, voor zover van belang, het volgende opgenomen:
“Commercial Conditions
(…)
Delivery FOB Rotterdam: Not more than 6 months from date of receipt of the Purchase Order.
Delay Penalty
1% per week, not more than 5% of total order value”.
2.7. Bij facturen van 14 oktober 2010 en 11 januari 2011 heeft Nijhuis 30% van het aankoopbedrag voor de twee pompen bij Flotec in rekening gebracht. Uit de facturen blijkt verder dat Flotec het totale aankoopbedrag in termijnen zal voldoen.
2.8. Bij brief van 12 oktober 2010 heeft [naam B] van [naam B Trading Agency] aan Flotec het volgende geschreven:
“Please see attached e-mail we did receive from Mr. [naam C] of Nijhuis Pompen BV., in which he confirms that everything is clear, and he will arrange finalizing the order straight away.
As you see, it was agreed with Nijhuis Pompen BV. (NP BV) that:
• In case of delay in delivery, NP BV do accept to pay a delay penalty of 0,5% per week, maximum 5% of total order value.
• As already discussed, payment should be effected through three direct bank transfers (30+ 30+40%).”.
2.9. Op 14 maart 2011 heeft Nijhuis aan [naam B Trading Agency] bericht dat de verwachte leverdatum van de pomp 1-400-800 begin mei 2011 is en van pomp 1-400-900 21 juni 2011.
2.10. Op 13 april 2011 heeft Nijhuis een bericht aan [naam B Trading Agency] gestuurd dat de levering van pomp 1-400-900 wordt uitgesteld tot eind juli. Vanwege de vertraging en de schade die Flotec lijdt, biedt Nijhuis daarin aan een korting te geven van € 2.600,00 op de aankoopprijs.
2.11. Flotec heeft per saldo een bedrag van € 78.454,68 van de totale aankoopsom van
€ 130.757,79 aanbetaald.
2.12. Tot op heden zijn de pompen niet geleverd; de drinkwaterinstallatie is voor het overige voltooid.
2.13. Alle aandelen van Nijhuis zijn op 13 mei 2011 overgenomen door het Amerikaanse, beursgenoteerde bedrijf Pentair. Pentair is een vennootschap met een “compliance”- programma. Pentair als groep is “compliant” met de Amerikaanse Syrië-sanctiewetgeving.
2.14. In de van 3 september 2002 daterende statuten van Nijhuis was in artikel 11, eerste lid, altijd al het volgende opgenomen:
“Het bestuur is belast met het besturen van de vennootschap. Het bestuur dient zich te gedragen naar door de algemene vergadering van aandeelhouders te geven aanwijzingen betreffende de algemene lijnen van het te volgen financiële, sociale en economische beleid en van het personeelsbeleid.”.
2.15. In artikel 39 van de Orgalime Algemene Voorwaarden voor de levering van mechanische, elektrotechnische en elektronische producten, Brussel, augustus 2000 staat het volgende:
“OVERMACHT
39. Elke contractpartij heeft het recht de uitvoering van zijn contractuele verplichtingen op te schorten voor zover deze uitvoering wordt verhinderd of onredelijk bezwarend wordt gemaakt door één van de volgende omstandigheden: arbeidsconflicten en elke andere omstandigheid buiten de macht van de contractpartijen zoals brand, oorlog, uitgebreide militaire mobilisatie, opstand, opvordering, beslag, embargo, beperkingen op het gebruik van energie, alsmede gebreken of vertraging in de leveringen door toeleveranciers die het gevolg zijn van één van de in dit artikel genoemde omstandigheden.
Een in dit artikel genoemde omstandigheid, ongeacht of deze zich vóór of na de totstandkoming van het contract voordoet, geeft slechts recht tot opschorting indien haar gevolgen op de uitvoering van het contract ten tijde van de totstandkoming van het contract niet voorzien konden worden.”.