ECLI:NL:RBZUT:2012:BX9822

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
10 oktober 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/940015-11 en 06/850134-11
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. van Valderen
  • A. Prisse
  • J. de Bie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een 28-jarige man voor diefstal met geweld en andere strafbare feiten in Doetinchem

In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 10 oktober 2012 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een 28-jarige man uit Doetinchem. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 21 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De veroordeling betreft meerdere strafbare feiten, waaronder diefstal met geweld, bedreiging, belediging en vernieling. De feiten vonden plaats in de gemeente Doetinchem, waarbij de verdachte op 12 november 2010 een geldbedrag van 20 euro heeft weggenomen van slachtoffer A, vergezeld van geweld. Daarnaast heeft hij op 12 januari 2011 een ambtenaar van politie, slachtoffer B, bedreigd en beledigd, en heeft hij goederen van de politie vernield. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte lijdt aan een psychiatrische aandoening, wat van invloed is geweest op zijn gedrag. De rechtbank heeft de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar geacht en heeft hem de mogelijkheid geboden om zijn leven te beteren door hem te laten verblijven in een zorginstelling. De rechtbank heeft ook schadevergoedingen toegewezen aan de slachtoffers, waarbij de immateriële schade van slachtoffer A is vastgesteld op 270 euro en die van slachtoffer B op 75 euro. De rechtbank heeft de verdachte onder voorwaarden veroordeeld, waaronder het volgen van behandeling en het melden bij de reclassering.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Sector Straf
Meervoudige kamer
Parketnummers 06/940015-11 en 06/850134-11
Uitspraak d.d. 10 oktober 2012
Tegenspraak
VONNIS
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [plaats, 1984],
wonende te [adres]
momenteel verblijvende bij 'Profila Zorg' aan de [adres] Puttershoek.
Raadsman: mr. Rinsma, advocaat te Maastricht.
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 21 september 2011, 12 oktober 2011, 3 april 2012 en 26 september 2012
Op 26 oktober 2011 heeft de rechtbank een tussenvonnis gewezen en het onderzoek heropend.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
Inzake parketnummer 06/940015-11
1.
hij op of omstreeks 12 november 2010 in de gemeente Doetinchem
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een
geldbedrag (20,= euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [slachtoffer A], in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte,
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer A], gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping
op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit
van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
die [slachtoffer A] de woorden heeft toegevoegd: "Geef dat geld aan mij" en/of "Doe het
nou maar gewoon" en/of (daarbij) die [slachtoffer A] een (zilvergrijs) voorwerp heeft
getoond en/of (vervolgens) dat geld(bedrag) uit een/de hand(en) van die [slachtoffer A]
heeft gegrist en/of gepakt;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht
2.
hij op of omstreeks 12 januari 2011 in de gemeente Doetinchem
opzettelijk en wederrechtelijk een matras en/of een (hoofd)kussen en/of een
prullenbak en/of een (boeken)kast, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan politie Noord- en Oost Gelderland (politie Doetinchem), in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of
beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
art 350 lid 1 Wetboek van Strafrecht
3.
hij op of omstreeks 12 januari 2011 in de gemeente Doetinchem
[slachtoffer B] (buitengewoon opsporingsambtenaar van politie) heeft bedreigd met
enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling,
immers heeft verdachte opzettelijk dreigend met een metalen strip/geleider,
althans met een hard voorwerp (een) zwaaiende beweging(en) in de richting van
die [slachtoffer B] gemaakt, in ieder geval die [slachtoffer B] en metalen strip/geleider,
althans een hard voorwerp getoond en/of (daarbij) deze [slachtoffer B] dreigend de
woorden toegevoegd : "Ik maak jullie allemaal kapot hier, als ik jullie
tegenkom en als ik de kans krijg" en/of Ik onthoud jullie gezichten",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
art 285 lid 1 Wetboek van Strafrecht
4.
hij op of omstreeks 12 januari 2011 in de gemeente Doetinchem
opzettelijk beledigend een ambtenaar, te weten [slachtoffer B], buitengewoon
opsporingsambtenaar van politie, gedurende en/of ter zake van de rechtmatige
uitoefening van haar bediening (als arrestantenwacht), in dier
tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "kankerhoer" en/of
"kutwijf", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking;
art 266 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 267 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht;
inzake parketnummer 06/850134-11
hij, op een of meer tijdstip(pen), op of omstreeks 25 september 2010 in de
gemeente Doetinchem (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
in/uit en/of op het terrein van een pand (school) (gelegen aan het
[adres] en/of [adres]) heeft weggenomen een hoeveelheid koper en/of
aluminium en/of ijzer, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende
aan [slachtoffer C] en/of [bedrijf slachtoffer C] BV, in elk geval aan een ander
of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of
zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht.
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Overwegingen ten aanzien van het bewijs1
Aanleiding tot het onderzoek
Inzake parketnummer 06940015-11
Aanleiding voor dit onderzoek was een aangifte terzake een op 12 november 2010 terzake van een straatroof gepleegd op 12 november 2010 te 22.05 uur bij de pinautomaat van de Rabobank aan de Terborgseweg te Doetinchem.
Inzake parketnummer 06/850134-11
Op 25 september 2010 deed de eigenaar van een sloopbedrijf aangifte van koperdiefstal bij het oude gebouw van het Graafschapcollege te Doetinchem. Daarbij was een jongeman overlopen toen hij bezig was om koper te stelen. Verdachte is naar aanleiding van deze aangifte op 25 september 2010 aangehouden.
Standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot bewezenverklaring van alle aan verdachte ten laste gelegde feiten. Ter zitting heeft de officier van justitie de bewijsmiddelen opgesomd en toegelicht.
Standpunt van de verdachte / de verdediging
Door de verdediging is aangevoerd dat verdachte dient te worden vrijgesproken van de in feit 1 onder parketnummer 06/940015-11 ten laste gelegde geweldscomponent, zodat enkel een eenvoudige diefstal resteert. Ter terechtzitting heeft de raadsman het standpunt van de verdediging ten aanzien van het tenlastegelegde toegelicht.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank gaat bij de beoordeling van de ten laste gelegde feiten uit van de volgende feiten en omstandigheden.
Aangezien verdachte ter terechtzitting2 duidelijk en ondubbelzinnig een bekennende verklaring heeft afgelegd ten aanzien van het inzake parketnummer 06/940015-11 onder 2 en 3 en bij de politie3 inzake parketnummer 06/850134-11 tenlastegelegde, zal in dit vonnis wat die feiten betreft worden volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering.
Naast de verklaring van verdachte is voor het bewijs voorhanden:
inzake parketnummer 06/940015-11 de aangifte van [aangever A] namens de politie4 en de aangifte van [aangever B]5;
inzake parketnummer 06/850134-11 de aangifte van [slachtoffer C]6 en de verklaringen van de getuigen [getuige A]7 en [getuige B]8.
Ten aanzien van het onder 1 inzake parketnummer 06/940015-11 blijkt onder meer het volgende.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard9 dat hij het geld heeft afgepakt en dat de aangever het geld niet stevig vast heeft gehouden. Hij denkt dat hij het geld heeft kunnen pakken doordat hij dat tegen aangever heeft gezegd.
Bij de rechter-commissaris heeft de verdachte verklaard10 dat hij zag dat hij geld in de handen had. Hij heeft toen gezegd: "Hier dat geld" en hij heeft toen het geld van hem afgepakt.
Aangever [slachtoffer A] heeft verklaard dat hij op 12 november 2012 20 euro heeft gepind bij de pinautomaat van de Rabobank aan de Terborgseweg in Doetinchem. Op het moment dat hij klaar was met pinnen zag hij dat er een jongen naast hem kwam staan. Hij hoorde dat de jongen zei: "geef dat geld aan mij". Toen hij daarop "nee" zei hoorde hij de jongen zeggen: "doe het nou maar gewoon". Hij voelde dat de jongen op het moment dat hij de 20 euro in zijn portemonnee wilde stoppen het 20 euro biljet uit zijn hand trok. Hij schrok daar enorm van.
Ten aanzien van het onder 3 inzake parketnummer 06/940015-11 blijkt onder meer het volgende.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard11 dat hij snapt dat mevrouw [slachtoffer B] zich bedreigd heeft gevoeld. Hij heeft een strip vastgehouden en daarmee gezwaaid. Bij de
rechter-commissaris heeft verdachte verklaard12 dat hij mogelijk dreigende taal heeft geroepen.
[slachtoffer B] heeft verklaard13 dat zij op 12 januari 2011 werkzaam was als arrestantenwacht aan de Missetstraat te Doetinchem. Omstreeks 20.30 uur kwam de advocaat voor een bezoek aan zijn cliënt, de verdachte [verdachte]. Toen zij het luikje in de celdeur opende gaf [verdachte] aan dat hij in de advocatenkamer met zijn advocaat wilde praten en ondertussen was hij flink aan het schelden tegen haar. Hij riep kankerhoer en kutwijf en: "Ik maak jullie allemaal kapot hier, als ik jullie tegenkom en ik de kans krijg" en "Ik onthou(d) jullie gezichten".
Toen [verdachte] na beëindiging van het gesprek met zijn advocaat door haar werd teruggebracht naar de cel, begon hij in de cellengang te flippen en gooide hij ondermeer een metalen kast om. [verdachte] heeft een geleider van een lade van die kast afgebroken en begon daarmee rond te zwaaien in haar richting. Zij voelde zich op dat moment zeer angstig en was bang dat zij met deze geleider geslagen zou worden. Zij voelde zich bedreigd.
Uit een proces-verbaal van bevindingen14 blijkt dat genoemde [slachtoffer B] een buitengewoon opsporingsambtenaar van politie is.
De rechtbank komt op grond van de hiervoor aangeduide bewijsmiddelen tot het oordeel dat verdachte de feiten 1 en 3 inzake parketnummer 06/940015-11 eveneens heeft begaan. Anders dan de raadsman is de rechtbank van oordeel dat het onverhoeds uit de hand weggrissen van een bankbiljet als een geweldshandeling kan worden beschouwd.
Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het inzake parketnummer 06/940015-11 onder 1, 2, 3 en 4 tenlastegelegde en het inzake parketnummer 06/850134-11 heeft begaan, te weten dat:
inzake parketnummer 06/940015-11
1.
hij op 12 november 2010 in de gemeente Doetinchem met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een geldbedrag (20 euro), toebehorende aan [slachtoffer A],
welke diefstal werd vergezeld van geweld tegen die [slachtoffer A], gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken welk geweld hierin bestond dat verdachte die [slachtoffer A] de woorden heeft toegevoegd: "Geef dat geld aan mij" en "Doe het nou maar gewoon" en vervolgens dat geld uit de hand van die [slachtoffer A] heeft gegrist;
2.
hij op 12 januari 2011 in de gemeente Doetinchem opzettelijk en wederrechtelijk een matras en een (hoofd)kussen en een prullenbak en een (boeken)kast, toebehorende aan politie Noord- en Oost Gelderland (politie Doetinchem), heeft vernield;
3.
hij op 12 januari 2011 in de gemeente Doetinchem [slachtoffer B] (buitengewoon opsporingsambtenaar van politie) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,
immers heeft verdachte opzettelijk dreigend met een metalen strip/geleider, (een) zwaaiende beweging(en) in de richting van die [slachtoffer B] gemaakt en deze [slachtoffer B] dreigend de woorden toegevoegd: "Ik maak jullie allemaal kapot hier, als ik jullie tegenkom en als ik de kans krijg" en "Ik onthoud jullie gezichten";
4.
hij op 12 januari 2011 in de gemeente Doetinchem opzettelijk beledigend een ambtenaar, te weten [slachtoffer B], buitengewoon opsporingsambtenaar van politie, gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening (als arrestantenwacht), in dier
tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "kankerhoer" en "kutwijf";
inzake parketnummer 06/850134-11
hij op 25 september 2010 in de gemeente Doetinchem telkens tezamen en in vereniging met anderen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een pand (school) (gelegen aan het [adres]) heeft weggenomen een hoeveelheid koper, toebehorende aan [bedrijf slachtoffer C] BV, waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van inklimming en/of de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezene levert op de misdrijven:
inzake parketnummer 06/940015-11
1. diefstal vergezeld van geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken;
2. opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen;
3. bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
4. eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening;
inzake parketnummer 06/850134-11
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft of het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming.
Strafbaarheid van de verdachte
Over verdachte is een psychiatrisch rapport opgemaakt door de psychiater G. Schuthof, gedateerd 19 augustus 2011.
Uit de bevindingen en de daaruit voortvloeiende conclusies van deze deskundige komt naar voren dat verdachte ten tijde van de ten laste gelegde feiten, indien bewezen, lijdende was aan een ziekelijke stoornis en/of gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens in de zin van ADHD en gevoeligheid voor een depressieve stoornis en zeer waarschijnlijk symptomen passende bij een stoornis uit het autistische spectrum en dat deze chronische persoonsfactoren van invloed zijn geweest op het gedrag en de gedragingen van verdachte.
Geadviseerd wordt verdachte verminderd toerekeningsvatbaar te achten. De rechtbank kan zich met deze conclusie verenigen. Zij neemt deze conclusie over.
Het advies van de psychiater ziet op alle feiten die zijn ten laste gelegd inzake parketnummer 06/940015-11. Nu het feit onder parketnummer 06/850134-11 korte tijd voor het eerste onder parketnummer 06/940015-11 heeft plaatsgevonden, gaat de rechtbank er vanuit dat de conclusie van de psychiater eveneens van toepassing is voor dat feit.
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.
Oplegging van straf en/of maatregel
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte terzake het tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van eenentwintig maanden waarvan een gedeelte van twaalf maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht. Aan het voorwaardelijk deel dient als bijzondere voorwaarde te worden verbonden dat verdachte zich zal houden aan de voorwaarden zoals geformuleerd in het rapport van de reclassering, inhoudende een meldingsgebod en opname in een zorginstelling.
De raadsman heeft zich geconformeerd aan de door de officier van justitie geformuleerde straf.
De rechtbank acht na te melden beslissing in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank heeft het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een vijftal strafbare feiten, te weten een diefstal met geweld, een bedreiging/belediging/vernieling gedurende zijn verblijf in het cellencomplex van het politiebureau in Doetinchem en een gekwalificeerde diefstal, een variëteit aan zaken met de navenante impact die dit soort feiten in het algemeen heeft. Ten aanzien van de diefstal met geweld dient te worden opgemerkt dat het om een relatief beperkte geweldscomponent gaat, namelijk het uit handen grissen en er geen sprake is geweest van een bedreiging met een wapen of anderszins.
In het nadeel van verdachte weegt dat hij in het verleden vaker is veroordeeld terzake (voornamelijk) vermogensdelicten, maar ook geweldsdelicten of delicten met een geweldscomponent.
Uit de over verdachte uitgebrachte rapporten blijkt dat het gaat om een psychiatrisch kwetsbare man die snel het overzicht kwijt raakt als het voor hem te veel of te moeilijk wordt en die veel structuur nodig heeft in zijn dagelijks leven.
Ten voordele van verdachte weegt de rechtbank dat hij thans gemotiveerd is gebleken om een wending aan zijn leven te geven en daartoe begeleiding en hulp te aanvaarden. Verdachte verblijft sinds 2 juli 2012 bij een zorginstelling in Rotterdam en de ontwikkelingen daar zijn positief te noemen.
De kans op recidive wordt door de reclassering als matig ingeschat, maar indien het verblijf van verdachte in de woonvoorziening bij Profila Zorg wordt gecontinueerd wordt die kans als laag beoordeeld.
De rechtbank ziet in het vorenstaande aanleiding om een straf op te leggen zoals door de officier van justitie gevorderd.
Aan het voorwaardelijk deel zal de rechtbank de voorwaarden verbinden zoals geadviseerd, teneinde langs die weg verdachte structuur te bieden en de kans op recidiverend gedrag in te perken.
Vorderingen tot schadevergoeding
De benadeelde partij [slachtoffer A] heeft zich met een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van € 770,00 (materieel € 20,00 en immaterieel € 750,00) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het ontstaan van de schade, gevoegd in het strafproces ten aanzien van het onder 1 inzake parketnummer 06/940015-11 tenlastegelegde. Voor de immateriële schade is als vergelijkbare uitspraak verwezen naar een uitspraak van de rechtbank Maastricht van 9 augustus 2006 (ANWB Smartengeldgids nummer 1341).
[aangever B] heeft zich met een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van
€ 275,00 (immateriële schade) eveneens als benadeelde partij in het strafproces gevoegd inzake het onder 3 tenlastegelegde.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen integraal kunnen worden toegewezen, met toepassing van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van [slachtoffer A] dient te worden gematigd wat betreft de immateriële schade, aangezien de onderbouwing van de psychische schade onvoldoende is om het gehele bedrag te kunnen rechtvaardigen en de uitspraak gepubliceerd in de ANWB Smartengeldgids niet vergelijkbaar is met de onderhavige zaak. Door de raadsman is verzocht om de verdachte in het kader van de schadevergoedingsmaatregel een termijnbetaling toe te staan.
Met betrekking tot de vordering van de benadeelde partij heeft de verdediging zich ter zitting van 12 oktober 2011 gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot die vordering is gebleken, komen vast te staan dat [slachtoffer A] als gevolg van het onder 1 inzake parketnummer 06/940015-11 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden, waarvoor verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is. De rechtbank zal deze vordering toewijzen tot een bedrag van
€ 270,00, waarbij de immateriële schade in redelijkheid is begroot op een bedrag van
€ 250,00, gelet op het relatief beperkte gewelddadige karakter van het bewezenverklaarde feit. De benadeelde partij zal voor het overige niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering.
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot die vordering is gebleken, komen vast te staan dat [aangever B] als gevolg van het onder 3 inzake parketnummer 06/940015-11 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden, waarvoor verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is. De rechtbank begroot de immateriële schade in redelijkheid op een bedrag van € 75,00, nu de belediging heeft plaatsgevonden in de besloten setting van het cellencomplex in het politiebureau te Doetinchem. De benadeelde partij zal voor het overige niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering.
Schadevergoedingsmaatregel
Gelet op het vorenstaande ziet de rechtbank aanleiding om aan verdachte op basis van het bepaalde in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de verplichting op te leggen tot betaling aan de Staat van na te melden bedrag ten behoeve van genoemde slachtoffers. De rechtbank ziet aanleiding om verdachte met betrekking tot slachtoffer [slachtoffer A] de gelegenheid te bieden dit in termijnen te voldoen.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Deze strafoplegging is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 24a, 24c, 27, 36f, 57, 63, 266, 267, 285, 310, 311, 312 en 350 van het Wetboek van Strafrecht.
Beslissing
De rechtbank:
* verklaart, zoals hiervoor overwogen, bewezen dat verdachte het inzake parketnummer 06/940015-11 onder 1, 2, 3 en 4 en het inzake parketnummer 06/850134-11 tenlastegelegde heeft begaan;
* verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
* verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als:
inzake parketnummer 06/940015-11
1. diefstal vergezeld van geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken;
2. opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen;
3. bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
4. eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening;
inzake parketnummer 06/850134-11
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft of het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming en verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
* veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 21 maanden;
* beveelt, dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
* bepaalt, dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van 12 maanden niet zal worden ten uitvoer gelegd en stelt een proeftijd vast van twee jaren;
* stelt als algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
1. zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
2. ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
* stelt als bijzondere voorwaarde dat veroordeelde de reeds op 2 juli 2012 aangevangen behandeling bij de 7VG/SGLVG instelling Profila Zorg Rotterdam te Puttershoek zal voortzetten gedurende een termijn van maximaal twee jaar na het ingaan van de proeftijd of zoveel korter als de leiding van genoemde instelling dit geïndiceerd acht.
Veroordeelde zal zich gedurende die opname gedragen naar de aanwijzingen hem te geven door de leiding van die instelling;
de rechtbank verstaat dat deze voorwaarde is ingegaan per 2 juli 2012;
* stelt als bijzondere voorwaarde dat veroordeelde zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de aanwijzingen en voorschriften die veroordeelde zullen worden gegeven door of namens de reclassering, zolang deze instelling dit noodzakelijk oordeelt. Dat houdt in elk geval het navolgende in:
Meldplicht reclassering
dat veroordeelde tijdens zijn opname bij de zorginstelling Profila Zorg Rotterdam contact zal houden en zich zal blijven melden bij de reclassering GGZ Bouwman te Rotterdam en zich vervolgens gedurende de toezichtperiode zo frequent zal blijven melden, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
* veroordeelt verdachte (ten aanzien van het onder 1 inzake parketnummer 06/940015-11 bewezenverklaarde) tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer A], van een bedrag van € 270,00 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 november 2010, met veroordeling van verdachte in de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;
* legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer voornoemd, een bedrag te betalen van € 270,00 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 november 2010, met bevel dat bij gebreke van betaling en verhaal 1 dag hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
bepaalt dat voormeld bedrag mag worden voldaan in drie maandelijkse termijnen van elk € 90,00;
* bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
* veroordeelt verdachte (ten aanzien van het onder 3 inzake parketnummer 06/940015-11 bewezenverklaarde) tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer B], van een bedrag van € 75,00, met veroordeling van verdachte in de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;
* legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer voornoemd, een bedrag te betalen van € 75,00, met bevel dat bij gebreke van betaling en verhaal 1 dag hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
* bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
* heft op het - geschorste - bevel tot voorlopige hechtenis.
Aldus gewezen door mrs. Van Valderen, voorzitter, Prisse en De Bie, rechters, in tegenwoordigheid van Van Bun, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 10 oktober 2012. Mr. De Bie voornoemd is buiten staat mede te ondertekenen.
Eindnoten
1 Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina's, betreft dit delen van het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal, als bijlagen opgenomen bij (voor zover betreffende parketnummer 06/940015-11) het stamproces-verbaal van de politie Regio Noord- en Oost Nederland, District Achterhoek, nr. PL0610 20110055993-1, gedateerd 13 januari 2011, opgemaakt door de verbalisanten hoofdagent [verbalisant] (voor zover niet anders is vermeld)
en voor zover betreffende parketnummer 06/850134-11 het stamproces-verbaal van de politie Regio Noord- en Oost Nederland, District Achterhoek, nr. PL0641 201042490-56, gedateerd 25 november 2010, opgemaakt door de verbalisant hoofdagent Surenbroek (voor zover niet anders is vermeld)
2 Proces-verbaal terechtzitting 21 september 2011
3 Verklaring verdachte, doorgenummerde dossierpagina 88 en 89
4 Aangifte [aangever A], namens de politie Regio Noord- en Oost Gelderland, doorgenummerde dossierpagina 89A en 90
5 Aangifte [aangever B], doorgenummerde dossierpagina 78 en 79
6 Aangifte [slachtoffer C] namens [bedrijf slachtoffer C] B.V., doorgenummerde dossierpagina 120 en 121
7 Verklaring [getuige A], doorgenummerde dossierpagina 123 t/m 125
8 Verklaring [getuige B], doorgenummerde dossierpagina 127 t/m 129
9 Verklaring verdachte ter terechtzitting van 21 september 2011, pagina 4
10 Verklaring verdachte bij de rechter-commissaris d.d. 14 januari 2011
11 Verklaring van verdachte ter terechtzitting van 21 september 2012, pagina 4
12 Verklaring verdachte bij de rechter-commissaris op 14 januari 2011
13 Aangifte van [aangever B], doorgenummerde dossierpagina 78, 79 en 80
14 Proces-verbaal van bevindingen, doorgenummerde dossierpagina 85