ECLI:NL:RBZUT:2012:BY0850
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Rademaker
- A. van Valderen
- C. van Lookeren Campagne
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van bestuurder na aanrijding met fietser in Didam
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 23 oktober 2012 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een bestuurder die beschuldigd werd van het veroorzaken van een verkeersongeval met een fietser. De verdachte, die op 20 mei 2011 in Didam reed, werd verweten roekeloos te hebben gehandeld door linksaf te slaan zonder voorrang te verlenen aan een tegemoetkomende fietser. De officier van justitie eiste bewezenverklaring van de overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor schuld in de zin van deze wet. De rechtbank concludeerde dat de verdachte, hoewel hij geen voorrang verleende, niet te hard reed en de verkeerssituatie correct inschatte. De fietser reed met een hoge snelheid, wat bijdroeg aan de onduidelijkheid van de situatie. De rechtbank heeft de verklaringen van de getuigen en de verdachte in overweging genomen en vastgesteld dat de fietser mogelijk harder reed dan de toegestane snelheid van 30 km/h. Gezien de omstandigheden van het ongeval, waaronder het weer en de staat van de weg, oordeelde de rechtbank dat er geen sprake was van aanmerkelijke verwijtbare onvoorzichtigheid van de verdachte. Daarom werd de verdachte vrijgesproken van zowel het primair als het subsidiair ten laste gelegde feit.