Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
of omstreeks23 april 2012, te Tilburg, op de weg, de Spoorlaan, als
(bedrijfsauto, Mercedes-Benz
),
hoge/aanzienlijke snelheid rijdende op de linkerrijstrook van de,
althans de snelheid van dat motorrijtuig
aanrijding/botsing te
(personenauto, Mazda, met als bestuurder:[initialen betrokkene 1] [betrokkene 1]
(e
) (hoge)snelheid, in
aanrijding/botsing is gekomen met dat
(personenauto,
)en
/ofwaarna hij, verdachte,
(vervolgens
)
/aanrijdingis
)en
/ofmet
(personenauto,
), bij welke botsing
/aanrijding
(en
)van hem, verdachte, gevaar op die weg werd
althans kon worden veroorzaakten
/ofhet verkeer op die weg werd
, althans kon worden gehinderd;
of omstreeks23 april 2012, te Tilburg, als bestuurder van een
(bedrijfsauto, Mercedes-Benz
),
betrokken bij een verkeersongeval
wist ofredelijkerwijs moest vermoeden
(dodelijk)letsel en
/ofschade was
/of
(te weten[initialen betrokkene 3] [betrokkene 2] en
/of[bedrijfsnaam 2] (te
/of[initiale betrokkene 2][betrokkene 3] en
/of[bedrijfsnaam 1]"
)
5.De strafbaarheid
6.De wettelijke voorschriften
7.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het onder 1 primair ten laste gelegde feit;
- verklaart het ten laste gelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
- Subsidiair: Overtreding van artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994;
- Overtreding van artikel 7, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Wegenverkeerswet 1994;
ontslaat verdachte ten aanzien van deze feiten van alle rechtsvervolging.