Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het verloop van het geding
2.Het verzoek
3.De beoordeling
- Mr. Van Tilborgh en mr. Hoofs, beiden werkzaam bij ARAG, hebben namens ARAG rechtsbijstand verleend.
- Safe Diving heeft op 3 mei 2012 een beroep op de geschillenregeling van ARAG gedaan. Mr. Hijzen, werkzaam bij ARAG, heeft het beroep op de geschillenregeling behandeld. Het beroep op de geschillenregeling heeft er toe geleid dat mr. Hoofs de behandeling van de zaak heeft voortgezet.
- Safe Diving heeft op 3 augustus 2012 de overeenkomst van opdracht met ARAG buitengerechtelijk ontbonden.
- Safe Diving heeft ARAG aansprakelijk gesteld voor de door haar geleden schade.
€ 25.000,00 ligt. Gelet daarop is de kantonrechter van oordeel dat zij bevoegd is om van het onderhavige verzoek kennis te nemen.
Daar waar Safe Diving aanvoert dat ten aanzien van de wijze van behandeling van het beroep op de geschillenregeling amper of geen schriftelijke stukken aanwezig zijn, heeft te gelden dat Safe Diving de relatie tussen de gestelde tekortkoming van mr. Hijzen en de door haar geleden schade, alsmede het belang van het horen van mr. Hijzen en mr. Timmermans onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt. Dit klemt temeer nu het beroep van Safe Diving op de geschillenregeling de kern van het geschil tussen partijen niet raakt.
Safe Diving voert voorts weliswaar aan dat zij belang heeft bij het horen van de getuigen nu zij op zoek is naar redenen waarom de door ARAG verrichte rechtsbijstand niet deugdelijk was en of zij ARAG dit verwijt terecht kan maken maar zij heeft nagelaten te concretiseren welke feiten en omstandigheden zij opgehelderd wenst te zien om haar proceskansen goed in te schatten. Voor zover Safe Diving bedoelt om middels een voorlopig getuigenverhoor het verweer van ARAG boven tafel te krijgen, mag Safe Diving van ARAG weliswaar verwachten dat zij haar standpunt kenbaar maakt, maar dit belang ziet niet op middels het horen van getuigen te achterhalen feiten en omstandigheden van het onderhavige geschil.
Op grond van het voorgaande is de kantonrechter dan ook van oordeel dat Safe Diving onvoldoende belang heeft bij haar verzoek zodat dit zal worden afgewezen.