ECLI:NL:RBZWB:2013:BZ8133
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Verzet
- mr. Prenger-de Kwant
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen faillietverklaring van JJ Shoes B.V. door Petrus Adrianus Marinus Everardus Brekelmans
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 17 april 2013 uitspraak gedaan in het verzet van Petrus Adrianus Marinus Everardus Brekelmans tegen de faillietverklaring van de besloten vennootschap JJ Shoes B.V. Het faillissement van JJ Shoes was op 2 april 2013 uitgesproken op eigen aangifte. Brekelmans, die als werknemer van JJ Shoes was ontslagen, stelde dat het faillissement misbruik van faillissementsrecht was, bedoeld om de arbeidsrechtelijke bescherming te omzeilen. Hij voerde aan dat JJ Shoes na de faillietverklaring actief was gebleven en plannen had voor een doorstart, wat volgens hem aantoonde dat het faillissement niet noodzakelijk was.
De rechtbank heeft de argumenten van Brekelmans beoordeeld en vastgesteld dat er inderdaad sprake was van een slechte financiële situatie bij JJ Shoes, met aanzienlijke schulden en een onvermogen om salarissen te betalen. De curator bevestigde dat er geen zicht was op een doorstart en dat de faillissementsaanvraag gerechtvaardigd was. De rechtbank concludeerde dat het faillissement niet was aangevraagd met als doel de verplichtingen jegens werknemers te ontlopen, maar als gevolg van de financiële noodsituatie van de onderneming.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzet van Brekelmans ongegrond verklaard en het eerdere vonnis tot faillietverklaring bekrachtigd. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige afweging van de belangen van werknemers in faillissementsprocedures, maar ook de grenzen van de bescherming die het faillissementsrecht biedt.